Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Apostolicum (33)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Apostolicum (33)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Naast de Heilige Schrift hebben we als gereformeerde belijders de belijdenisgeschriften. Zij vormen geen aanhangsel. De belijdenisgeschriften spreken. Zij belijden naar de Schriften. Onveranderd en niet verouderd. Wanneer we het gereformeerde kerkelijk veld overzien dan is er een tanen in gereformeerd belijden. Er groeit zelfs een tegenstelling tussen gisteren en vandaag. Het wordt gehoord: vandaag zien we het anders.

Er is accentverlegging in de reformatorische gezindte. De Persoon en het werk van de Heilige Geest zouden centraal moeten staan. Daar wijst de Heilige Schrift op. Er wordt uitvoerig geschreven over Geesteswerk voor hart en leven. Het kennen, het geloven, het vertrouwen op. Zondag 20 van de catechismus gaat in op het apostolische belijden. Ik geloof in de Heilige Geest. Verder lezen we niets. Is de Heilige Geest dan niet zo belangrijk als de Vader en de Zoon? Terecht is gezegd dat heel de catechismus vanaf zondag 1 strikt Geestelijk getoonzet is. De reformatie als doorbraak van de Heilige Geest heeft weer oog gekregen voor het werk, de rijkdom en het gewicht van de Heilige Geest. De Heilige Geest staat niet achter bij de Vader en de Zoon. Laten we in dit verband letten op de zondagen 8 en 20 van onze catechismus. Zondag 8 belijdt de heilige drie-eenheid zoals ze geopenbaard is in het Woord. Elk met een eigen taak en een eigen werk. In zondag 20 wordt beleden dat de Heilige Geest tezamen met de Vader en de Zoon waarachtig en eeuwig God is. Het accent valt op het woord tezamen. Er is gezegd: de Heilige Geest voltooit het Goddelijk Huisgezin. De Heilige Geest is de Voltooier van het werk van de Vader en de Zoon. Opvallend is dat werk in de geschiedenis van de Heilige Geest. Hand. 2. In het begin lezen we al het rijke woord ‘vervullen.’ Dit voltooiende werk van de Heilige Geest wordt gezien in alle werken van de Heilige Geest in schepping en herschepping. Het beginnende werk van de Heilige Geest werkt aan op de vervulling tot eer en verheerlijking van de Vader en de Zoon. In de zondaar realiseert zich de wil van de Vader. Het verdienende werk van de Zoon. Het toe- eigenende werk van de Heiige Geest. Zo krijgt God de Vader Zijn beelddrager eeuwig terug, levend als profeet, priester en koning. Lof zij de heilige Goddelijke Drie-eenheid. Lezen wij de geloofsbelijdenis van Athanasius weleens? In ons kerkboek heeft die belijdenis een plaats. Wijst de catechismus vervolgens op het persoonlijke, dan wordt uitgegaan van een werkelijkheid die we niet voorbij mogen zien, namelijk de vrucht van de verkondiging van de prediking van het Woord. Door de uitstorting van de Heilige Geest. Door de arbeiders van het Woord wordt naar het Woord ’s Heeren Kerk gesticht en onderhouden. Het persoonlijke wordt beleden. Woord en Geest werken vruchtbaar in de zondaar. Geloofskennis. Geloofszekerheid. We lezen dat de Heilige Geest ook mij is gegeven. Laten we goed lezen wat er beleden wordt. ‘Geven’ wijst allereerst op de ontzettende werkelijkheid dat van nature de Geest van God gemist wordt. Er is geen echt geestelijk leven. De geest van beneden werkt. Die geest bedriegt en misleidt. Die geest overtuigt ook en geeft ook verzekering. Roem in Jezus zonder kennis en zonder grond. Gods Woord spreekt van geven en zo leven. In het belijden staat het woord ‘ook’. Dat woord wijst op verwondering. De Heere ging mij in de kerk niet voorbij. Als het goed is leven uit