Grondslag en karakter van de Italiaansch-fascistische staatsleer - pagina 57
BEOORDEELING VAN DEN FASCHISTISCHEN STAAT
55
van het centraal gezag, met name die van de „uitvoerende macht" in Amerika en Engeland, en de Calvinistische theorie en practijk in Nederland in de 19de eeuw wat beter had gekend dan hij blijkbaar doet. Als het in het fascisme om niets anders ging dan om de verdediging van een krachtig staatsgezag en om de heerschappij der massa te bestrijden, dan had gij geen beter bondgenoot kunnen vinden dan Calvijn, met zijn diepen eerbied voor de overheid als dienaresse Gods en zijn afkeer van de heerschappij der massa, „ista bellua multorum capitum". Maar nu het in werkelijkheid gaat om de humanistische verafgoding van de heroisch-gewelddadige dictatuur en de vernietiging van alle persoonlijke vrijheid, nu staat de zaak juist omgekeerd. Van zijn standpunt terecht verklaart Rocco dan ook de Calvinistische reformatie en de geschriften van haar staatsrechtelijke leidslieden tot bron van wat hij als het groote kwaad beschouwt. Zij hebben aan alle menschelijk gezag den breidel aangelegd van Gods wet en de persoonlijke vrijheid verankerd in de vrijheid, waarmee Christus den mensch heeft vrijgemaakt. Metterdaad, calvinistische en fascistische staatsleer zijn gedoemd elkander principieel en zonder kwartier te bestrijden. § 2. De irrationalistische
levensphilosophie.
Daar is allereerst de irrationalistische levensphilosophie, waarop zij zich wijsgeerig grondt. Wat de negatieve zijde, de verwerping van het rationalisme aangaat, behoefde het calvinisme niet te wachten op Nietzsche en Bergson en James — en wil men er met Rickert de moderne phaenomenologie bij rekenen met haar „Wesensschau", mij wel — om te zien, dat het rationalisme moest spaak loopen. Cartesius en Spinoza hebben geen grondiger en scherper bestrijding gevonden in hun tijd dan van Calvinistische zijde. Door Groen en Kuyper zijn de rationalistische grondslagen van modernisme en liberalisme in hun principieele onjuistheid en fatale gevolgen voor het leven reeds meer dan een halve eeuw geleden blootgelegd; dat het rationalistisch optimisme op religieus, politiek en cultureel terrein een „fata morgana" was, waarop eerlang bittere ontgoocheling moest volgen leerden zij reeds lang vóór zijn eigen aanhangers het zagen en erkenden. In zooverre heeft
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 februari 1934
Brochures (TUA) | 88 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 februari 1934
Brochures (TUA) | 88 Pagina's