De Vorst des Levens in Zijn Opstanding en Overwinning - pagina 11
10 verval en niemand die het ter harte neemt. Doch vergeeft ons deze uitweiding, onze gedachten liepen een weinig door. Wij zien dus de discipelen in hunnen droeven toestand bij elkaar zitten met gesloten deuren; ook een Petrus was daarbij, wellicht in zichzelven teruggezonken en weer met slaafsche vrees bezet, misschien ook in overpeinzing en verstomd over het peillooze van de genade Gods, aan hem verheerlijkt. In Lucas 24 vers 35 wordt ons verhaald dat de Emmaüsgangers aan de elf discipelen en die met hen vergaderd waren vertelden van de wonderlijke, heerlijke en majestieuze openbaring van Christus en van den diepen heilsweg te voren aan hen geopenbaard, hoewel ze dit alles niet geloofd hadden. Immers over hun ongeloof waren zij door den Heere Jezus nog bestraft geWorden, toen Hij zeide: „O, onverstandige en trage van harten, om te gelooven al hetgene dat de Profeten gesproken hebben," Luc. 24 : 25. Maar hoe deze twee ook spraken van hunne wonderlijke ontmoeting in het veld, zij vonden geen gehoor, want er staat zoo nadrukkelijk in Mare. 16 : 13: „Maar zij geloofden ook die niet." Zij zaten mogelijk in de diepste banden en gelijk wij lezen in groote vrees voor de Joden, want zij waren het mikpunt van hun haat en nijd; en de gesloten deuren doen ons denken aan vervolging, van de zijde der Joden, immers deze secte moest uitgeroeid worden! Nu, in deze omstandigheden, lezen wij, dat Jezus bij hen kwam en in het midden stond. Dus geheel onverwachts. Hoe dit nu plaats had of op welke wijze Hij binnen gekomen is, behoeven wij niet te onderzoeken. Het is ons genoeg te weten dat Hij in het midden Zijner volgelingen stond, en daar zullen Zijne volgelingen ook meer in gezien hebben, toen Hij zich als hun Verlosser en heilaanbrenger aan hen openbaarde, dan wel dat zij gingen onderzoeken op welke wijze Hij in huis gekomen was. O wonderlijke verschijning! Hij stond daar in het midden als de Vorst van het heir des Heeren, de Vorst des Levens, de Opstanding en het Leven, die de dood verslonden had tot overwinning en die het Leven en de onverderfelijkheid had aan het licht gebracht, 2 Tim. 1 : 10. Hij stond daar als de groote Herder Zijner schapen, die het verlorene zou zoeken, het weggedrevene zou wederbrengen, het gebrokene zou verbinden, het kranke zou sterken, Ezech. 34 : 16. Hij zou ze weiden en legeren op de hooge bergen Israëls, vers 14. Het was voor de discipelen in den rechten zin des Woords nog geen Paaschfeest geworden, de dag van ondertrouw in geloof naar Hoz. 2 : 19, was hun niet te beurt gevallen; ook
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1937
Brochures (TUA) | 33 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1937
Brochures (TUA) | 33 Pagina's