Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van de voorzitter

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van de voorzitter

BIJTIJDS GEWAARSCHUWD!

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het vragenboekje van ds. Ledeboer, 'Het voorbeeld der Goddelijke Waarheden' van ds. Hellenbroek, de Heidelbergse Catechismus (Het Kort Begrip), wij kunnen ze maar beter voorgoed in de kast opbergen. Dat is althans de mening van de heren doctorandi L. van Driel en I.A. Kole. In dit huidig tijdsgewricht gaat het er om de kerkelijke (schooljeugd 'Bij-tijds (te) leren geloven'. Bij-tijds, dat wil zeggen met eigentijdse middelen naar de eisen des tijds.

Verleid en misleid door moderne pedagogische en psychologische inzichten hebben zij een aantal criteria geformuleerd voor een verantwoord opvoedingsklimaat. In de catechese moet meer op gelijke voet met de jeugd worden omgegaan, men moet op voet van gelijkheid met hen discussiëren. Het opvoedingsklimaat moet zodanig zijn dat "het uitnodigt en uitdaagt om in vrijheid te gaan geloven 'voor eigen rekening' ". Ouderen moeten bereid zijn "om samen met jongeren deze zoektocht aan te gaan, niet wetende waar ze komen zullen" (pag. 159).

Waarom - vraagt u zich inmiddels wellicht af - moet dat opeens zo anders? Omdat na een 'omslag in de cultuur' de jeugd zich in een crisis bevindt. Om met dit laatste te beginnen. Ofschoon elk mens buiten de waarachtige bekering zich in een crisis bevindt, hebben zij hierin in elk geval gelijk. Zij die zich op een of andere wijze met het onderwijs in de leer der waarheid bezighouden - in het gezin, op school of als ambtsdrager op de catechisatie zullen helaas moeten beamen dat het onderricht in de leer der waarheid over het algemeen weinig beslag legt. en dat terwijl wij in de laatste decennia zoveel eigen scholen gekregen hebben!

Toch dragen de heren geheel verkeerde oplossingsmogelijkheden aan. In Deuteronomium 6 : 7 staat van de geboden, rechten en inzettingen des Heeren: En gij zult ze uw kinderen inscherpen en daarvan spreken, als gij in uw huis zit en als gij op den weg gaat, en als gij nederligt en als gij opstaat." De Heere Jezus leerde met gezag;

”Want Hij leerde als machthebbende, en niet als de schriftgeleerden." (Mattheüs 7 : 29 en Markus 1 : 22). Zo dienen zij die ambtelijk, huiselijk of als onderwijsgevende voor die taak geplaatst worden, de door God aan hen toevertrouwde kinderen met gezag te onderrichten. In deze concessies te doen aan de zogenaamde eisen des tijds is uit den boze.

Het is hier niet de plaats om verder in te gaan op dit boekje. Een zeer optimistische doops-en verbondsopvatting, geen onderscheid tussen het historieel en het waar zaligmakend geloof, zie daar nog enige zaken die mij noopten u hopelijk nog BIJTIJDS te WAARSCHUWEN. U kunt uw geld en (lees)energie aan betere boeken besteden.

Wij kunnen beter in de leer gaan bij onze oudvaders. Niet om dit in een wettische krampachtigheid na te gaan doen, maar ter beschaming en aansporing wil ik eindigen met een stukje van ds. W. Teellinck. U vindt het in de voorrede van een Engelse vertaling van zijn hand "Korte Verhandelinge van de Voornaamste Christelijke Oeffeningen" (1608), waarin hij het opvoedingsklimaat van een burgerhuisgezin in Engeland (Banbary) schetst. (Dit gedeelte is enigszins gewijzigd ook in de voorrede van zijn bekende 'Huisboek', een catechisatieboek voor huisvaders, te vinden!)

