Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een woord ter gedachtenis - pagina 16

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een woord ter gedachtenis - pagina 16

uitgesproken door J. Fraanje op den dag der teraardebestelling van Johannes Vos te Wijk (N.-B.) 6 sept. 1934 ; opgeteekend door een catechisante

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

13

jaren geordend, is reeds die groote Vorst voor Johannes Vqs opgestaan. Die eeuwige Zone Gods heeft toen al reeds het gansche geslacht der uitverkorenen als een erfdeel aanvaard. Met namen waren ze Hem reeds bekend- O, daar was behalve de uitverkorenen uit de Joodsche natie, ook een Rachab en een Ruth uit de heidenen bij. En volk, bij die van eeuwigheid getelden, daar was nu Hannes Vos óók bij. „Eisch van Mij, zeide de Vader en Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, de einden der aarde tot Uwe bezitting". O, die bezitting van den gekruisten Vorst Immanuël. Menschen, toen is die Engel des Verbonds opgestaan voor de kinderen Zijns volks, die Hij in den tijd zou gaan oplezen, één bij één, en daar was onze zielevriend en broeder ook bij. Wij lezen in Gods Woord: „Henoch wandelde met God en God nam hem weg en hij was niet meer!" Ik wensch hierin niet te ver te gaan, want wij zullen hem niet verheerlijken noch te hoog roemen. Immers, indien het mogelijk was, zou hij vanuit de kist ons toeroepen: „Houdt op! Mij komt geen eere toe!" Ach, wij behoeven hem ook niet te verhoogen, neen, dat heeft God gedaan! En we behoeven hem ook niet te vernederen, want dat heeft hij door genade in den tijd zichzelf al gedaan. Want die groote Vorst Michaël had een plaats in zijn hart genomen, zoodat er voor niets anders plaats meer overbleef. God had hem twee dingen geleerd: le. Heeft hij Hem tot in het hoogste verheerlijkt, want

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1935

Brochures (TUA) | 37 Pagina's

Een woord ter gedachtenis - pagina 16

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1935

Brochures (TUA) | 37 Pagina's