Boekbesprekingen

Murdoch Campbell, In al hun benauwdheid, gebonden, 153 blz., € 11,50, Uitgeverij om Sions wil, Gouda, ISBN 978-94-91586-06-4.
De auteur, Murdoch Campbell leefde van 1900- 1974. De ondertitel van het boek luidt: ‘Pastorale memoires van een Schotse predikant.’ Een storende slordigheid in dit boek is dat de paginering van de inhoudsopgave niet klopt met de paginering in het boek zelf. Deze opmerking neemt evenwel niet weg dat er veel goede zaken in dit boek staan opgetekend. Veel herinneringen aan Gods kinderen uit eigen leven worden door Murdoch Campbell naar voren gehaald. Er wordt verwezen naar de Schotse Avondmaalstijden en wat daar door genade mocht plaatsvinden. Andere onderwerpen zijn: boezemzonden, de duivel die ons aanvalt, depressies, eenzaamheid, verdrukkingen, dagen van rouw, donkere tijden voor Gods Kerk, onze westerse wereld en de doodsjordaan. Er is een hoofdstuk dat als titel draagt: ‘Het kromme in het levenslot.’ De titel van een heel bekend boek van Thomas Boston. Dan lezen we op blz. 104 “Laat ik dit hoofdstuk afronden met de geschiedenis van een uitnemend christen die eens ‘de Vraag toelichtte’. De man besloot zijn opmerkingen met de uitspraak dat Gods volk in dit leven allerlei bittere kruiden te smaken kan krijgen, maar dat er één kruid is dat zijn zoetheid nooit zal verliezen. Toen ging hij zitten. Onmiddellijk stond de leidinggevende predikant op en zei: ‘Misschien wil onze vriend ons wel vertellen wat dit zoete kruid is. ‘De man ging weer staan en citeerde met grote teerheid de woorden: ‘Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en in der eeuwigheid’ (Hebr. 13:8). Onnodig te zeggen dat deze woorden vele aanwezigen rijke troost gaven.”

Ds. D.W. Tuinier, Eén ding…, gebonden, 93 blz., € 12,95, Uitgeverij om Sions Wil, Gouda, ISBN 978-90- 74787-90-1.
De auteur is predikant van de Gereformeerde Gemeenten en is vroeger onderwijzer geweest. Het boek bevat zes overdenkingen die zijn samengesteld aan de hand van preken die in de gemeente Aagtekerke zijn gehouden. De eerste preek gaat over Psalm 27:4 ‘Eén ding heb ik van de HEERE begeerd, dat zal ik zoeken: dat ik al de dagen mijns levens mocht wonen in het huis des HEEREN om de lieflijkheid des HEEREN te aanschouwen en te onderzoeken in Zijn tempel.’ Op blz. 23 besluit de preek als volgt: “Allen die de Heere liefhebben, ik hoop dat er voor u één ding overblijft: Zijn lieflijkheid, de lieflijkheid des HEEREN. David noemt het in vers 13: het goede des HEEREN. Het goede, dat is het beste deel, een plaats met Maria aan de voeten van haar lieve Meester. Het goede deel, het beste ontvangt u in uw lege bedelaarshand. Hoort u? Uw hand en hart moeten dan helemaal leeg zijn. U moet alles schade en drek achten om dat ene ding, de lieflijkheid des HEEREN, de Parel van grote waarde. Van welke kant u Hem beziet, u raakt er niet op uitgekeken. Als er maar licht op valt, ontdekkend en vertroostend licht van Boven. Eén ding houdt u dan over en dat is alles. Ezau zei: ‘Ik heb veel.’ Hij had ook veel. Toch miste hij nog alles. Jakob mag door genade zeggen dat hij alles heeft, uit vrije genade, om de verdiensten van Christus. Aan het einde van zijn levensreis zegt hij: ‘Op Uw zaligheid wacht ik, HEERE.’ Dan komt Jakob Thuis. Dan komt ook David Thuis. Dan zal hij altijd, voor eeuwig, bij de Heere mogen wonen, bij Hem mogen blijven, eeuwig, eindeloos, storeloos, Zijn lieflijkheid aanschouwen, Hem dienen, nacht en dag, in Zijn tempel. Amen.”