” ’s Morgens by tijts maeckte sich een yegelijck op, tot syn werck, doch alsoo dat geene, sich tot de wercke syner beroepinge en begaf, aleer hy den naem des Heeren met gesetheyt aengeroepen, ende een Capittel met behoorlijcke ondersoeckinge, gelesen hadde, alsoo heyligende door den gebede, ende het woort, het gene sy wilden ter hant neme om te doen. Dit wert soo getrouwelijck betracht, van een yder, dat selve de dienst-boden daer in niet versuymelijck wesen mochten, maer hun wert genoeghsame tijdt daer toe alle morgen vergonnet. Den dagh dus begonnen hebbende, soo volghde een yegelijck syn beroep, tot ontrent den noene, alsdan soo versamelde het gantsche huysgesin, ende lasen t'samen een capittel vervolgens; alsoo bereyt zijnde door het lesen des woorts, riepe sy eendrachtelijck den naem des Heeren aen, daer na aen tafel, spraken sy van het gene een yder uyt het capittel bemerckt hadde, nae den eten songen sy t'samen een Psalm, dan keerde sich een yder wederom tot syn werck, dit deden sy 's avonts voor den eten oock op die eyge voege. Tegen dat sy te bedde soude gaen overleyden sy den loop des daeghs, tusschen Godt ende haer selven alleene, (sommige dede dit voor den eten) ende soo bevalen sy sich Gode, na de gelegentheyt van sake door den gebede. Saterdaeghs 's achternoens werden de kleyn-wetende, dienst-boden ende kinderen gecatechiseert. Op den dagh des Heeren, soo quamen sy 's morgens voor de Predicatie t'samen, lasen een capittel, ende

baden eendrachtelijck, daer na spoedighde sy sich na de kercke, ende hoorden met aendacht, als die gene, die wisten dat sy rekeninge souden moete geven, ofte eyssche van het gene dat sy gehoort hadden: eenige schreven die Predicatie uyt de mont des Dienaers, (waer door vele van Willem Perkins dingen, die nu noch al uyt gaen, bekomen zijn geweest) t'huys komende, ee yegelijck eygende in 't bysonder syn conscientie toe, het gene hy gehoort hadde, ende badt den Heere om een segen daer over, 's middaeghs aen tafel, sprack men van de Predicatie, na gesongen Psalm, vertrock sich een yegelijck, om sich door den gebede en heylige overleggingen wederom te bereyde tot het gehoor des woorts, waer toe sy sich oock ter behoorlijcker tijdt spoedighden, poogende by tijdts in de Kercke te wesen: na de Predicatie overleyden sy of alleene, oft met andere, het gene sy gehoort hadden, tegen den avont quam het gantsche huysgesin t'samen, en verhaelde de Predicatie: daer werden dan de dienst-boden ende kinderen nauwe ondersocht, hoe aendachtigh sy geweest waren, ende wat sy onthouden hadden. Dat gedaen zijnde, baden t'samen, ende deden als voren. Dus brachten sy de weke over, wat aengaet geestelijcke oeffeningen, met geduerigheyt sonder eenige opschortinge van dien, gelijck ick dat selfde even voor den tijdt van acht oft negen maenden, die ick daer geweest ben, gesien hebbe. Ende oock, het welck ick by-na vergeten hadde, als sy t'samen ergens gingen wandelen tot hare vermakinge, soo trachteden sy gemeenlijck yemant met sich te hebben, die bequaem was, om hun een Psalm, ofte Capittel profïjtelijck uyt te legge, gelijck daer verscheyden ter plaetse waren, die een bijsondere gave daer in hadden, ende hadden sy in 't lesen, overleggen ofte t'samen spreken door de weke, yet wat ontmoetet, daer sy niet wel gerust in en waren, dat teyckenden sy aen, ende soo haest als sy in 't geselschap van eenige verstandige personen, ende voornamelijck van Dienaren des Woordts quamen, soo stelden sy dat voor, om daer in bericht te worden, Oock op bysondere occasien, nu d'eene dan d'andere, altemets alle t'samen vernederden sy sich voor den Heere, door vasten ende bidden, in een seer verstandige ende stichtelijcke wijse, dus dienden sy den Heere met gestadige geduerigheyt”.

Drs. P.H. op ’t Hof.

Dit artikel werd u aangeboden door: KOC Visie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 mei 1988

Criterium | 59 Pagina's

Van de voorzitter

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 mei 1988

Criterium | 59 Pagina's