Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEREFORMEERDE GRONDSLAG of MODERNE MONDIGHEID 2

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEREFORMEERDE GRONDSLAG of MODERNE MONDIGHEID 2

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Leid ende gedachte

De grondslag van het gereformeerde denken en belijden is gegeven met Gods .Voord, de belijdenisgescnriften der Kerk en de nadere uitwerking daarvan in het denken der gereformeerde vaderen. Hierin vindt de christelijke leer haar hoogste openbaringsvorm.

Nu doet zich de vraag voor naar de kern in de gereformeerde grondslag, de centrale gedachte, die karakteristiek is voor het gereformeerde denken.

Opvallend is het, dat men er tegenwoordig meer en meer toe overgaat om het normatief gezag van de Heilige Schrift, of ook wel de schrif tuurl ijkheid te zien ais kenmerk van het gereformeerde belijden. Zonder ook maariets daarvan te willen afdoen, constateren we, dat daarmee wei het fundament van de gereformeerde grondslag wordt geaccentueerd maar niet de kern, de leidende gedachte is gegeven, in toenemende mate acht men dit OOK niet meer nodig, of zeifs wel bezwaarlijk, omdat dan onvermijdelijk tekort wordt gedaan aan de onuitputtelijke rijkdom van Gods Woord. Het zal evenwel duidelijk zijn dat met argumenten als deze, ook de belijdenisgeschriften ondergraven worden, en zelfs iedere uitwerking van Gods Woord. Een dergelijke denkwijze leidt uiteindelijk tot biblicisme en geeft ruimte voor een grote mate van pluriformiteit in het belijden.

riet is dan ook niet alleen gewenst, maar dringend noodzakelijk de gereformeerde grondslag volledig te onderschrijven en de kern daarin te onderkennen en te benadruKken. Alleen zo kan men zich één weten in de grond van het belijden, vanwaaruit kracht zou kunnen voortvloeien om te weren en te bestrijden al wat de gereformeerde belijdenis en het belijden daarvan wederstaat. Wel moet die kern de leidende gedachte zijn, die het gereformeerde denken en belijden geheel en al doortrekt, zodat aan geen enkel facet tekort wordt gedaan. En niets leent zich daartoe beter, dan de belijdenis van de absolute Souvereiniteit Gods. Zo schreef Gravemeyer bijvoorbeeld: "Maar onmiskenbaar is het dat de Gereformeerde gezindte in hare voorstelling en ontwikke-

ling der leer, bijzonder sedert en onaer de invioed van Calvijn boven alles uitblinkt door hare klaarheid en waarheid, door hare schriftmatigheid, voornamelijk in het vooropstellen en consequent vasthouden der Souvereiniteit Gods".

Souvereiniteit Gods

Alles wat is, geweest is en zijn zal, heeft zijn oorsprong in God, in die zin, dat de Goddelijke wil de laatste en diepste grond der dingen is. riet Goddelijk welbehagen is ook wel de laatste oorzaak te noemen van net zijn der dingen en hun zo-zijn. in volkomen vrijheid, absoluut onafhankelijk van iets of iemand buiten Hemzelf heeft Hij van eeuwigneid Kaad gehouden en naar Zijn wil en welbehagen Zijn besluit over alle zijn vastgesteld, onwrikbaar en onaantastbaar. Daarin ligt de Souvereiniteit Gods, evenals in de onvermijdelijke verwerkelijking en volvoering van Zijn Kaad door Zijn Goddelijke almacht.

Absolute Souvereiniteit

De Goddelijke Souvereinitei t is absoluut. Niets of niemand buiten (Jod heeft OOK maar enigszins de volstrektheid van Gods wil en welbehagen kunnen aantasten. Evenwel mag daaruit niet de gedachte ontstaan aan een blinde willekeur, die als noodlot de dingen hun onvermijdelijke loop doet gaan. De Goddelijke wil en net Goddelijk welbenagen gaan niet terug op een religieuze gedachte of filosofisch idee, maar zijn gegrond in en maken deel uit van het wezen Gods. Zo is er een ongeKende harmonie tussen Gods wil en welbehagen en de wijsheid, de goedheid, de reentvaardigheid, de neiligheid en al de andere eigenschappen Gods. God kan niet met Zichzelf in strijd zijn en begrenst alszodanig Z> elf Zijn Souvereiniteit. z, elf staat Hij in voor Zichzelf en voor Zijn werk op de allervolmaakste wijze, zodat van willekeur geen sprake is. In die begrenzing van de Goddelijke Souvereiniteit door God Zelf ligt nu de absoluutheid van de Souvereiniteit Gods.

Allesomvattende Souvereiniteit

De Souvereiniteit Gods is niet een op zichzelf staand gegeven in de theologie, maar de kern, die heel het theologisch denken doortrekt. De gereformeerde theologie heeft dat altijd erkend en nadrukkelijk beklemtoond,

In de leer aangaande de Heilige Schrift als het onveranderlijke en eeuwig blijvende «'oord van God komt de Souve-

reiniteit Gods tot uitdruKMng; evenals in ae leer aangaande God met betrekking tot het Wezen, de Namen en (le Eigenschappen Gods. Niet minaer geldt dat voor de werken Gods van eeuwigheid. Jje Raad Gods moet in dit verband genoemd woraen, het eeuwig Besluit Gods, dat al ie zijn omvat, evenals de predestinatie aie daarin centraal staat: "het hart der kerk", üok het Verbond der Verlossing, het ontsluiten van de weg der zaligheid voor de uitverkorenen, getuigt van de ondoorgrondelijke Souvereiniteit Gods.

Gods werken en net gebeuren in de tijd brengen evenzeer tot uitdrukking dat God souverein is en wel in de volvoering van Zijn Raad door Zijn Goddelijke almacnt. Hier kan de schepping genoemd worden, maar zeKer ook de val van de mens. De leer der Verbonden, de verwerving van de zaligheid door Christus voor Zijn volk en de onwederstandelijke werking van Gods Geest die de zaligheid deelachtig maakt, de leer betreffende de kerk en die aangaande de laatste dingen, het ligt allemaal onder het beslag van de Goddelijke üouvereiniteit. Het is alles "uit Hem, door Hem en tot Hem" en dat "om het eeuwig Welbehagen

Antithese

De gereformeerde belijdenis kenmerkt zich door de vooropstelling en doorwerking van de Üouvereiniteit Gods en in deze karakteristieke kern van haar grondslag ligt nu de volkomen tegenstelling met de mondigheid, het grondbeginsel dat in onze tijd zijn verwoestende invloed vrijwel overal doet gelden.

Dit artikel werd u aangeboden door: KOC Visie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juni 1973

Criterium | 28 Pagina's

GEREFORMEERDE GRONDSLAG of MODERNE MONDIGHEID 2

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juni 1973

Criterium | 28 Pagina's