Boekbespreking - Waarheid in het binnenste

Dit werk van Verschuir is hertaald door de heer Bunt. Het is getrouw hertaald. Uit de levensbeschrijving van de heer Krijgsman blijkt dat Verschuir juist voordat hij het Woord zou gaan prediken, tot bekering kwam. Hij wist goed het grote onderscheid tussen het Woord letterlijk, beschouwend te kennen en de bevindelijke kennis daarvan. Daar legt hij in dit werk, een samenspraak tussen bekommerd christen, onkunde, letterwijze en sterk christen, dan ook steeds de nadruk op. Dit gebeurt naar aanleiding van de tekst: Want het Koninkrijk Gods is niet gelegen in woorden, maar in kracht. Letterwijze weet heel goede beschouwingen te geven over alle belangrijke geloofswaarheden, maar sterk christen wijst erop dat het aankomt op een bevindelijk kennen van die waarheden. Onkunde begrijpt van die bevindelijke Godgeleerdheid niet veel en wil ook niet weten van de noodzaak daarvan. Hij doet zijn best en leeft zo goed mogelijk; het tekort zal de Heere wel door de vingers zien, denkt hij. Aan het eind gaat hij wel inzien dat hij zich iets inbeeldt dat geen stand kan houden. Er is toch een groot verschil bijvoorbeeld met een bekommerd christen. Die moet wel vaak klagen dat hij zo ellendig is en zijn hart niet is zoals het wezen moet, maar dat is toch een levende klacht. Ook heeft hij andere ogenblikken gekend. Onkunde is nog wel niet volmaakt, maar het drukt hem niet. Hij weet van geen ontdekking.

Bekommerd christen moet wel vaak vrezen dat hij de zaak nog mist, maar kan toch niet ontkennen dat zaken waarover sterk christen spreekt, hem niet vreemd zijn. Alleen zou hij er nog veel meer van moeten kennen volgens hem en is er nog veel duisterheid in zijn ziel. Sterk christen zegt niet dat dit allemaal nog niets is en dat hij eerst bij bewustheid moet weten dat hij het eigendom van Christus is, maar hij bemoedigt hem. Zelf kan hij ook geen hoge vlucht maken. Naar aanleiding van allerlei tegenwerpingen en misvattingen van Onkunde worden de geloofswaarheden helder 40 JA AR GA NG 37 NR . 6 DE CE MB ER 2 0 0 8 uiteengezet. Als Onkunde bijvoorbeeld zegt dat je zulke rare dingen van sommige wedergeboren mensen hoort, alsof ze van gezichten en openbaringen spraken, zo precies de tijd van hun wedergeboorte wisten alsof ze de minuten geteld hadden of zo verzekerd zijn van de zaligheid alsof ze al zalig zijn, gaat bekommerd christen daar op in. Zulke mensen kunnen wel bijzondere verlichtingen waar een belofte mee vergezeld gaat krijgen, maar dat wordt door het Woord gewerkt en moet daarmee overeen komen. Dus geen inwendig licht buiten het Woord om. De tijd van hun bekering wisten de Moorman, Paulus, Lydia en de stokbewaarder zeker wel. Hier kan wel eens misgetast worden in de tijd. Gods volk weet dat het is veranderd, dat is hun genoeg. Ze weten dat ze eens blind waren en nu zien. Van de van jongs af bekeerden, zeker degenen die van huns moeders lichaam aan geheiligd zijn, zegt sterk christen dat ze dan de krachtdadige roeping op de wijze zoals anderen niet ondervinden, maar dat het werk van God in hen wel bespeurd wordt als ze opgroeien. Zulken kunnen wel eens verlegen (verontrust) worden, omdat ze de inwendige roeping niet zo krachtdadig zoals anderen hebben ondervonden en hebben zo nodig dat de Heere hen Zelf licht geeft over Zijn werk. Maar dit zegt hij niet om er zorgeloos mee te worden, maar om er nauwkeurig op te letten hoe het met de staat van onze ziel gesteld is. Ook om er niet ongelovig mee te handelen als maar het wezen der zaak waarheid is. Het verschil tussen inen uitwendige roeping zet de schrijver duidelijk uiteen. Zo is het ook met andere waarheden.

Er is in de samenspraken veel te leren zowel dogmatisch als bevindelijk. Dat laatste niet met de bedoeling iets na te praten maar opdat de noodzaak van het onderwijs van de Heilige Geest gevoeld wordt.

Verschuir heeft het op zijn sterfbed nog mogen zeggen, dat hij het op die nauwe weg die hij de onbekeerden zo dikwijls getrouw uit het Woord van God verkondigd heeft, waagt naar de eeuwigheid te gaan en dat er geen andere weg is. Hij wenst dat zij nog bekeerd mogen worden. Over die nauwe weg, die uitloopt op een eeuwige zaligheid, heeft Verschuir veel mogen zeggen. Dat kan ook nu nog gezegend worden. Het werk bevat nog twee kleinere werkjes: een belijdenispreek en alleenspraken van de ziel. Het geheel is beslist de moeite van het lezen waard. De prijs is zeker niet te hoog voor een boek met deze inhoud.

Het boek is netjes uitgevoerd, maar de spelling van de werkwoordsvormen is niet altijd correct. Vergeleken met de waardevolle inhoud is dit maar een kleinigheid.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen