Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Scheiding en verbond / Scheiding en eenheid / Scheiding en toekomst - pagina 7

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Scheiding en verbond / Scheiding en eenheid / Scheiding en toekomst - pagina 7

Toespraken, gehouden in de samenkomst belegd vanwege het hoofdbestuur van de Confessioneele Vereeniging bij gelegenheid van de herdenking der Afscheiding van 1834 in de Pieterskerk te Leiden op Donderdag 18 October 1934

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

— 5 — konden gaan met de gescheiden broeders. I n de tweede plaats, ziehier, wat naar onze overtuiging door de gescheiden broeders is en wordt voorbijgezien. Ten slotte zie daar de pleitgrond voor bede en roepstem beide. Deze bede staat aan het slot van een psalm, die in schelle kleuren de ontheiliging van het heiligdom geteekend heeft. Met dit ééne woord zitten wij al van zelf midden in de dingen. Die ontheiliging is voor den dichter ontzettend. E n wij brengen het dadelijk over, als er geen ontheiliging van het heilig erf der kerk was geweest, er zou geen afscheiding hebben plaats gehad. Over de zonde onzer kerk, onzer vaderlandsche kerk, onzer moeder in geestelijk opzicht, zullen wij misschien in menig opzicht precies gelijk oordeelen als velen der gescheiden broeders. Neen, daarover loopt niet in de eerste plaats ons verschil. Wij spreken daarover dan ook op dit oogenblik niet. Maar het verschil loopt over de vraag wat wij daarbij naar Gods Woord moeten en mogen doen. W a t doet de dichter van dezen psalm! Bij hem gaat een zielekreet op t o t God. Voor H e m is God de Eerste en ten slotte de Eenige van Wien de redding komen kan. Met kracht en geweld vermag hij tegen de vijandelijke machten die ontheiligen niets, maar als des Heeren Geest werkt, dan hoeft hij niet te zien op eigen zwakheid, dan hoeft hij niet te kijken naar eigen hulpeloosheid, neen, dan komt het en hij smeekt en worstelt in het gebed. D a t is het eerste, maar onmiddellijk hiermede is het tweede verbonden. Hij gelooft, d a t die God helpen zal. Hij kent hem als de Hoorder der gebeden. E n toeft Hij al, Hij kent zijn tijd. Doordat Hij gelooft, staat hij niet hopeloos. Neen, en zie hier het derde, hij behoeft niet hopeloos te staan, want er is een Verbond Gods. Hij behoeft geen pleitgrond te nemen uit zichzelf. E r is een pleitgrond dien God Zelf hem gegeven heeft. D a t

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 oktober 1934

Brochures (TUA) | 34 Pagina's

Scheiding en verbond / Scheiding en eenheid / Scheiding en toekomst - pagina 7

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 oktober 1934

Brochures (TUA) | 34 Pagina's