Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Moderne schilderkunst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Moderne schilderkunst

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De schilderkunst van de 20e eeuw is onderwerp geweest van veel studie, en nog houden veel kunsthistorici zich met dit fenomeen bezig. Er bestaan veel theorieën over. maar het valt buiten het bestek van deze artikelenreeks daarop diep in te gaan. Enig inzicht in de problematiek van deze ware revolutie in de schilderkunst is voor een goed begrip echter onontbeerlijk.

De eerste verschijnselen van een veranderende zienswijze openbaarden zich toen een aantal kunstenaars zich niet meer kon vinden in de geijkte vormentaal die als uitgangspunt de visuele werkelijkheid had. Wat houdt visuele werkelijkheid in? Ik zal proberen om dit aan de hand van een voorbeeld duidelijk te maken.

In een landschap staat een knotwilg. Op de ruige bast valt het licht en om de boom heen is de wijde ruimte. Zakelijk bekeken is een knotwilg een afgezaagde wilg waarvan de nieuwe uitgelopen takken om de paar jaar gesnoeid worden. Op den duur ontstaat een vreemd gevormde boom. De werkelijkheid van de wilg wordt bepaald door zijn vorm, die grillig is, het licht wat over stam en takken glijdt, de ruimte van lucht en wolken en de atmosfeer. Worden deze factoren nu in een kunstwerk natuurgetrouw afgebeeld dan spreken we van een visuele werkelijkheid. Met visueel wordt hier bedoeld: zoals het oog waarneemt. Men noemt deze wijze van afbeelden ook wel illusionistisch. De werkelijkheid in een schilderij is de illusie van de werkelijkheid in de natuur. Je kunt niet in een geschilderde boom klimmen. Op deze opvatting van de werkelijkheid, die ook op de academies geleerd werd.

kwam toenemende kritiek en zoals reeds gezegd, vele kunstenaars konden zich niet meer vinden in deze geijkte vormentaal. Wat wilde men dan?

Wel, redeneerde men, de natuur veroorzaakt naast een visuele beleving ook een innerlijke beleving die evengoed de werkelijkheid is. We kunnen bij het beschouwen van de natuur gevoelens krijgen van verlangen, eenzaamheid, vreugde. De knotwilg uit ons voorbeeld wordt dan een vorm die de stemming in het landschap versterkt en de ruimte intenser maakt.

Een vorm waarmee het licht een geheimzinnig spel speelt. Zo'n afgebeelde wilg zien we dan niet meer als landschap verfraaiend object, maar als een vorm die een innerlijke ontroering teweeg brengt. Deze tendens, dit betrokken willen zijn met zijn gevoelswereld bij de natuur, kan men beschouwen als een reactie op het academisme met zijn wetten en regels. De eerste stap naar een volkomen andere zienswijze was gezet.

Welk boek over moderne kunst men ook ter hand neemt, steeds komen we de namen tegen van Cezanne, van Gogh, Gauguin en Seurat. Deze schilders leefden tijdens onze eeuwwisseling toen het Impressionisme de gemoederen bezig hield.

De zienswijze van de Impressionisten week nogal af van de traditionele. Toch wilden de Impressionisten de natuur ook getrouw weergeven zonder bijbedoelingen. Ze gingen zelfs zover dat ze er de voorkeur aan gaven om buiten te schilderen waardoor het contact met de natuur nog nauwer werd. Een pure ogenkunst en dus illusionistisch.

Licht, beweerden de Impressionisten, is de belangrijlcste component in de natuur, en omdat licht de dingen steeds verandert was een snelle werkwijze noodzakelijk. Een impressionistisch kunstwerk kenmerkt 7ich dan ook door een schetsmatige werkwijze, een korte penseelstreek en helder kleurgebruik. Omdat men vond dat licht puur kleur is, gebruikte men geen zwart.

Een impressionistisch schilderij moet op enige afstand bekeken worden om de vormen duidelijk te onderscheiden en deze betrekkelijke vormloosheid en het gemis van een hechte compositie zijn de redenen dat de vier genoemde schilders zich afzonderden van deze beweging.

Zij meenden dat de schilderkunst een ander doel moet hebben. We zullen bij elk van deze schilders nagaan welk doel zij op het oog hadden.

Vincent van Gogh.

In een van zijn brieven schrijft Vincent: "Ik heb geprobeerd met rood en groen de vreselijke menselijke hartstochten te schilderen".

Voor van Gogh tot deze uitspraak kwam had hij reeds een veelbewogen leven achter zich. Hij was een eenzaam mens die door zijn tijdgenoten niet werd gewaardeerd, laat staan begrepen. Het is niet mijn bedoeling een levensbeschrijving te geven, maar zal alleen aantonen waarom hij als een van de grondleggers van de moderne kunst beschouwd wordt.

Van Gogh schilderde een onzichtbare werkelijkheid. Voor hem was een knotwilg meer dan een uiterlijke verschijning, maar ook meer dan een grillige boomvorm die bepaalde gevoelens oproept. Voor hem was een knotwilg een verminkte boom vol wonden van afgehouwen takken.

Hij zag de worsteling van de boom om in leven te blijven. Voor hem was de natuur groeikracht. Bomen werden groene fakkels en de zon een draaiende bol van vuur. De kleur had voor hem een symbolische waarde en hij drukte er liefde, haat en hartstocht mee uit. Zo schilderde hij een café bij nacht in groen en rood want op deze plaats laaien de hartstochten op, ongeremd vanwege het alcoholgebruik.

