Een woord ter gedachtenis - pagina 8
uitgesproken door J. Fraanje op den dag der teraardebestelling van Johannes Vos te Wijk (N.-B.) 6 sept. 1934 ; opgeteekend door een catechisante
VOORWOORD. In den voortgang van het leven hier op aarde geroepen zijnde allerlei werkzaamheden te verrichten, dan eens het eene, dan 't andere, zoo iverden wij ook verzocht de laatste eer te beivijzen aan onzen overleden vriend en broeder Johannes Vos. Oorspronkelijk is het nooit de bedoeling geweest, de woorden, dien dag gesproken, op schrift te stellen. Doch, eenmaal bekend geworden zijnde, dat een belangstellende dit later opgeteekend had, was het de wensch der familie en vele vrienden, het gesprokene als een herinnering aan den dag zijner begrafenis te kunnen bewaren, ivaartoe dan de copie voor de pers afgestaan is. Zonder iets te bedoelen, dan kon het zijn Gods eere, die in de verheerlijking van zondaren helder uitblinkt, zoo ga dan ook dit woord, als een herinnering, dat het leven al voort gaat, ieder naar zijn einde. 't Was dan op dezen dag, dat wij tezamen kwamen, Om 't onbezielde stof van dit, Gods eigen kind, Met vele vrienden grafwaarts heen te dragen. Hij was door God en door Zijn volk bemind. God had hem Zelf bij name uitverkoren, En hem geleerd dat hij in Adam lag verloren, Doch met behoud van al Zijn recht en deugden, Was hij in gunst hersteld, door Christus, Zijnen Zoon.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1935
Brochures (TUA) | 37 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1935
Brochures (TUA) | 37 Pagina's