en door het wonder des Heeren. Het doel van de gave van de Heilige Geest wordt naar het Woord beleden. Ook dit belijden dienen we te lezen en te verwerken. Het gaat heen naar Christus en al Zijn weldaden. Maar hoe gebeurt dit? Door een waar geloof. Wat worden we erop gewezen dat Gods Geest beschikt over het geloof. De Heilige Geest is de Beschikker, de Werker en Bewerker van het geloof. Dus het geloof beschikt niet over Gods Geest. De Heilige Geest is de Werkmeester van het geestelijke leven, niet met uitschakeling, maar met inschakeling van de zondaar. De beoefening van het geloof brengt tot en is geloven. Het geloof in Christus en Zijn weldaden. We worden Christus en Zijn werk deelachtig gemaakt. Wat rijk. Wat zalig. Het is het lievelingswerk van de Heilige Geest. De grootmaking van Jezus Christus. De Heere Christus heeft het Zelf gezegd: Die, namelijk de Heilige Geest, zal Mij verheerlijken. Hij zal het uit het Mijne nemen en zal het u verkondigen (Joh. 16:14). Er is gezegd: zo is de Heilige Geest moederlijk bezig. Gaat het over Christus’ weldaden, de heilsorde staat daar niet buiten. Aan ons toe- eigenen gaat de toe- eigening van de Heilige Geest vooraf. Ook dit mag niet vergeten worden. Geestelijke leiding verandert niet met de tijd. Het werk van de Heilige Geest wordt ook gezien en bemerkt in het troosten en altoos blijven. Wordt in het Oude Testament, bijzonder in de profetieën, gewezen op de Heilige Geest als Trooster, in het Nieuwe Testament spreekt Jezus viermaal van de Heilige Geest en zo wordt de Heilige Geest in Zijn rijke tegenwoordigheid in Christus’ Kerk aangewezen. In zijn brieven wijst Paulus op het duidelijke, rijke, heilvolle werk van de Heilige Geest. Een dienaar van het Woord dient acht te geven op het Griekse woord ‘parakletos’. Bijstand verlener. Zo is de Heilige Geest sprekend werkzaam in de hemel voor Christus bij God de Heere en in het hart. Laten we onthouden dat de Heilige Geest tijdens Zijn dienstwerk altijd gebruik maakt van het Woord en van de genadevolle werking van het Woord. De werkzame geestelijke Advocaat mag ook ingeroepen worden. De Heilige Geest laat het nimmer afweten. De Heilige Geest is bedroefd wanneer er van Hem geen gebruik gemaakt wordt. Dit kan ook gezegd worden van Jezus Christus, de Voorspreker in de hemel. Jezus Christus is de Voorspreker bij de Vader. Met nadruk schrijft Johannes van Hem. Ook als Voorspreker. Jezus Christus de Rechtvaardige, 1 Joh. 2:1. Op Hem kan men aan. Zo zijn er twee Voorsprekers. Zij spreken voor ons en in ons. Van wijken of afschrijven is geen sprake. Kan men dan zijn gang gaan omdat het blijft zoals het is? Neen, want die levenshouding, dat gedrag, wordt in de Schrift veroordeeld. Waar de Heilige Geest werkt, geldt: het hart wordt om Christus’ werk naar Gods wil een woning van de Heilige Geest. De Heilige Geest is onmisbaar. Het geestelijke leven functioneert wanneer er is het voortdurend gebed om de Heilige Geest en de ootmoedige vraag: neem Uw Heiige Geest niet van mij. Welk een werkelijkheid wordt gekend door de woestijnkerk. De Heilige Geest maakt waar wat van Hem geschreven staat in het Woord. Tegen een dominee werd eens gezegd: Dominee, spreek rijk van de tegenwoordigheid van de Heilige Geest in de woestijnkerk en Zijn werking in het leven. Leden van de woestijnkerk hebben het nodig en zien er naar uit.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 22 augustus 2017

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Het Apostolicum (33)

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 22 augustus 2017

Bewaar het pand | 12 Pagina's