De allernoodigste bede - pagina 18

het geheele land ? Gaat met ons eens door al die paadjes. 1. In de politie, hoe stond het d a a r ? Maakten zij daar contracten? Zeiden ze daar, de kinderen zullen opvolgers van de vaders w e z e n ? Als zij zulke c o n tracten gemaakt hadden, zoo zou men gezegd hebben, uit dien hoofde zult gij voor inhabil verklaard worden. De Regenten waren geen kinderen; als zij anderen in hun plaats deden opvolgen, zij verzorgden dat zij b e kwaam waren, E x o d . 8. Gaat onder het volk, zeide vader Mozes, ende ziet om naar mannen, die de gierigheid haten, naar bekwame mannen. En Deut. 10, tot het 2 0 vers, daar was het al hetzelfde, en zij stelden zich Oversten van tien, Oversten van honderd. Uw hart verlustigde zich in dien ouden tijd, als gij de politieken zaagt, uw hart verjeugde over de richters en richteressen, een Barak, een Debora. Zaagt gij een Samuël, die stond daar onder het v o l k ; getuigt het tegen mij, zeide hij, wien ik verongelijkt h e b ; en zij zeiden altemaal niemand. Zaagt gij de koningen, die God vreesden, de vromen waren bij hen geacht. 2. Het was een pleizier om te zien hoe het stond in de finantiën in die oude dagen. Waren de kassen altijd berooid en l e d i g ? De schatten des konings en des Heeren, hoe ging het d a a r m e d e ? Als er wat g e geven moest worden, het volk gaf zooveel dat zij moesten zeggen, houdt op, het volk geeft te veel. W a s er wat te repareeren in den T e m p e l , aan de deur zetten zij een kist, die werd zoo vol geworpen dat zij zeiden, daar is overvloed. Het zilver wierd somtijds geacht als steen. 3. Hoe stond het in de j u s t i t i e ? De hoofden en de gecommitteerden waren de handen g e b o n d e n ? Zeiden zij daar tegen, gij zult de contracten, die er gemaakt zijn, i n t r e k k e n ? Ach n e e n ; maar 't geschil tusschen den man en zijn naasten zult gij effenen, zonder ontvanging van eenige geschenken. Vreest, zeiden zij, voor de sententie G o d s . W i e den goddelooze rechtvaardigt, ende den rechtvaardige verdoemt, zijn den Heere een gruwel, ja die beide, Spreuk. 1 7 : 1 5 . Gij zult den

16

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen