Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Apostolicum (28)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Apostolicum (28)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Pasen staat aangegeven op de kalender alsook de andere heilsfeiten. Iedereen kan het lezen. De aanduiding is bekend. Maar iedereen geeft er zijn eigen invulling aan. Vanzelf is een vraag voor ons: Wat is Pasen voor ons? Wat betekent het voor hart en leven? Paasherdenking was mogelijk. Dat is op zich een wonder. Kerkdiensten konden zonder hindernis, zonder storing, gehouden worden. Predikanten konden voorgaan. Een gave van de Heere. De prediking van de opwekking en de opstanding van de Heere Jezus Christus. Het triomfwoord moest klinken. De Heere is waarlijk opgestaan en is van Simon gezien (Lukas 24:34).

De Opgestane verscheen als Dezelfde van voorheen. Geen naamsverandering, maar Persoonsverrijking in bekendmaking en beleving en dat naar de Schriften. Jezus Christus maakt waar tijdens Zijn rondwandeling op aarde Zijn intredetekst Lukas 4:18 en 19 met de nadruk: Heden is deze Schrift in uw oren vervuld (vs.21). De Geest des Heeren is op Mij omdat de Heere Mij gezalfd heeft (Jes. 61:1). De drie ambten waren met Christus’ persoon verweven. Na de opstanding zette de grote Ambtsdrager Zijn ambtelijk werk voort. De ambtelijke bediening van Christus is een bron van onderwijs, van genade, troost en verzekering. Heeft die bediening van Christus een centrale plaats in prediking, pastoraat en zo in het persoonlijke leven? Het dagelijkse leven staat daar niet buiten. Zo wordt de Christus der Schriften gekend en dat kennen heeft geen beperking of onderbreking. Onmisbaar nodig blijven de Profetische bediening, de Priesterlijke bediening en de Koninklijke bediening van Christus en dat door en in de gemeenschap van Christus. Ik vrees dat dit leven op retour is en er een andere geestelijke vulling, zelfs overtuiging aan het komen is. Laat er toch geen afname van geestelijke bediening komen. Daar staat zondag 17 niet buiten. En zeker niet de inhoud van het Apostolicum. Gaat het over ‘ik geloof in’, dan staat ‘kennen’ er niet buiten. Toen ds. Ledeboer gevraagd werd verslag te geven van zijn hoop voor de eeuwigheid wees hij op de twaalf artikelen van het algemeen christelijk geloof en benadrukte ‘ik geloof in Jezus Christus, Die gestorven is en begraven is en ten derden dage is opgestaan van de doden. Wanneer we nog even denken aan zondag 17, dan houdt het veel in ‘de opstanding van de doden.’ Het triomfwoord belijdt: Christus heeft de dood overwonnen. De drievoudige dood. Zeker, de dood is er nog. Wie geestelijk leven kent weet ervan dat Christus de dood als straf op de zonde heeft overwonnen. Want Hij heeft door kruislijden, sterven en begraven de schuld van de zonde gedragen en zo verzoening verworven. Wat leidt tot gemeenschap. Nu altoos zonder strijd, moeite en zorg? Het kan zo stormen, de golfslagen kunnen zo hoog en krachtig zijn. De eeuwige dood dreigt. Men kan zinken, maar niet verdrinken. Jezus wandelt in de stormnacht op de golven. Om zelfs te bevestigen wat in Hebr. 2:15 staat. Hij is gekomen om degenen te verlossen, die met vreze des doods al hun leven der dienstbaarheid onderworpen waren. Hij maakt Zijn woord waar: Ik leef en gij zult leven. Matthew Henry schrijft: De dood is voor allen die zien op Christus niet meer in de handen van de satan, maar van Christus. Zo is de dood ook Christus’ dienstknecht. De dood is een doorgang naar het eeuwig zalig leven. Van de bewerking daartoe spreekt ook zondag 17. Voor het geestelijke leven is van belang hier acht op te geven en het door genade te kennen. De opgestane Christus, Die de dood overwonnen heeft. Hij komt met heilsschat en kracht ervan uit de graftuin. De eerste schat is gerechtigheid. Dat is de rechte verhouding, waarin een zondaar staat voor God, met God en zodat er niets op hem valt aan te merken. Gods toorn is geblust en aan Gods eisend recht is voldaan. Dit gaat niet zomaar. Het wijst ook niet op een voorwaarde. Het wijst op de werkelijkheid. In en door Zijn dood heeft Christus de paradijszonde(n) verzoend door Zijn bloedstorting aan het kruis. Verwerving en deelachtigmaking, zijn voor de hoge Rechter geldende werkelijkheden. De zondaar als doodschuldig komend in Gods raadszaal, moet God de Heere billijken in Zijn heilig recht en de uitoefening daarvan. Wie die werkelijkheid beleeft, heeft het oog gericht op de Advocaat, de Pleitbezorger Jezus Christus. Jezus Christus erkent Gods eisende gerechtigheid, maar Hij wijst tevens op Zijn voldoenend, verzoenend kruisbloed. God de Heere spreekt vrij van zonde en schuld en geeft een recht op het eeuwige leven. In de vrijspraak toont God de Heere Zijn gerechtigheid. De verworven en geschonken gerechtigheid van Christus is Gods gerechtigheid. Paulus schrijft: Want Dien, Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem (2 Kor. 5:21). God de Heere behandelt de zondaar als een rechtvaardige en laat hem delen in Zijn gunst, liefde en trouwe zorg. Er valt veel te leren op ’s Heeren leerschool. Zijn we erop? Willen we erop zijn? Zonder diploma, maar niet zonder vrucht. Er wordt ook gezien de opwekking tot een nieuw leven. Leven uit een ander beginsel. Het denken, het doen, is geheel anders dan voorheen. Men is een tweemens geworden. De Schrift spreekt van de oude en de nieuwe mens. De oude is van beneden. De nieuwe van boven. Er is verschil, zelfs een tegenstelling. We komen het in de Schrift tegen. We worden gewezen op de praktijk. Afsterven en opstanding. Het geschiedt procesmatig, maar het gebeurt. De kracht des Heeren gaat door tot voltooiing. Door afbraak tot gehele opbouw. Tot verzekering en tot troost volgt: De opstanding van Christus is een zeker pand van onze zalige opstanding. Het nieuwe leven schittert, werkt in de opstanding van de ziel. De opstanding van het lichaam vindt plaats na dit leven op de grote dag. Velen zullen wel opstaan, maar niet in heerlijkheid. Allen die Paulus verstaan in zijn belijdenis: ‘Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? Ik dank God door Jezus Christus onze Heere’ (Rom. 7:24 en 25). Christus Jezus heeft door Zijn leven verdiend, de Vader heeft het gewild en de Heilige Geest ervoor gewerkt, zodat gezongen mag worden: Hij schenkt uit goedheid zonder peil het eeuwig zalig leven. Hij kan en wil en zal in nood, zelfs bij het naderen van de dood volkomen uitkomst geven. Psalm 68:10b. Dan zal God alles en in allen zijn. Job zegt: en geen vreemde, geen onbekende Losser. Job 19:27.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 16 mei 2017

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Het Apostolicum (28)

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 16 mei 2017

Bewaar het pand | 12 Pagina's