Beginselen en belangen - pagina 5
Een woord tot ons christenvolk bij den naderenden stembusstrijd
tó
BEGINSELEN EN BELANGEN.
op
nadruk) thans, nu de
zonder
mensch
meer dit, met negeering
gevallen is gaat het niet aan,
der openbaring, als het beginsel
van staatkundig leven te stellen. Reeds direct dringt zich de vraag aan ons op : welken mensch hebben we voor o n s ; een goeden of een slechten, ongevallen of gevallen ? Rousseau en zijn school gaat uit van
het veronderstelde
mensch,
van God
goed-zijn
van
den mensch. Maar de
afgevallen, is niet meer goed ; zijn verstand is
verduisterd, zijn wil verdorven, zijn neigingen zijn van het rechte spoor
af. Reeds hierom gaat het niet aan, om, ook ten deze, uit
den mensch als mensch het stelsel op te bouwen. Wij moeten aan God
en zijn openbaring onze kennis ontleenen. In Christus komt
die openbaring
tot ons als de
bron van alle wijsheid en Gode
welgevallig leven, voor alle terreinen. Z o o ontstaat reden, om van een christelijke staatkunde te spreken. De anti-revolutionair belijdt dan ook : dat alle recht, dat op aarde gelden zal, moet getoetst aan het recht-, dat recht bepaalt G o d alleen naar den aard van zijn heilig wezen ; voor zooveel het „menschelijk leven" betreft, is de zuivere kennis en vastheid van deze ordinantiën door de zonde te loor gegaan ; de natuurlijke Godskennis en het natuurlijk dientengevolge
rechtsbesef,
onvoldoende,
hoe h o o g ook te waardeeren, zijn om
ons de eeuwige beginselen te
doen kennen ; door de bijzondere, bovennatuurlijke openbaring van Gods W o o r d is o p belangrijke wijze licht over die beginselen verspreid, ook onze
wat het burgerlijk leven aangaat; en deswege is het
roeping,
om ook o p staatkundig terrein de eeuwige
beginse-
len van dat Gods W o o r d te belijden (zie Ons Program ; door Dr. A. Kuyper). In vierderlei opzicht met name, zal hier de ernstige tegenstelling tusschen
de anti-revolutionaire partij en de partijen der vrijzinnig-
heid aan het licht treden. 1. De keering)
oorsprong
van
het
gezag.
De liberaal (van allerlei scha-
leert, dat het gezag opkomt uit den mensch ; dan wordt
de overheid
een tijdelijke, herroepelijke ambtsbetrekking,
schikt aan het
onderge-
„souvereine" volk, dienovereenkomstig beschouwt
de liberaal vorst of vorstin als een vliegwiel (Cort v. d. Linden); iemand die de punt op de i zet (Opzoomer); ornament (v. Houten);
i
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1913
Brochures (TUA) | 22 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1913
Brochures (TUA) | 22 Pagina's