Visserij in de tijd van de Bijbel

Aan het meer van Galilea liggen veel vissersdorpen. Ook verschillende discipelen van de Heere Jezus waren visser. Sommige vissers visten met een hengel en een lijn, net zoals vissers nu nog steeds doen.
Anderen visten met een werpnet. Dit ronde net van ongeveer 5 meter doorsnee werd gebruikt in ondiep water. De visser stond op kant of waadde door het water. Als hij vissen zag, gooide hij het net er met een zwaai overheen, zodat de vissen gevangen zaten. Het net zonk snel, omdat er gewichtjes aan de randen zaten. De vissers die met een boot visten, gebruikten vaak een net van wel 250m lang en 5m breed. Het net werd gesleept tussen 2 boten. De bovenkant van het net bleef op het water drijven, omdat er kurken aanzaten en de onderkant zonk naar de bodem, omdat er stenen aan vastgemaakt waren. De vissers noemden zo’n net ‘de zegen’.
De vissersboten waren niet groot, meestal konden er maar 4 mannen in. De boten hadden maar 1 zeil en een grote riem om mee te sturen. Als de vissers terug kwamen van de visvangst spreiden ze hun netten uit om te drogen en eventueel scheuren te repareren.

Opdrachten

Leer deze tekst uit je hoofd:

En Hij zeide tot hen: Volgt Mij na, en Ik zal u vissers der mensen maken.

Matth. 4:19. Met deze woorden roept de Heere Jezus Petrus en Andreas.

1. Zoek op in je Bijbel Markus 1:16. Welke twee vissers roept de Heere Jezus hier om discipelen van Hem te worden?

.........................................................................................................................................................................................

2. In Lukas 5:4 lees je dat de Heere Jezus na een preek Simon de opdracht geeft om te gaan vissen. Maak de tekst eens af.

En als Hij afliet van spreken, zeide Hij tot Simon:
...................................................................................................................................................................................

...................................................................................................................................................................................

3. De Heer Jezus heeft meerdere keren grote groepen mensen wonderlijk te eten gegeven. Hij heeft eens 5000 mannen te eten gegeven van enkele broden en vissen. Zoek op in Lukas 9:13 hoeveel broden en vissen dat waren.

.........................................................................................................................................................................................

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen