Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Isaäc Ambrosius

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Isaäc Ambrosius

Het goed geordende gezin

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hieronder vindt u de vertaling van een gedeelte uit Prima, Media et Ultima van de puritein ds. Isaäc Ambrosius (1604 – 1664), te weten: The well-ordered family ook wel bekend als Of family duties. In de komende nummers zal dit werk in gedeeltes geplaatst worden. Het kenmerkt zich door vele opsommingen, wijze raadgevingen en Bijbelse verankeringen, met als doel handvatten te geven aan alle gezinsleden voor een goed geordend gezinsleven. We hebben geprobeerd het geheel zo ordelijk mogelijk voor u als lezer te maken, zonder afbreuk aan de brontekst te doen. We hopen dat de inhoud tot zegen mag zijn!

I – Over de natuur van de plichten

Tot dusver over de plichten die ieder mens in het bijzonder aangaan2. We vervolgen met de plichten van de gezinsleden, die gezamenlijk of onderscheidenlijk in acht genomen moeten worden in de huisgezinnen van de kinderen van God. Deze plichten sluiten deze bedreiging in: ‘Stort Uw grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen, en over de geslachten die Uw Naam niet aanroepen’ Jeremia 10: 25a. Maar ook dit voorbeeld van Jozua: ‘maar aangaande mij en mijn huis, wij zullen den HEERE dienen.’ Jozua 24: 15b en deze belofte van God: ‘Terzelfder tijd, spreekt de HEERE, zal Ik allen geslachten Israëls tot een God zijn, en zij zullen Mij tot een volk zijn.’ Jeremia 31: 1.

II – Over de voorbereiding tot de plichten

Om op een goede wijze voort te gaan over deze plichten van de gezinsleden, onderscheiden we:

1. onze aanvang tot deze plichten en

2. onze voortgang in deze plichten.

Voor we beginnen, moeten we eerst een goed fundament leggen in iedereen die bij het gezin hoort.


‘maar aangaande mij en mijn huis, wij zullen den HEERE dienen.’


Ten eerste bij de heer van het huisgezin, wiens plicht het is:

1. te streven naar een bijzondere kennis van Gods Woord en heiligheid in gesprek. Dit zal er in sterke mate toe leiden dat zijn gezag behouden wordt. Anderszins zal het geminacht en geringgeschat worden.

2. te huwen in de vreze des Heeren. Kuis in het huwelijk te leven, opdat er een geheiligd zaad zou voortgebracht worden.

3. om op te letten met wie hij omgaat. Zie Davids vastberadenheid hierin: ‘Mijn ogen zullen zijn op de getrouwen in den lande, dat zij bij mij zitten; die in den oprechten weg wandelt, die zal mij dienen. Wie bedrog pleegt, zal binnen mijn huis niet blijven; die leugens spreekt, zal voor mijn ogen niet bevestigd worden.’ Psalm 101: 6 en 7.

Ten tweede bij degenen over wie de heer des huizes regeert. Voor hen is het een plicht om gezamenlijk met de heer des huizes, de plichten van de gezinsleden na te komen. Daarnaast worden ze geacht om zich aan zijn regering te onderwerpen: ‘Mijn zoon, hoor de tucht uws vaders, en verlaat de leer uwer moeder niet; want zij zullen uw hoofd een aangenaam toevoegsel zijn, en ketenen aan uw hals.’ Spreuken 1: 8 en 9.

III – Over de plichten van hen die het gezin regeren in het algemeen

In de verhandeling van de plichten van gezinsleden overwegen we de plichten van hen die het gezin regeren en die van de gezinsleden.

Degenen die het gezin regeren. Binnen een huwelijk zijn dit ten eerste de heer des huizes en ten tweede zijn vrouw. Deze beiden zijn plichten verschuldigd aan hun families en aan elkaar.

De plichten die ze aan hun gezin verschuldigd zijn, kunnen we onderverdelen in algemene en bijzondere plichten.

De algemene plichten die de ouders verschuldigd zijn aan hun gezin, zijn te onderscheiden in plichten voor hun lichamen en zielen. Voor hun lichamen: naar het woord van de apostel Paulus: ‘Doch zo iemand de zijnen en voornamelijk zijn huisgenoten niet verzorgt, die heeft het geloof verloochend, en is erger dan een ongelovige.’ 1 Timotheüs 5: 8. Voor hun zielen: sommige plichten moeten door de ouders in het belang van het gezin uitgevoerd worden en andere plichten worden van het gezin zelf vereist.


Wordt vervolgd Vertaling: G.H. Koppelman

1. Uit: The Works of Isaäc Ambrose.

2. In dit gedeelte van het boek heeft ds. Isaäc Ambrosius het over de praktijk van heiligmaking.

Dit artikel werd u aangeboden door: KOC Visie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 2015

Criterium | 36 Pagina's

Isaäc Ambrosius

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 2015

Criterium | 36 Pagina's