Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEWIJDE GESCHIEDENIS O.T.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEWIJDE GESCHIEDENIS O.T.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET BOEK JOB.

Wtf spreken over Job in dagen van voorspoed. Wij spreken over Job in dagen van tegenspoed. Zijn houding onder de beproevingen. Zijn vrienden. Zijn berouw. Zijn herstel.

, .Dat Job een historisch persoon is geweest, blijkt uit verschillende aanhalingen der H. Schrift.

Gelet op zijn leeftijd, en geen enkele zinspeling op de wet of ceremoniën, geloven wij dat Job in de tijd der aartsvaders geleefd heeft.

Het boek Job leert ons, dat het lijden der vromen niet in strijd is met Gods rechtvaardigheid. Job leefde dus in de aartsvaderlijke tijd en woonde in het land Uz, gelegen in het Zuiden van Arabië. Hij was een rijke herdersvorst en begiftigd met het goud des geloofs.

De Heere geeft van hem dit kostelijke getuigenis: hij was oprecht en vroom, godvrezend en wijkende van het kwaad.

Orider Gods toelating wordt hij met rampen bezocht, waardoor zijn vroomheid op de proef wordt gesteld. Satan had hem bij God aangeklaagd als een egoïst, die het meer om Gods zegeningen, dan om God Zelf te doen was.

Satan richt dus zijn aanvallen op het werk Gods in Job. Ons wordt in het boek Job de strijd getoond tussen God en Satan, een strijd die in de ziel van Job wordt uitgestreden.

Met een slag wordt hij van alles beroofd, zelfs van zijn tien kinderen.

Telkens laat satan iemand overblijven om het Job aan te zeggen.

Bij het verlies van zijn bezittingen en van zijn kinderen heeft hij tot beschaming van satan, de treffende woorden gesproken: „De Heere heeft gegeven, de Heere heeft genomen, de Naam des Heeren zij geloofd."

Zelfs als hij bezocht wordt met de zwarte melaatsheid en zijn vrouw hem influistert: „zegen God, en sterf", dan mag Job getuigen: „Zouden wij het goede van God ontvangen en het kwade niet ontvangen? "

Zijn drie vrienden Elifaz, Bildad en Zophar zijn gekomen om hem te troosten, maar zitten zeven dagen en zeven nachten tegenover hem zonder een troostwoord te spreken.

Daarna opende Job zijn mond en vervloekte zijn geboortedag, maar niet zijn God.

Er ontstaat een twistgesprek tussen Job en zijn drie vrienden.

Die vrienden gaan van de gedachte uit, dat iemand die zo zwaar wordt bezocht, wel een grote zonde moet gedaan hebben.

verde-Ondanks alle aanvallen blijft Job zijn zaak digen.

Eindelijk treedt een jonge vriend, Elihu naar voren en begirft de drie oudere vrienden en ook Job te bestraffen.

In zijn zelfrechtvaardiging was Job, ondanks zyn onschuld veel te ver gegaan.

Hij had de Heere uitgedaagd voor zijn vierschaar. Elihu is de Voorloper, die de komst des Heeren voorbereidt.

Dan verschijnt de Heere in een onweder, en daagt Job uit om Hem te antwoorden.

De Heere toont hem de Behémoth en de Leviathan en hoe de Heere, die ook deze dieren geschapen heeft, machtiger is dan enig schepsel.

De mens kan niet eens de genoemde dieren temmen, zou hij dan de wereld kunnen regeren ?

Beschaamd buigt Job het hoofd en verfoeit zich in stof en as. N

Daarmede heeft Job de beproeving doorstaan en moet satan afdeinzen.

De zonden waren geen aanleiding tot de beproeving, maar uit de beproeving kwamen de zonden te voorschijn. Als goud werd Job gelouterd.

Het werk des geloofs komt blinkende te voorschijn. Niet Job, maar God_ heeft getriumfeerd. Hij staat voor Zijn werk in.

Ernstig worden de drie vrienden bestraft.

Job moet Voor hen bidden.

De Heere herstelt daarop Job en zijn eer, en maakt hem nog groter dan voorheen.

Wij kunnen in de schaduw van Job niet staan, maar als we met Job een even dierbaar geloof zijn deelachtig geworden, kan de beproeving niet uitblijven, maar dan zal de God van Job, die zo getrouw is als sterk, nooit laten varen wat Zijn hand begon.

Vragen:

1. Kunt ge bewijzen dat het boek Job geen kunstgewrocht is van dichterlijke verbeelding? 2. Wie worden bedoeld met kinderen Gods? (Job 1:6) 3. Is satan alomtegenwoordig? 4. Met wie houdt Satan zich het liefst bezig?

, Bronnen: Dachsel. Matthew Henry. Sillevis Smit.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 maart 1948

Daniel | 8 Pagina's

GEWIJDE GESCHIEDENIS O.T.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 maart 1948

Daniel | 8 Pagina's