Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VRAGENBUS.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VRAGENBUS.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Correspondentie voor deze rubriek aan T. Molenaar, Leede 18, Rotterdam-Z.

G. J. L. te A. vraagt: „Hoe staan de Geref. Gemeenten in Nederland tegenover het zendingsvraagstuk?"

Antwoord: De Kerk des Heeren is i.z.h. in den nieuwen dag Zendingskerk.

De Heere Jezus heeft bij Zijn heengaan naar den Hemel gezegd: „Predikt het Evangelie aan alle creaturen." De apostelen hebben dat bevel goed begrepen en zijn vanuit Jeruzalem eerst de boodschap des Heils wezen brengen in Samaria, en eindelijk buiten de grenzen van Palestina, zoodat we ze welhaast werkzaam zien in Klein-Azië, Macedonië en Italië.

Die roeping heeft de Kerk des Heeren nog en ook de Geref. Gemeenten in Nederland zijn zich dat wel bewust. Reeds jaren is er een Zendingskas. Op de Particuliere Synode-West, gehouden 16 Mei 1946 te Rotterdam, heeft de classis Rotterdam voorgesteld pogingen aan te wenden, om tot meer daadwerkelijken arbeid inzake de zending te komen. Op die synode werd een overzicht gegeven van den arbeid van Ds. Benjamin en van de pogingen aangewend om met de Free Presbyt. Church of Scotland samen te werken. De wensch werd uitgesproken om te komen tot het uitzenden van een dienaar, waartoe de Gemeenten in Amerika, naar verwacht wordt, gaarne zullen medewerken.

Het voorstel van de Particuliere Synode zal doorgezonden worden naar de a.s. Generale Synode. Tot zoolang dus geduld.

H. te G. vraagt: Hoe is Uw oordeel over de actie, die steeds meer wordt gevoerd en betrekking heeft op de geschillen, die zich op het kerkelijk erf openbaren? Is meer dan ooit eenheid niet te verkiezen boven verdeeldheid?

Antwoord: Als ik Uw vraag goed begrijp, dan bedoelt U met eenheid niet het samengaan met andere kerkgroepen, maar dan heeft U leed over verdeeldheid onder broeders van hetzelfde huis.

Als dat Uw bedoeling is, dan wil ik wel mijn meening zeggen. Laatst kreeg ik een brief. Laat ik daaruit het volgende aanhalen, dan heeft U antwoord op Uw vraag.

„'t Is jaren geleden, dat ik het volgende verhaal hoorde: 't Was op een schip. Er was twist ontstaan onder het scheepsvolk over een knoop, die misschien verkeerd gelegd was. 't Liep zoo hoog, dat de matrozen dreigden handgemeen te worden. Door hun woordentwist en dreigende gebaren hadden ze geen acht geslagen op het weer, maar plotseling kondigde een bliksemstraal en een donderslag het aan, dat er een storm op til was.

Op lijfsbehoud bedacht, was elk der matrozen gereed om zijn plicht te doen en de twist over den knoop werd onmiddellijk gestaakt.

Vergis ik mij niet, dan wijzen al de teekenen der tijden er op, dat er een storm op til is, dat de machten der hel alles zullen inspannen om de Kerke Gods te benauwen en te vernielen als ze konden. En hoewel het levendgemaakte volk in het midden van al de gevaren, die dreigen, zoo veilig is als Noach in de ark ten tijde van den zondvloed, omdat de Heere Jezus, die Zijn volk met Zijn bloed gekocht heeft, voor hen instaat, toch geldt voor dat volk de vermaning van den Koning der Kerk: „Waakt!"

'k Heb er, in vroeger dagen, wel lust in gevonden om andersdenkenden met de beste argumenten, die ik vinden of uitdenken kon het onhoudbare van hun opinie aan te toonen, en als het op de leer der zaligheid aankomt, ben ik nog bereid om de leer van vrije genade met hand en tand te verdedigen; maar als het gaat over betwiste opvattingen, dan weiger ik om er mijn tijd mee te verknoeien. Er zijn ten opzichte van enkele zaken verschillende zienswijzen: er behoort wat anders dan strijdlust toe om waardeering te toonen van andere opvattingen. Ons verstand is eindig en onvolmaakt, zoodat de scherpzinnigste somtijds mistast".

Tot zoover de brief.

De Heere wake over Zijn Kerk en Hij geve Zijn volk maar veel genade om in praktijk te brengen, wat de Heere Jezus Zijn discipelen gebood: „Zoo zijt gij ook schuldig elkanders voeten te wasschen". (Joh. 13: 14b).

G. de H. te R. vraagt: „Waarom de uitdrukking „te helpen onderwijzen" in de doopvraag voor de ouders, die met hun kinderen ten doop gaan, geschrapt?"

Antwoord: „Het helpen onderwijzen" heeft alleen betrekking op de getuigen, die vroeger bij een doopsbediening weleens optraden.

Nu het getuigenstelsel vervallen is, is ook de bewuste uitdrukking in het doopsformulier vervallen.

U zult zeggen, maar als de ouders van een bepaald kind, dat gedoopt moet worden b.v. overleden zijn en een familielid of vreemde op zich genomen heeft het kind op te voeden, hoe staat het dan?

Dan treden die in de volle rechten en ook plichten der ouders en moeten met hun „ja" deze vraag beantwoorden of zij naar hun vermogen het kind in de voorzeide leer zullen onderwijzen en doen onderwijzen.

Hoe het zij, deze kwestie heeft meer historische dan dadelijk practische beteekenis. Getuigen in den zin, waarin ze in ons formulier bedoeld zijn, n.1. helpers voor de ouders komen nooit voor.

Wel treden getuigen op in plaats van, nimmer naast de ouders.

Een dienaar des Woords moet die woorden dan ook niet meelezen, want een vader en moeder helpt niet onderwijzen, maar onderwijst zelf of doet onderwijzen.

G. J. L. te A. vraagt: „Zijn alle stakingen in strijd met Gods Woord?"

Antwoord: Er zijn 3 hoofdgroepen van stakingen.

Een economische staking bedoelt verbetering van levensvoorwaarde.

Een politieke staking wil door dwang invloed uitoefenen op handelingen of samenstelling der regeering.

Een solidariteitsstaking heeft ten doel economischen strijd van anderen te steunen.

De solidariteits-en politieke staking is altijd door christelijke vakorganisaties veroordeeld, maar de economische staking werd in 1891 op het sociaalcongres te Amsterdam onder bepaalde voorwaarden als geoorloofd beschouwd. Vier jaar daarvoor had Patrimonium zulk een staking nog veroordeeld.

Algemeen veroordeelt men staking tijdens den duur van een collectief contract.

Laat ik nu mijn gevoelen eens weergeven.

De menschelijke arbeid is door God geboden en moet gezien worden als plicht en gebod. Geroepen tot arbeid staat de mensch tegenover den Heere ook verantwoordelijk voor de wijze waarop hij dezen arbeid volbrengt. Volgens Gods geopenbaarden wil blijft ook de eisch gehandhaafd om de arbeidsverrichting op de volmaaktste wijze te doen. Hier wordt misschien weinig aan gedacht, het doet evenwel het gebod niet te niet.

Elke onderbreking van den arbeid, die niet voortvloeit uit de geheele scheppingsorde moet dan ook beschouwd worden als zondige willekeur.

Staking van arbeid zonder daarvoor anderen arbeid in de plaats te stellen is zonde en teruggaaf van de van God gegeven opdracht.

Ontkent kan niet worden, dat de handelingen van den patroon onbillijk kunnen zijn.

Moet de arbeider dan lijdelijk zijn? Immers neen! Integendeel. Hij wandele in den geoorloofden weg en zoeke zijn positie te verbeteren. Doch deze pogingen om het levenslot te verzachten, om vooruit te komen, doe den Christen altijd bedenken, dat het God is, Die dezen verhoogt en dien vernedert. De Heere maakt arm en maakt rijk. Hij stare zich niet blind op het schepsel, maar zie op tot Hem in Wiens hand ons leven is en bij Wien al onze paden zijn.

Onbillijke patroons zijn heusch niet te benijden. Het verkorte loon roept, en het geschrei dergenen, die geoogst hebben, is gekomen tot in de ooren van den Heere Sebaöth. Jacobus 5: 4.

De staker is dus geen rechter, maar de Heere zelf.

