De Friesche Doopsgezinde Societeit - pagina 2

Doopsgezinde Lectuur. A . Geschriftjes ten behoeve van de D o o p s g e z i n d e n in de verstrooiing.

No. „

1. 2.

S. DE WAARD. Het ontstaan onzer broederschap. L. HESTA. De tegenwoordige toestand onzer broederschap in Nederland. „ 3. TJ. KIELSTRA. Hans Denck. „ 4. W . J. YAN DOUWEN. Mijne bezoekreis. F. C. FLEISCHER. Mijne eerste bezoekreis. „ 5. W . J. VAN DOU WEN. De Doopsgezinden in een woelig tijdperk. „ 6 en 7. G. TEN CATE. Het verband tusschen Vroomheid en Traditie inzonderheid bij ons Doopsgezinden. j „ 8, 9, 10. G-. E. FRERICHS. Menno Simons. „ 11. H. BOETJE. Leerrede over Fil. 2 : 12, 13. „ 12. W . J. VAN DOUWEN. De Gemeente. „ 13. P. H. VEEN". Een aangrijpende bladzijde uit onze historie. „ 14. E. M. TEN CATE. Het ontstaan der Doopsgezinden inNederland. „ 15. J. B. DU BUY. Hoe onze Araderen aan hun geld kwamen en hoe zij het besteedden. „J 16. P. B. WESTERDIJK. Het recht van ons bestaan. „ 17. F. C. FLEISCHER. De Doopsgezinden in het Buitenland. • „ 18. P. OOSTERBAAN. Johannes Stinstra en de Kerk. „ 19. F. C. FLEISCHER. II. De Doopsgezinden in het Buitenland. „ 20. F. C. FLEISCHER. III. De Doopsgezinden in het Buitenland. „ 21. E.M. TEN" CATE. Een tijdperk van bloed en tranen. 1530 — 1559. „ 22. J. WUITE. Leerrede over Ruth 1 : 16. „ 23. L. KNAPPERT. Van der vaderen lijdensmoed. „ 24. W . J. VAN DOUWEN. Verzoeking. „ 25. B. HAGA. De Doopsgezinde martelaren te Nijmegen. „ 26. G. TEN CATE. Uit een oud Mennist aanteeken-boekje. „ 27. W. J. V A N DOUWEN. Doopsgezind Ringleven. „ 28' K. VOS. Onze Doopsgezinde Sociëteiten. „ 29. K. VOS. Oranje en de Doopsgezinden. „ 30. J. P. GLASZ. Hans de Ries. „ 31. G. HEERINGA. Iets over Doopsgezinde Zending. „ 32. JER. DE VRIES. Het heil van de daad. „ 33. K. VOS. Adam Pastor, de eerste Nederlandsche Vrijzinnig Doopsgezinde. „ 34. B. P. PLANTENGA. Verslag omtrent de Vereeniging ter behartiging van de godsdienstige belangen der Doopsgezinde Broeders en Zusters in de verstrooiing over 1905 — 1910. „ 35. G. TEN CATE. Stichting en Kunst. „ 36. A. BINNERTS Szu. „Wat is ons Doopsgezind"? „ 37. P. FEENSTRA JE. De stichting van het Menno SimonsMonument. „ 38. H. BOETJE. Dagon voor Jahve gevallen. „ 39.. P. B. WESTERDIJK. Het Boek eener Grootmoeder. „ 40. T. H. SIEMELINK. Melchior Hofrnann,

(Vervolg op blz. S van het omslag).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen