Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEWIJDE GESCHIEDENIS N.T.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEWIJDE GESCHIEDENIS N.T.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Matth. 26 : 17—29, Luc. 22 : 7—38, Joh. 13.

De Paasmaaltijd.

1. De voorbereidselen. 2. De voetwassing. 3. De maaltijd. 4. De aanwijzing van de verrader. 5. De instelling van het H. Avondmaal. 6. De waarschuwing voor Petrus.

Een van de oudste Goddelijke instellingen voor Israël was het Pascha.

Dat Pascha herinnerde Israël aan de engel des verderfs die de eerstgeborenen der Egyptenaren doodde,

maar ziende het bloed van het Paaslam aan de posten en dorpel, hun huizen voorbijging.

Op den 14en van de maand Nisan of Abib werd het lam, dat op de 10e dag was uitgezocht, geslacht en

des avonds gegeten. Tussen de twee avonden wil zeggen, na zonsonder-

gang. Het was de 14de Nisan. De discipelen vragen waar het Pascha bereid moet worden..

worden.. Petrus en Johannis worden voor dit doel door de

Heere uitgezonden. In het huis, waar zij een man zien binnengaan, dragende een kruik water, woont iemand, die gaarne een opperzaal wil afstaan met alles, wat. tot het feest nodig was.

De discipelen vinden alles, zoals Jezus hun had voorzegd.

De tafel staat klaar en de rustbanken zijn er omheen geplaatst.

De discipelen bereidden het lam, zorgden voor ongezuurde broden en bittere saus benevens de wijn die zou worden rondgediend.

Des avonds komen Jezus en de andere tien discipelen en nemen hun plaatsen in rondom de Paasdis.

Waarschijnlijk hebben de discipelen een woordenwisseling gehad over de plaats welke een ieder zou innemen.

Nu zal de Heere door een symbolische handeling aantonen, hoe zij zich ten opzichte van elkander hebben te gedragen.

Gewoonlijk stond er bij de deur een bekken met water en een doek om de voeten der gasten van stof en zand te ontdoen.

Dit was in aanzienlijke huizen het werk van een slaaf.

Aangezien hier geen slaaf was, behoorde een van de discipelen dit werk te doen.

Stom. verbaasd zijn de discipelen als hun Meester Zich gereed maakt dat slaven-werk te gaan verrichten. Hoewel beschaamd, laten zij zich die handeling welgevallen, behalve Petrus die tegenstand biedt.

Hij wil niet, dat Jezus Zich zo voor hem vernedert. Maar als de Heere hem wijst op de geestelijke sti'ekking van die voetwassing, en dat hij dan geen deel aan zijn Meester zal hebben, wil hij dat ook zijn handen en zijn hoofd gewassen zullen worden.

zijn hoofd gewassen zullen worden. Een Oosterling baadde zich 's morgens en zo vaak hij een korte of lange reis gedaan had, werden gedurig de voeten gewassen.

God vergeeft aan Zijn volk de schuld voor eens en voor altijd.

Echter komen Gods kinderen gedurig met de wereld en de zonde in aanraking.

Daarom is een gedurige reiniging van die besmetting noodzakelijk.

In Psalm 73 zegt Asaf: „Immers is God Israël goed, dengenen die rein van hart zijn, - maar mijne voeten waren bijkans uitgeschoten."

De voetwassing is dus voor Gods kinderen gedurig noodzakelijk.

Elkander de voeten wassen, elkander de misdaden vergeven blijft het zelfverloochenende werk van de ware discipelen.

Nu begint de eigenlijke maaltijd. Vier bekers wijn worden op tafel gezet. De maaltijd was in vier delen gedeeld.

Bij de aanvang van elk deel ging de beker rond.

Als de eerste beker was rond geweest werden de spijzen op tafel gezet: het lam, de ongezuurde broden, de bittere saus.

den, de bittere saus. Dan werd een gedeelte van het Hallel (de lofzang) gezongen nl. Psalm 113 en 114 en ging de tweede beker rond.

Vervolgens werd de zegen des Heeren over iedere

spijze afgesmeekt. De huisvader nam dan een stukje brood en doopte dit in een der schotels, zeggende: „Dit is het brood der beproeving, hetwelk onze vaders in Egypte gegeten hebben."

De maaltijd werd beëindigd met het rondgaan van de derde beker; de beker der dankzegging genoemd. Die beker is gebruikt bij het H. Avondmaal.

Met het zingen van het laatste gedeelte van het Hallel en een rondgang van de vierde beker werd de maaltijd gesloten.

Aan die maaltijd heeft Jezus de verrader aangewezen.

Met het plechtig , , voorwaar, voorwaar" zegt Hij, dat een van de discipelen Hem zal verraden.

Verschrikt vragen allen, ook Judas: „Ben ik het Heere? "

Petrus wenkt Johannes, dat hij vragen zal, wie de verrader is.

Als Judas vraagt, of hij het is, antwoordt Jezus met het toen gebruikelijke: „Gij hebt het gezegd."

De Heere wist, dat Judas Hem zou verraden, maar ook dat Petrus Hem zou verloochenen.

Petrus wordt ernstig gewaarschuwd maar ook beloofd dat als vrucht van de voorbede Christi, zijn geloof niet zou ophouden.

De Heere heeft na het pascha, het H. Avondmaal ingesteld.

Zoals de doop de besnijdenis vervangt, komt het Avondmaal in de plaats van het Pascha.

De bloedige sacramenten hebben plaats voor onbloedige. gemaakt

De Heere heeft het Avondmaal ingesteld, om dat te vieren tot Zijne gedachtenis.

Het Avondmaal is een zichtbaar Evangelie, dat ons wijst naar het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt.

De Roomse Kerk spreekt van transsubstantiatie of wezens-verandering.

Bij Rome draagt het Avondmaal een dubbel karakter, als maaltijd en als mis.

Die mis is een menselijke instelling en wordt in Zondag 30 zeer terecht genoemd, een vervloekte afgoderij.

Rome bewijst aan de hostie goddelijke eer. Luther komt tot de dwaling van de consubstantiatie of medewezendheid.

Zonder het te willen vervalt hij in de dwaling van het Pantheïsme. Calvijn geeft ons de rechte betekenis van het Avondmaal.

Eer we ten Avondmaal gaan is het nodig ons ernstig te onderzoeken en vooral te lezen de drie stukken van de waarachtige beproeving in het Avondmaalsformulier.

Laten we bedenken dat alle Avondmaalsgangers geen hemelgangers zijn.

Bronnen:

Sillevis Smit. P. Immens: de ware Avondmaalganger. Prof. Wisse: „Doe dat totdat Hij komt." Calvijn Institutie. Cath. Zondag 28, 29, 30.

1. Waarom heeft de doop maar eenmaal plaats en het* Avondmaal herhaaldelijk?

2. Hoeveel sacramenten heeft de Roomse Kerk?

3. Is de kelkonthouding bij Rome in overeenstemming met Gods Woord?

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 augustus 1949

Daniel | 8 Pagina's

GEWIJDE GESCHIEDENIS N.T.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 augustus 1949

Daniel | 8 Pagina's