De wenschen der arbeiders kunnen billijk zijn, wanneer zij een loon begeeren in overeenstemming met den loonstandaard in gelijke of gelijksoortige vakken, wanneer zij bedoelen te verkrijgen dezelfde voorwaarden, als die waaronder in het algemeen arbeiders van dezelfde capaciteit en vakkennis werken. Het is hun goed recht om dat met de in het Woord voorgeschreven bescheidenheid te vragen. Maar zij zijn niet in hun recht, wanneer zij pogen de inwilliging van hun begeerten door middel van staking af te dwingen. De zonde van den patroon rechtvaardigt nooit de daaruit voortvloeiende zonde van den arbeider.

Wat doet nu de staker?

Hij grijpt naar hetgeen zijn meester niet vrijwillig wil afstaan of tracht een maatregel te verhinderen, die zijn patroon noodzakelijk acht en waarvoor de arbeider geen verantwoordelijkheid heeft.

Voldoet de patroon niet, dan komt het dreigement: „Staken!"

Ging de arbeider nu maar heen, als de onderhandelingen geen resultaat hadden, doch dat wordt niet bedoeld. Hij wil de verhoudingen, bij goddelijke wetgeving geregeld, verbreken. Hij gaat zijn kansen berekenen. Het beste tijdstip is dat, wat voor den patroon het ongeschiktst is. Voor den boer b.v. de oogsttijd, voor den fabrikant als hij een order heeft, die aan tijd gebonden is, voor een directie van een havenbedrijf, wanneer er levensmiddelen gelost moeten worden.

De Schrift zegt, dat de aarde zich ontroert, wanneer een knecht regeert en ook ons gevoel komt in opstand, indien het kennelijk opzet is de maatschappij in de war te sturen en de door God gestelde orde in het maatschappelijk leven te verwoesten. Efez. 6: 5—8.

Staking is in den waren zin des woords: revolutie.

Duidelijk wordt daarin betoond, dat men God niet vreest en geen mensch ontziet.

Hier vindt ge den geest van het Marxisme, het sociaaldemocratisch stelsel volgens Marx (1818—1883). Marx had eenmaal gesproken: „De kracht van den arbeider bepaalt de waarde van het door hem geproduceerde. Wat de patroon minder betaalt dan hem toekomt, is diefstal." Woorden, die opwekken tot klassestrijd.

Nu wordt wel eens beweerd, dat met staking niet bedoeld wordt machtsmisbruik, maar het opkomen voor recht. Dit is echter een doekje voor het bloeden.

Waarom zoekt men het geschiktste tijdstip uit? Waarom worden werkwilligen lastig gevallen? Waarom dreigt men met mishandeling? Dit is wel een eigenaardige opvatting van het recht. Gods Woord leert dat anders.

Ik zou willen eindigen met een vraag en een opmerking. Hoe zal de arbeider Gods zegen kunnen vragen in den weg van werkstaking? Was Gods gunst zijn hoogste begeerte, dan zou hij loonsverhooging, lotsverbetering enz. ook in Gods gunst willen ontvangen, gedachtig zijnde, dat het weinige, dat de rechtvaardige heeft, beter is dan de overvloed veler goddeloozen. Ps. 37: 16.

Wat de opmerking betreft, het volgende: Ik acht het neerleggen van het werk in massaverband, zelfs wanneer het contract ten einde is, zonde, omdat men niet bedoelt van patroon of directie te veranderen, maar om dwingend zijn doel te bereiken. Begeert men individueel een volgend contract niet aan te gaan, dan ligt dit voor den persoon in kwestie. Hij bedenke, dat werkloosheid, hem kan drijven naar de diaconie, die dan de dupe wordt van zijn mogelijk verkeerd standpunt.

En eindelijk zij bekend, dat de werken des vleesches zijn: vijandschappen, twisten, afgunstigheden, toorn, gekijf, tweedracht en dat de vrucht des Geestes is: vrede, lankmoedigheid, zachtmoedigheid. Gal. 5: 19—22.

Oordeel nu zelf met welke werken de staking overeenkomst heeft. Van de werken des vleesches spreekt de Apostel dit oordeel uit: „dat die zulke dingen doen, het Koninkrijk Gods niet beërven zullen".

Lectuur: Voornaamste uitspraken der verschillende synoden der Geref. Gemeenten vanaf 1907—heden. Dr. J. A. Nederbrag: Proeve eener theorie der economie naar Chr. belijdenis. Dr. B: Wielinga en Ds: A. A. Talma: De vrije arbeider gehoorzaam. A. Schilder: Recht tot werkstaking?

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 september 1946

Daniel | 8 Pagina's

VRAGENBUS.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 september 1946

Daniel | 8 Pagina's