De zonde tegen den Heiligen Geest - pagina 28

beeld. Zooals reeds aangetoond, verwierpen zij Christus, geheel anders dan de Romeinen dat deden en ook weer anders als ieder ongeloovige, 't zij godsdienstige of ongodsdienstige. Zij toch (de Farizeën) meenden Christus door het scherpe, vlijmende zwaard van hun tong te dooden en door hun degenstoot van laster Hem te treffen. Vr. V. En wat bereikten zij? Dat zij inplaats van Hem, zichzelf en geteekend hebben.

verwond

Vr. VI. Is dit duidelijk geworden? Ja, zij wisten tegen Wien zij zulk een smaadtaal zeiden en aangezien Christus de Groote Vreugdebode der toekomst en de knecht des Heeren was waarvan Jesaja 61 : 1 getuigd, hebben de Farizeën de Godspraken des Ouden Verbonds genegeerd. Daarbij ze wisten, dat de Geest van den Eeuwige, van den Algebieder, van Jehova op Hem was, Die Hem zalfde en uitzond. Luk. 4 : 16. Vr. VII. Waaruit bleek nog meer hun chvaasheid. Dat ze hun eigen profeten miskenden en geen acht namen op hun vermaningen. Want zij wisten dat het wederstreven van den H. Geest was een smarten aandoen van Hem, Jes. 63 : 10 en dat de H. Geest een tegenstelling vormde met den onreinen geest der leugenprofeten, Zach. 13 : 2. Vr. VIII. Wat nog meer? Zij wisten dat de H. Geest onder Israël voor kwam als de leidsman des volks, als uitwerker van

27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen