ZE MOGEN BEST WETEN WIE JE BENT

Van de lagere school naar het voortgezet of het lager beroepsonderwijs, dat is een hele verandering.

Over die verandering, wat je te wachten staat en wat er van je verwacht wordt vroeg de redaktie mij iets te schrijven. Met name voor die leerlingen die van hun vertrouwde schooltje van eigen richting gaan naar een algemeen christelijke of misschien wel naar een openbare school.

Vragen

Als je dit jaar de lagere school verlaten hebt begin je aan een nieuwe periode in. je leven; een nieuw schooljaar, waarvan je niet weet wat het je brengen zal. Aan de ene kant zie je er wellicht met groeiende belangstelling en hoopvolle verwachting naar uit, anderzijds zie je er waarschijnlijk ook wel wat tegen op. Wel van de nieuwe school gehoord, maar toch voor jou nog onbekend. Je zult best met vragen zitten.

Bij wie kom ik in de klas? Zal er een leuk vriendje of vriendinnetje bij zijn? Zullen de anderen me opnemen? Welke leraren of leraressen krijg ik? Zal het lukken met de vakken? enz. enz.

Vele veranderingen

Deze overgang brengt heel wat veranderingen met zich mee. Je leventje gaat er heel anders uitzien; je krijgt andere vrienden. Je komt in een klas terecht, waarvan je misschien een enkele leerling of helemaal niemand kent. Je voelt je als een kat in een vreemd pakhuis. Wees daarom bescheiden en vriendelijk tegen iedereen. Zet niet meteen een grote mond op, hoewel je ook weer niet verlegen hoeft te zijn, want andere leerlingen ervaren hetzelfde als jij. Je gaat naar een school die veelal ver van huis is.

Ging je naar de lagere school in je eigen dorp of stad, nu moet je misschien wel een lange fietstocht maken, of met de bus of trein reizen, voordat je op school bent. Ik ken wel jongens en meisjes die soms een uur lang op de fiets zitten, voordat ze er zijn. Ik kan me voorstellen dat je met kou en regen er misschien wel een beetje tegenop ziet, maar bedenk dat fietsen een gezonde sport is.

Lichaamsbeweging na een hele dag schoolgaan heb je echt wed nodig.

Je krijgt een rooster. Een rooster waarop de vakken staan die per week gegeven worden.

Je krijgt nu in andere en veel meer vakken les dan voorheen. En elk uur wordt er gewisseld, zodat je een ander vak en een andere leraar krijgt. Elke keer moet je je aanpassen, want ieder geeft op zijn eigen manier les. Neem je rooster overzichtelijk over in je agenda en noteer steeds je huiswerk voor de volgende dag(en). Je krijgt huiswerk.

Van elke leraar krijg je voor de volgende keer huiswerk te maken of te leren.

Verstandig is het als je op de dag dat je huiswerk opgegeven wordt al is het dan niet voor de volgende dag, dat werk maakt of enigszins leert, voordat je aan je huiswerk voor de volgende dag hegint. Hanteer je dit systeem, dan is een gedeelte voor cle volgende dag steeds weer gedaan en is het leren eigenlijk maar een herhaling. En je weet: herhaling is de moeder van de wetenschap!

Leer in elk geval regelmatig je huiswerk. En dan leg: ik de nadruk op regelmatig.

Want iemand die regelmatig werkt, bereikt veel meer dan iemand die alleen maar eens begint te werken in de repetitieweek. Je zult je eigen systeem en ritme 1 moeten vinden.

Wat wordt van jou verwacht?

Inzet, ijver, netheid, nauwkeurigheid, doorzettingsvermogen, kortom besef van eigen verantwoordelijkheden, zijn heel belangrijke faktoren voor het met sukses volgen van het vervolgonderwijs. Maar het allerbelangrijkste is dit: Zo iemand zvijsheid behoeft, dat hij ze van Mij begere. Woeker dan met de talenten die de Heere je gegeven heeft. Op een christelijke school zal je dit nog wel worden voorgehouden, maar op een school waar men heel anders spreekt over de Bijbel, de godsdienst, waar blijkt dat men met God heeft afgedaan, ligt het anders. Leerlingen die noodgedwongen daarheen gaan zullen het niet gemakkelijk krijgen.

Als je godsdienstleraar een aanhanger is van de moderne theologie en hij propageert dat de nieuwe wereld op deze aarde-verwezenlijkt moet worden, kom dan als de gelegenheid er is of als hij naar jouw mening daarover vraagt ook meteen eerlijk met de opvatting naar voren zoals je die thuis vanuit de Bijbel hebt meegekregen. Ze mogen best weten wie je bent.

Als de evolutietheorie aan de orde komt, leer dan je opgekregen stof, maar weet en houd dat vast, dat de Bijbel zegt: God schiep de hemel en de aarde en God zag al wat Hij gemaakt, had: en ziet het was zeer goed.

Als je gekonfronteerd wordt met een ander gedrag, een andere levensstijl, dan kun je plotseling voor een bewuste keus geplaatst worden. Wat doe je als er bijvoorbeeld in je direkte omgeving gevloekt wordt of als er dingen gezegd worden die zich niet met Gods Woord verdragen?

Lach je mee om maar niet buiten spel gezet te worden, of laat je merken dat je er last van hebt als er met God en Zijn Woord gespot wordt? God is immers een jaloers God op Zijn eer!

Wellicht ben je in de middigpauze een van de weinigen die een gebed doet voor je gaat eten. Vaak is er om te eten gelegenheid in de aula, waar je dan in groepjes bijeen zit. Vraag dan van meetaf aan, vanaf de eerste dag een ogenblik stilte, zodat je de Heere voor je eten kunt bidden en danken. Wacht daar niet mee tot een andere dag, of tot er bijvoorbeeld wat meer gelegenheid voor is. Is de Heere het niet waard dat je Hem bidt om een zegen en dankt voor de

gave, die je als. vanuit Zijn hand mag ontvangen?

Misschien ben je wel de enige die nee zegt tegen een klasseavond, omdat je bij voorbaat weet dat de sfeer er niet deugt of dat er bizarre popmuziek gedraaid wordt of gedanst wordt.

Als je medeleerlingen vragen naar de reden van je afwezigheid, , verzin dan geen uitvlucht — bedenk dat God alles hoort en ziet — maar zeg eerlijk dat. ze het thuis niet goed vinden vanwege de anti-christelijke sfeer die er heerst. Ze mogen toch best weten wie je bent!

'k Weet wel dat het niet meevalt om eerlijk voor je opvattingen uit te komen, maar als anderen met hun mening naar voren komen, zou jij het dan niet mogen? Wat echter nog belangrijker is: méén je ook wat je zegt? Of zeg je het alleen maar om je geweten gerust te stellen en geen moeilijkheden met je ouders te krijgen? Op zich niet onbelangrijk, maar weet dat God het hart aanziet. Mensen letten op je woorden, nog meer overigens op je daden, maar de Heere ziet nog verder. Hij hoort en ziet niet alleen alles, maar Hij weet ook wat er in je hart leeft. Hij weet dus ook of je meent wat je zegt. Bedenk dat vooral. Want voor alles wat we gedacht, gezegd en gedaan hebben zal de Heere ons doen komen in het gericht.

Te leven naar Gods wil

Omdat je gedoopt bent, mag je niet leven zoals je wilt. De Heere heeft recht op je. Hij vraagt van jou te leven zoals Hij dat in Zijn Woord ons gebiedt. Kun je dat niet? Wil je dat zelfs niet? Van nature zijn wij allen mensen, die niet naar Gods wil vragen, maar liever eigen wegen gaan, dwars tegen de weg van de Heere in. Maar weet dat het een weg is die eindigt in de dood.

Bid dan de Heere of Hij je leven wil veranderen, zodat je alles van Hem mag gaan verwachten en vraag Hem veel: Leer mij naar Uw wil te handelen! Wie dat doen mag, heeft het niet gemakkelijk in de strijd, maar weet dat er Eén is die je in die strijd de kracht wil geven en dat je alleen in Zijn kracht in die strijd staande kunt blijven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen