Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE KERK en de verlichting

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE KERK en de verlichting

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

(VI.)

Jongelingen van de Geref. Gemeenten in Nederland! levend op de tweede helft der 20e eeuw! Ge doorleeft met ons geweldige tijden, zware tijden. Ondanks de hooggeroemde verlichting is daar de donkere toekomstdreiging.

Hoe geweldig is de zuigkracht van de wereld en der verlichte godsdienst.

Sport en spel, brood en spelen, sigaret en film zijn de afgoden van onze tijd.

De zonen van de Verlichtingsmannen van de eerste wereld zijn gverig aan het werk. Jabals tenten (bioscopen, theaters, dancings enz.) verrijzen als paleizen uit de grond. Opgevrolijkt worden ze met Jubals muziekinstrumenten.

Maar daarbovenuit horen we als een schrikkelijke dreiging, het lied van Lamech, het lied van het zwaard. Het recht van de sterkste heerst. Hoog heft men Tubal Kaïns wapen en roept: Hebt gij de atoombom, wij zullen ons wreken met de waterstofbom. En dat alles om eer en macht.

De geest der verlichting viert hoogtij!

Ook in de Kerk!

Heeft ze ook onder ons niet reeds haar invloed?

U wordt wijs gemaakt, dat ge kunt Christelijk voetballen, dansen, er is een Christelijke film enz.

U kunt overal aan mee doen en toch Christen zijn.

Maar, dat is niet waar, dat is bedrog!

Leest eens vraag en antwoord 32 van onze Heidelberger en maak dan de rekening eens op.

Sta mij toe op enkele dingen eens te wijzen.

Naar mijn mening sticht de radio in vele gezinnen meer kwaad dan goed. Een mens is zo begerig naar de verboden vrucht! Mogelijk onder gebruik making van „onderzoekt alle dingen en behoudt het goede", gaat men luisteren naar dingen waarvan men zeker weet, dat ze kwaad zijn. Hebben niet reeds ouderlingen de droeve ervaring opgedaan, dat de radio niet kon worden afgezet bij huisbezoek, alleen wat zachter! Geen ogenblik tijd meer om over de belangen van onze onsterfelijke ziel te spreken!

Wij hebben eens in „Daniël"' een stukje laten plaatsen getiteld: Godsdienst zonder vrolijkheid".

Het ging over de oudste zoon uit de bekende gelijkenis. Nooit had hij een bokje gehad om met zijn vrienden vrolijk te zijn. Nooit had hij dus ervaren wat David zegt: „Ik ben zeer vrolijk in de Heere". Er moest een bokje bij. Is het ook bij ons niet maar al te dikwijls zo ? Wat maakt onze vergaderingen, onze jaarvergaderingen aangenaam? Is het de onderzoeking van Gods Woord, is dat onze vermaking, of moet het met allerlei bijkomstigheden opgevrolijkt worden en is er anders niets aan?

Maken wij wel de nodige ernst met het maken en aanhoren van de onderwerpen, voornamelijk die uit Gods Woord? Worden ze niet menigmaal lusteloos aangehoord en is daar het onderwerp niet dikwijls de schuld van, omdat het niet met de nodige ernst gemaakt is? Ik bedoel niet dat we moeten gaan preken, maar het onbegrepen overschrijven van zinnen uit een verklaring en het onbegrepen voorlezen daarvan, kan geen aandacht afdwingen. „Geen tijd gehad" is menigmaal de verontschuldiging.

Van alle zijden wordt tegenwoordig de jeugd in het middelpunt van de belangstelling geplaatst. Er moet wat voor de jeugd gedaan worden. Maar, heeft de jeugd wel tijd! ? En o wee als de bokjes ontbreken. Dan kunt ge niet op veel animo rekenen.

Hoeveel procent van de catechisanten, helaas ook dikwijls leden van J.V.'s leren met animo hun vragen voor de catechisatie? Hoe dikwijls ontbreekt ook daartoe de tijd!

Alleen wie de schoen past trekke hem aan.

In de openbaringen lezen we van een Engel, die stond met de ene voet op de zee en met de andere op de aarde en zwoer bij Die, Die leeft in alle eeuwigheid, dat daar geen tijd meer zijn zal! Dan is ook onze tijd voorbij. Zouden we dan ook nog zeggen, dat we nu geen tijd hebben gehad?

Als we zoveel bokjes nodig hebben, om onze godsdienst vrolijk te maken, kennen we de ware dienst van God niet. De profeet zegt: Ik ben zeer vrolijk in de Heere, mijn ziel verheugt zich in mijn God! Dat is ware vrolijkheid. Die dat kent beschouwt de bokjes als bijkomstigheden, maar vindt blijdschap in het Lam dat geslacht is van voor de grondlegging der wereld. Voor dezulken krijgt Gods Woord waarde. Ze zingen David na:

Uw Woord kan mij, ofschoon ik alles mis, Door zijne smaak en hart en zinnen strelen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 januari 1951

Daniel | 12 Pagina's

DE KERK en de verlichting

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 januari 1951

Daniel | 12 Pagina's