Van Gogh's zienswijze bracht hem ertoe de vorm te deformeren uit een innerlijke noodzaak. De grote kleurvlakken met de zware contouren zijn zijn symbolen waarmee hij zijn gevoelens vertolkt. Om deze manier van weergeven wordt hij als de grondlegger van het Expressionisme beschouwd.

Paul Gauguin.

Gauguin liet de visuele werkelijkheid los. Men moet zich niet onderwerpen aan de natuur, beweerde hij, maar haar benuttea. Het geheugen kan immers niet alles vasthouden en moet alleen c'atgene weergeven wat de geest treft. Op zichzelf geen nieuwe gedachte, maar Gauguin vereenvoudigde de vorm en kleur zó sterk dat hij de natuur stileerde. Hij haalde uit de natuur een abstractie.

Doordat hij de schaduw wegliet en de kleurvlakken van contouren voorzag, doen zijn schilderijen twee-dimensionaal aan.

Zijn werk mist diepte. Terwille van het rytme en de compositie liet Gauguin de werkelijkheid los en zelfs de natuurlijke kleur wijzigde hij. De knotwilg uit ons voorbeeld wordt nu een kleurvlek met er omheen een contour en is een symbool geworden.

Deze wijze van uitdrukking geven aan een innerlijke beleving vinden we ook in de primitieve kunst zoals negermaskers, en hiervan was Gauguin op de hoogte. Zijn werk is van belang voor de moderne kunst om de decoratieve benadering van de vorm en de kleur.

Cézanne.

Harmonie, een harmonische compositie, en een volmaakt evenwicht waren de problemen die Cézanne zich stelde.

Door intense concentratie en nauwgezette studie trachtte hij door te dringen in het wezenlijke, onveranderlijke van de natuur. Om dit doel te bereiken moest hij veel weglaten.

Cézanne's zienswijze was beslist geen ogenkunst. Hij wikte en woog voor hij iets noteerde op het doek en langzaam bouwde hij zijn schilderij op uit heldere kleurvlekken. Hij ontdekte dat kleurvlekken op zichzelf reeds een gevoel van ruimte oproepen en dat de natuurvormen te herleiden zijn tot geometrische figuren de bol, kegel, cilinder en kubus. Een door Cézanne geschilderde knotwilg is geen ding meer op zichzelf maar wordt harmonisch opgenomen in het geheel van het

schilderij als een serie kleurvlekken in cilindervorm.

Cézanne leefde erg op zichzelf, sober en eenvoudig zoals zijn kunst. Uit het vervolg zal echter blijken dat juist hij zoveel voor de moderne kunst betekende en zijn invloed zich zelf uitstrekt tot deze tijd.

Seurat.

In zijn behoefte om de helderheid en de levendigheid van de kleur in de natuur te benaderen zocht Seraut naar wetten en regels voor de kleur in een schilderij.

Hij wilde de kleur waarnemen op het schilderij zoals hij die in dc natuur waarnam. De gebruikelijke manier om een kleur eerst te mengen op het palet, gaf niet het beoogde resultaat. Uit de ontdekking van het kleurspectrum wist hij dat elke kleur bestaat uit componenten; de zgn. primaire kleuren rood. geel, blauw. Deze wetenschap paste hij toe in zijn schilderijen. Om bijvoorbeeld een groen bladerdak te schilderen, plaatste hij een groot aantal gele en blauwe stippen verf op het doek naast elkaar. Voor het oog gaan die stippen zich mengen en krijgen we

de gewaarwording van groen. Door de hoeveelheid gele en groene stippen te variëren ontstaan lichte en donkergroene partijen. Het resultaat is een levendige en heldere kleur. Bij gecompliceerde kleuren is het wel noodzakelijk de gewenste kleur nauwkeurig te analyseren om het aantal stippen te weten van elke component. Een dergelijke theorie probeerde Seurat ook te vinden voor de lijn, vorm en compositie.

Een knotwilg, geschilderd door Seurat, zou een verzameling van stippen kleur te zien geven binnen de vorm van de boom.

Begrepen zijn deze schilders niet door hun tijd. Ook onderling was er geen eensgezindheid.

Toch zijn er overeenkomsten. Bij Cézanne en Seurat is er sprake van een nuchtere benadering van de problemen. Zij beschouwden de natuur als een verschijnsel dat alleen begrepen kan worden door het verstand. Gauguin en Vincent van Gogh zagen in de natuur een middel om aan hun persoonlijke gewaarwordingen en ontroering vorm te geven. Deze twee uitgangspunten zullen in de kunst van de 20e eeuw steeds naar voren komen.

P.J. Kamerik

Rectificatie

Bij het gereedkomen van nummer 6 van de vorige jaargang zijn in het artikel van de heer P.J. Kamerik enkele onderschriften verkeerd overgenomen:

- op blz. 6 staat een afbeelding van een grotschildering:

- op blz. 8 staan twee afbeeldingen, waarvan de bovenste het interieur van een basilica en de onderste de kathedraal van Rouen voorstelt.

Onze excuses aan schrijver en lezers.

De redaktie.

Dit artikel werd u aangeboden door: KOC Visie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1979

Criterium | 40 Pagina's

Moderne schilderkunst

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1979

Criterium | 40 Pagina's