Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De mensch als 'levende ziel' - pagina 27

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De mensch als 'levende ziel' - pagina 27

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

AFWIJKENDE KANTTEEKENINGEN. We moeten thans nog even nagaan, hoe ook bij de Kantteekenrs het Grieksche zielsbegrip een heel enkelen keer ongemotiveerd voor den dag komt. Daaruit blijkt dan, hoe ook zij dezen Kanaaniet in leven lieten. Evenals bij Calvijn en bij Josua waren die overgebleven Kanaanieten voor hen vrij onschuldig ! Deut 4 : 15 Wacht U dan wel voor uwe zielen, opdat gij U niet verderft en maakt U iets gesnedens.

Hier teekenen de Kantt. aan: Dat is ten beste van uwe zielen; goede zorg voor uw zielen en zij verwijzen naar den gelijkluidenden tekst in Jer. 17 : 21 waar staat aangeteekend: Zoo lief als U uwer zielen zaligheid is. De omkeering van de beteekenis: „wacht U voor uw zielen" in: ,,zorg goed voor uw ziel" is dezelfde als wanneer men iemand bedreigt: „wee je gebeente!" als je 't niet doet, wat ik zeg!... en de bedreigde gaat in plaats van te letten op 't gebod, „zorgen" voor zijn „gebeente." Waar Gods Verbond en 't houden van Gods Verbond moest staan in de aandacht van de Christenen, daar is in de plaats gekomen... „de ziel" waarvoor alle zorg moet besteed worden. draagt

„SCHADE ZIJNER ZIEL LIJDEN". Vermoedelijk hebben de Kantteekenaars bij Jerem. 17 : 21 iets gevoeld van die beperking in 't woord „ziel" in deze Grieksche beteekenis — want zij hebben er een tweede verklaring aan toegevoegd, die meer in het woordgebruik der Schrift past: „Of, wacht uzelven, of neemt acht op uw personen, let op uzelven". Deze verklaring klopt ook op het Nieuw-Testamentisch woordgebruik in den bekenden tekst: wat baat het een mensch, die de geheele wereld zou winnen en zichzelven verliezen of schade zijns zelfs lijden. Luc. 9 : 25.

Bij Mattheus staat hier: schade zijner ziel lijden. (Matth. 16 : 26). Men maakt daar meestal van: „schade lijden aan zijn onsterfelijke ziel", doch er staat „met schade van zijn ziel. Zooals in Hand. 27 : 10 Paulus vermaant: Mannen, ik zie, dat de vaart zal geschieden met schade van lading en van schip en van ons leven, 't Zal zijn ten koste van 't schip. Schade van zijn ziel is: zijn leven verliezen in 't verderf, 't Zal gaan ten koste van zijn ziel, zooals Lucas ook zegt: zichzelven verliezen, en dan baat alle bezit den doode niets. 25

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1934

Brochures (TUA) | 55 Pagina's

De mensch als 'levende ziel' - pagina 27

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1934

Brochures (TUA) | 55 Pagina's