Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De erkenning van den doop, buiten eigen kerkverband bediend - pagina 68

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De erkenning van den doop, buiten eigen kerkverband bediend - pagina 68

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

bcheiding: wettig — onwettig te maken. Daardoor wordt zoo licht uit het oog verloren, dat er een groot verschil is tusschen de kwalificatie ,,valsche kerk" en die van „niet-kerk". 2. Ook door Prof. Kuyper wordt weer het standpunt van hen, die meenen de „pluriformiteit" niet te mogen aanvaarden geteekend als „enghartigheid en bekrompenheid" en gesproken van hen, als menschen, die geen Kerk buiten de hunne willen erkennen, omdat zij alleen een heilige Kerk zijn. Maar dan wordt vergeten er duidelijk bij te zeggen, dat het standpunt van de niet-erkenning van de „pluriformiteit" meer principieel, algemeen is, dat er op één plaats geen kerkelijk instituut kan erkend worden als wettig dan één en dat daarom onzerzijds evenmin van onze broeders en zusters in andere „kerken" verwacht of verlangd wordt, dat zij onze kerk als zoodanig zullen erkennen, zoolang zij het voor den eisch der geloofsgehoorzaamheid achten in hun eigen „kerk" te blijven. Alles tesamengenomen kan ik allerminst het bezwaar, door Prof. Kuyper ontleend aan de „pluriformiteit" der Kerk, van voldoende bewijskracht achten tegen wat ik met mijn referaat heb willen betoogen. *

Ten vijfde wordt er bezwaar gemaakt tegen het veronachtzamen van de Schriftuurlijke gronden voor de doopserkenning. Prof. Kuyper zegt, nadat hij heeft opgesomd welke Schriftuurlijke gronden door de Reformatoren voor de erkenning van den doop zijn aangevoerd: „De referent heeft deze Schriftuurlijke gronden niet weerlegd, ze zelfs niet eens genoemd. Dat is mijn ernstigste bezwaar, zoo merkte ik op, tegen het betoog van den referent." Bij de opsomming van die Schriftuurlijke gronden wijst Prof. K. allereerst op Efeze 4 : 5 en zegt in verband hiermee: „Daarin komt uit de Katholiciteit der Christelijke Kerk, want al zijn er verschillende Kerken, ze aanbidden één Heere als h u n God en Zaligmaker; ze hebben nog gemeenschappelijk één geloof, ons algemeen, ongetwijfeld Christelijk geloof, de Apostolische Geloofsbelijdenis, die door alle Christelijke Kerken wordt aangenomen. En zoo hebben we ook één doop, want alle Christelijke Kerken erkennen elkanders doop, die

68

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologische Universiteit Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 1936

Brochures (TUA) | 82 Pagina's

De erkenning van den doop, buiten eigen kerkverband bediend - pagina 68

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 1936

Brochures (TUA) | 82 Pagina's