Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Over de verkondiging - pagina 11

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over de verkondiging - pagina 11

Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het hoogleraarsambt vanwege de Nederlandsche Hervormde Kerk aan de Rijkuniversiteit te Utrecht op maandag 6 mei 1935

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

kregen, voor zij het woord nam. W a n t dat is verkondigen. Zij heeft het woord niet gekregen als kans, als gelegenheid tot spreken, maar als boodschap, waarvan de gestalte de „heilige Schrift" is. Daarom kan de aandacht van hem, die binnentrad, bij de eerste gegevens niet blijven staan; de boog van den tunnel, is een openheid, die zich nog verder uitstrekt naar de andere zijde;' maar hoe dieper hij ziet des te duisterder wordt het: de heilige Schrift is een duister boek. 1 2 ) De vraag naar den achtergrond is nog niet beantwoord. Het woord van den bijbel is weer boodschap, is weer verkondiging, is weer dienende stem; het is ook weer Woord dat gegeven is voor het werd geschreven. Wanneer wij vragen, wie daar in de verre diepte verkondigen, dan zijn dat „apostelen en profeten". Maar ook hun stem is dienende stem der verkondiging. W a t is een profeet anders dan iemand, die niet uit zichzelf spreekt, maar een stem achter hem spreekt door middel van zijn woord. Een profeet is een boodschapper, of liever, hij is boodschap, want voorzoover hij geen boodschap is, is hij geen profeet. Zoozeer beheerscht opdracht den drager ervan, dat deze volkomen opgaat in zijn dienst. En wat is een apostel anders, dan een gezondene, of liever, hij is zending, want al wat er van belang aan den apostel is, is dat hij een ander is, dan hij op zichzelf zou zijn. Op zichzelf is hij van geen belang, hij is alleen als apostel gequalificeerd door wat hij uit een ander is. Zoodat de vraag naar den achtergrond der verkondiging bij de profeten en apostelen niet blijft staan; zij zijn als de wanden van den tunnel, waarlangs onze blik in den schemer doordringt om misschien de andere zijde te zien. W a t en waarvandaan is het Woord, waardoor de profeet profeet is, en wat en waarvandaan is de zending, die den apostel apostel maakt? W a n t ook met hen zijn wij niet aan den oorsprong der verkondiging. Het woord, dat de profeet verkondigt en de zending, die den apostel in dienst stelt, is één, zooals de wanden van den tunnel één openheid omvatten. 1 3 ) De uiterste gestalte, van wien de profeten de boodschap droegen en de apostelen opdracht ontvingen, noemt de verkondiging met den naam: Jezus. Is hij het gesloten einde, de donkerste plek der wereld, waar het diepst gegraven is, en de laatste teleurstelling der geslotenheid en duisternis bereikt is? De verre, uiterste, nevelachtige gestalte, die in het uur van zijn dood roept „mijn God, waarom hebt gij mij verlaten", zou

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 6 mei 1935

Brochures (TUA) | 33 Pagina's

Over de verkondiging - pagina 11

Bekijk de hele uitgave van maandag 6 mei 1935

Brochures (TUA) | 33 Pagina's