Dr. William den Boer (red.), Calvijn gewikt en gewogen, pocket, 85 blz., € 9,95, Apeldoornse studies no. 60, Uitgave Theologische Universiteit, Apeldoorn, ISBN 978-90-75847-38- 3.
De ondertitel van het boekje luidt: ‘De relevantie van Calvijns theologie voor de 21e eeuw.’ De visie van Calvijn op vier thema’s die voor de gereformeerde theologie van belang zijn worden tegen het licht gehouden. Dit gebeurt door vier koppels gereformeerde theologen. Op een welwillende en kritische manier wordt gekeken naar de tijd en de theologie van Calvijn, naar kerk en theologie van onze tijd en naar elkaar. Het boekje is een uitwerking van een symposium gehouden in Apeldoorn (31 okt. 2009) georganiseerd vanuit de Theologische Universiteit Apeldoorn. Prof. Baars gaat in zijn bijdrage in op de titel van het boekje. We lezen op blz. 37 ”Het gaat in deze bundel om de relevantie van Calvijns theologie voor de 21e eeuw. Wij moeten hem wikken en wegen. Maar wie wikt wie eigenlijk? Wikt en weegt een theologie als de zijne, die zo sterk bijbels wil zijn en nog veelszins zo springlevend is, ook ons niet? Tegen deze achtergrond wil ik een paar korte evaluerende opmerkingen maken in het licht van wat we uit Calvijns werk hebben gehoord.” De volgende onderwerpen worden in het boekje behandeld: 1.Hoe openbaart God Zich? 2.Wie is God? 3.Predestinatie en prediking. 4.Christus en de Geest. Het boekje is een boeiend en lezenswaardig geheel geworden. Het is onmogelijk in deze korte bespreking aan alle zaken die in dit boekje behandeld worden aandacht te besteden. Iets uit de bijdrage van prof. A. Baars willen we doorgeven. Die bijdrage gaat over Gods vaderschap bij Calvijn. op verschillende manieren brengt Calvijn het vaderschap van God naar voren: 1.Het trinitarische vaderschap: God is de Vader van Zijn Zoon, Jezus Christus. 2.Het soteriologische vaderschap: God is de Vader van zijn kinderen. 3.Het algemene vaderschap: God is de vader van alle mensen. Aan het slot van het artikel lezen we op blz. 38 “Calvijn kon in zijn context vrij onbekommerd spreken over God als Vader. Dat is in deze postmoderne tijd sterk veranderd. De theologie is met name na de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog veel kritischer geworden in haar spreken over de vaderlijke zorg en leiding van God, zoals die bijvoorbeeld beleden worden in zondag 10 van de Heidelbergse Catechismus. Bovendien heeft men in de pastorale zorg te maken gekregen met ernstige gevallen van incest. Hierdoor zijn bij slachtoffers het algemene beeld van een vader en het beeld van God als Vader soms ernstig aangetast en vervormd. Dit alles dwingt de theologie en de prediking in deze tijd ertoe om zeer zorgvuldig te zijn in het spreken over God als Vader.” Over emoties in God is prof. Baars van iets andere gedachten dan Calvijn. We lezen daarover op blz. 38 “Mijns inziens gaat Calvijn in zijn verzet tegen de emoties (passiones) in God te ver. Wanneer we de onveranderlijke trouw van God van harte belijden, betekent dat niet noodzakelijk dat we alle emoties aan God dienen te ontzeggen. Het bijbelse spreken over felle gevoelsuitingen van de drie-enige God is meer dan een volledige metafoor waarvan de inhoudelijke betekenis min of meer geheel verdampt. Bijbels gezien is er wel degelijk ruimte om te spreken over een goddelijke bewogenheid en zelfs over een goddelijke emotionaliteit. Dat kleurt met name ook het spreken over Gods vaderlijke ontferming.“

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen