Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BOEKBESPREKING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BOEKBESPREKING

„DE JALI's VAN DE PASVALLEI"

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„DE JALI's VAN DE PASVALLEI"

Drs. Chr. Fahner. Jali's van de Pasvallei. Een bergstam in kontakt met het Evangelie. Uitgave „De Banier", Utrecht, z.j. (191 blz.). Prijs ƒ 22, 50.

In „Jali's van de Pasvallei", geschreven door Drs. Chr. Fahner, die als Bijbelvertaler werkzaam is op het zendingsterrein van de Geref. Gem. in West-Irian, wordt een beeld gegeven van de geweldige veranderingen die zich voltrekken in een primitieve, heidense maatschappij, waar het Woord van God ingang begint te vinden.

In deze Pasvallei, gelegen in het moeilijk toegankelijke binnenland, dat pas in de vijftiger jaren van deze eeuw betreden werd door blanken, werd in 1964 door ds. Kuijt een landingsbaan voor vliegtuigen aangelegd, wat het begin was van het zendingswerk daar. De Jali's die daar woonden, leefden op dat moment nog in het stenen tijdperk.

Het eerste deel van het boek tekent de Jali-samenleving vóór de komst van Evangelie. Een samenleving die grotendeels beheerst werd door de traditionele oorlog en de angst voor geesten. Het is boeiend te lezen hoe deze primitieve (hoewel — gezien hun landbouwmethoden — geenszins achterlijke) mensen met eenvoudige werktuigen van steen en hout leefden temidden van een voor onze begrippen woeste natuur. Reeds in dit eerste gedeelte wordt duidelijk wat een' ontzaglijke veranderingen er komen door de aanraking met mensen uit de hoog ontwikkelde Westerse cultuur: nieuwe werktuigen en gewassen worden ingevoerd, andere leefwijzen ontstaan, sommige ziekten worden binnen enkele jaren bedwongen, enz.

Belangrijker echter dan de aanraking met de Westerse cultuur is de aanraking met het Evangelie, zcdat niet alleen de stenen bijl, maar ook de pijl in onbruik begint te raken: de traditionele, door de voorouders opgelegde oorlog is een verschijnsel uit het verleden geworden. Welke invloed dit heeft, begrijpen we misschien enigszins als we lezen hoe het thans opvalt dat in de ogen van bezoekers uit andere, nog heidense gebieden de angst nog staat te lezen!

In het tweede deel wordt meer de nieuwe wereld beschreven waarin de Jali's gekomen zijn door de komst van het Evangelie. Beschreven worden de breuk met cle oude religie (o.a. blijkend uit de verbranding van cle heilige voorwerpen), het

ontstaan van een geheel nieuwe levensstijl, het zich ontwikkelen van gespecialiseerde beroepsarbeid, enz. Maar vooral, voorzover uiterlijk waarneembaar, de doorwerking van het evangelie in de harten der mensen: het is indrukwekkend op een van de foto's te zien hoe honderden mensen aandachtig luisteren naar de prediking van het Woord en te lezen welk een indruk de doopdiensten maken.

Wel lezen we ook hoe telkens weer het gevaar van ontsporing optreedt, doordat de nieuwe, Bijbelse boodschap vermengd wordt met de oude, heidense godsdienst; ook het gevaar van een alleen uiterlijke bekering terwille van materieel voordeel. Drs. Fahner schrijft hoe het aan de ene kant gelukkig is dat door de gebondenheid aan het vliegtuig de invoer van goederen beperkt is, zodat enigszins het gevaar bezworen wordt dat de Jali's zich storten in de materialistische roes van het Westen! Meer dan één keer wordt erop gewezen hoe belangrijk het is, dat de Jali's kunnen' beschikken over een Bijbel in hun eigen taal, opdat ze telkens weer zelf kunnen putten uit de zuivere bron. Over de problemen die samenhangen met de vertalingen van de Bijbel wordt geschreven in een van de laatste, m.i. de boeiendste hoofdstukken. Hier wordt ook geschreven over het onderwijs (vooral het Bijbelonderwijs aan de inheemse Bijbelschooljongens, die zorgen voor de verspreiding van het Evangelie in de verschillende dorpen) en over het leven als gemeente.

Het slotwoord eindigt met de erkenning dat het welslagen van de arbeid niet ligt in de activiteiten van mensen, maar in de handen van die God die voor Zijn werk zal instaan. Een erkenning die treffend aansluit bij enkele regels uit het Jalilied waarmee het eerste deel eindigt:

„Als mensen slechts gesproken hadden, zou het alles (de vroeger gepleegde wandaden) niet opgehouden zijn. Maar omdat God ons tegen al die wandaden geholpen heeft, daarom zijn ze als niets geworden."

Dit „Soli Deo gloria" spreekt ook uit het feit dat de daar werkzame zendingsmensen niet of nauwelijks in het boek genoemd worden (ik meen dat alleen' één keer de naam van ds. Kuijt — en dat nog in een onderschrift bij een foto — wordt genoemd).

Het boek is keurig verzorgd: gestoken in stevige band, gedrukt op mooi papier en verlucht met meer dan honderd foto's, waarvan de meeste in kleur. Vandaar de o.i. toch wel wat hoge prijs? Want juist omdat we het boek graag een ruime markt wensen, hadden we liever een wat goedkopere uitgave gezien (het aantal foto's — niet alle van gelijke kwaliteit — had daartoe b.v. wat kleiner kunnen zijn). Ook ware het wenselijk geweest dat het boek zorgvuldiger gecorrigeerd was: we troffen nogal wat — gelukkig vaak kleine — oneffenheden aan. Een voor velen' misschien onbelangrijk bezwaar is dat het boek niet gedateerd is.

De lezers begrijpen dat we, ondanks enige kritiek op detailpunten, dit boek van harte aanbevelen en graag in ieders hand, ook van de jongeren uit onze gemeenten, wensen. Het is als eerste informatie in boekvorm over een van onze zendingsterreinen een welkome aanvulling op wat we kunnen lezen in „Paulus", omdat het uiteraard wat diepere en bredere informatie over achtergronden kan geven.

We hopen dat het boek nog een of meer vervolgen zal krijgen (misschien een boek over alle zendingsterreinen van de Geref. Gemeenten? Hier willen we wel graag wijzen op de Mivo-schets „Nigeria", die de Bond van Jeugdverenigingen onlangs liet verschijnen; een prachtig stukje werk).

Moge het de zendingsliefde onder ons versterken, maar ook ons doen beseffen welke verschrikkingen over onze cultuur komen, als die ontkerstent. Dat laatste moge ons doen bidden om een hernieuwde, krachtige werking van de Heilige Geest in ons persoonlijk leven, maar ook in ons leven als gemeenten en als volk.

ALS DRUPPELEN OP HET KRUID. Uitgave van de Stichting Reformatorische Publikatie, 111 blz. prijs?

In dit boekje zijn de dagelijkse korte stukjes van oude schrijvers in het Reformatorisch Dagblad gebundeld. Augustinus, Calvijn, Luther, Olevianus en Philpot leverden vele bijdragen, maar er zijn ook namen bij van vrij onbekende schrijvers.

De stukjes zijn soms troostrijk, bemoedigend of opwekkend, maar altijd leerzaam. Er wordt wel eens gezegd van de oude schrijvers: veel geprezen maar weinig gelezen. Op deze manier zijn ze echter voor iedereen het lezen meer dan waard.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 oktober 1973

Daniel | 16 Pagina's

BOEKBESPREKING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 oktober 1973

Daniel | 16 Pagina's