Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VORMING VAN WERKENDE JONGEREN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VORMING VAN WERKENDE JONGEREN

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer je als jongere na tien jaar onderwijs gehad te hebben de maatschappij instapt, krijg je soms met zoveel dingen te maken, dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Denk maar eens aan je rechten en plichten als werknemer, allerlei sociale voorzieningen, de minimumjeugdlonen, de partiële leerplicht, het al of niet lid worden van een vakbond en nog veel meer. Op al deze aspekten kan ik nu niet ingaan. In dit artikel wil ik aandacht geven aan de partiële leerplicht en het vormingswerk.

Vormingswerk voor partieel leerplichtigen

Voor iedereen geldt een leerplicht van elf jaar. Dat betekent dat je tien jaar volledig leerplichtig bent en daarna nog één jaar gedeeltelijk. Dat laatste noemen we de partiële leerplicht. In dat elfde jaar moet je nog twee dagen per week naar school.

Om aan de partiële leerplicht te voldoen kun je deelnemen aan:

— een kursus die uitgaat van een vormingsinstituut voor jeugdigen;

— een kursus aan een school voor beroepsonderwijs;

— een kursus aan een andere, door de minister van onderwijs en wetenschappen aangewezen instelling, waar vorming en/of onderwijs wordt gegeven.

Meestal is er een kombinatie mogelijk van één dag beroepsonderwijs en één dag vorming (b.v. bij een samenwerkingsverband tussen een streekschool en een vormingsinstituut).

Naast d.e vormingsplicht is er voor jongeren die al elf jaar leerplichtig zijn geweest een vormingsrecht tot hun achttiende jaar.

Het programma van zo'n vormingsinstituut omvat diskussies over het wereldgebeuren over allerlei aktuele onderwerpen en over onderwerpen die de deelnemers interesseren. Daarnaast zijn er aan een vormingsinstituut mogelijkheden voor sport en handenarbeid en je kunt bij een aantal instituten een kursus volgen, bijvoorbeeld: typen, motortechniek, handelskennis (middenstandsdiploma), fotografie en dergelijke.

Vorming en verandering

Na deze opsomming van vormingsaktiviteiten wil ik nog nader ingaan op de vraag wat vorming nu precies is en waarop deze vorming gericht is. Het zal je duidelijk zijn dat jongeren die een opleiding volgen aan een school voor mavo of havo, of verder studeren door de omgang met hun leraren en door hun studie van bepaalde vakken invloed ondergaan. Deze invloed noemen we vorming. Je wordt er door gevormd. Jij, als werkende jongere, ontvangt ook een stuk vorming door de invloed van je werk, je omgang met kollega's e.d.

Als je daarnaast geen enkele opleiding volgt, mis je echter de vormende werking van het onderwijs. Daarom is men er toe overgegaan om voor werkende jongeren onderwijs en vormingsaktiviteiten te organiseren.

Je kunt echter wel begrijpen dat het vormingswerk anders is opgezet dan het onderwijs.

Dat komt vooral omdat in het onderwijs het verkrijgen van kennis voorop staat, terwijl in het vormingswerk de nadruk wordt gelegd op het verkrijgen van inzicht in allerlei vragen en problemen die op je afkomen.

Het vormingswerk wil je helpen bij je groei naar de volwassenheid, zodat je over allerlei zaken zelfstandig je oordeel kunt vormen.

Een kenmerk van vormingswerk is ook dat men aanstuurt op verandering. Veel vormingsleiders zijn van mening dat er heel wat moet veranderen in onze samenleving, in de arbeidssituatie (werksfeer) en wellicht ook in jouw visie ten aanzien van allerlei zaken. Ik wil dat wat nader toelichten door iets te vertellen over de werkwijze van een vormingsinstituut.

In liet vormingsinstituut

Meestal start een vormingsinstituut met een introduktie-periode van ongeveer vier weken. In de praktijk komt dat neer op een kennismaking met de verschillende mogelijkheden voor vorming en opleiding binnen het instituut. In een groep van ongeveer 15 werkende jongeren, onder leiding van een groepsleider, bespreek je de verschillende mogelijkheden en stel je met elkaar een keuzepakket samen. Dat keuzepakket kan voor jou v/eer anders samengesteld zijn dan voor een andere deelnemer (ster) in de groep. Wil je bijvoorbeeld graag fotografie gaan doen, dan kom je voor dit onderdeel in een keuzegroep terecht. Voor de meer algemeen vormende aktiviteiten blijf je deel uit maken van de stamgroep. Het programma voor de aktiviteiten in de stamgroep staat niet van tevoren vast. Met elkaar stel je een aantal onderwerpen vast, waarmee je in de groep gaat bezig zijn. Meestal heeft de groepsleider wel een aantal keuzemogelijkheden voor onderwerpen. Soms heeft de vormingsleider zijn eigen geliefkoosde, onderwerpen, waarover de deelnemers helemaal niet willen praten. Neem bijvoorbeeld een onderwerp als seksualiteit. Geen enkele deelnemer (ster) heeft dit onderwerp aangekruist, maar toch wil de vormingsleider dit onderwerp gaan bespreken. Hij wil kennelijk zijn visie op dit gebied toch graag aan jou en aan de andere deelnemers overdragen Er zijn heel wat vormingsleiders die van mening zijn dat er jongelui zijn die op het gebied van seksualiteit ideeën hebben die verouderd zijn. Jij moet op dat punt veranderen!

Tussen haakjes: ik wil hiermee niet zeggen dat het niet belangrijk kan zijn dat een onderwerp als seksualiteit door

jongeren besproken wordt. Integendeel! Belangrijk is echter wel of we zo'n onderwerp bezien in het licht van de Bijbel.

Je zult nu ook wel begrijpen dat vorming nooit neutraal is. Er zijn vormingsinstituten die op zgn. neutrale grondslag werken. Neutraliteit bestaat echter niet!

Er zijn heel wat vormingsinstituten die weigeren uit te gaan van de Bijbel, als het enige richtsnoer voor ons denken en handelen.

Helaas soms ook christelijke vormingsinstituten. Je moet echter wel bedenken dat men dan toch bepaalde uitgangspunten hanteert. Maar al te vaak wordt vanuit een linksgerichte (socialistische) levensbeschouwing geprobeerd om je bewust te maken van je rechten en van het onrecht in de wereld. Er hangt veel van af op welke wijze in het vormingsinstituut bepaalde onderwerpen worden besproken. Als een vormingsleider jou en andere werkende jongeren wil helpen om zicht te krijgen op allerlei vragen (b.v. rond het milieu, de versobering, de medezeggenschap, e.d.) is dat erg waardevol, als men daarbij maar niet de bedoeling heeft om je om te turnen.

Het vormingswerk vraagt van jou dat je voor honderd procent meedoet. Ze mag dat ook vragen, terwille van je zelf en van allen waarmee je moet samenwerken. Je zult in je werk en in het vormingsinstituut heel wat moeten leren en afleren. Dat is nodig! Daarom wordt bijvoorbeeld tijdens een vormingsuur ook jouw houding ten opzichte van je kollega's en het uitbrengen van je stem voor de ondernemingsraad aan de orde gesteld.

Daarbij komt dat je als 16-jarige volgens de Leerplichtwet verplicht bent om aan het programma van een vormingsinstituut deel te nemen, tenzij er geen vormingsinstituut in het verlengde van jouw levensovertuiging aanwezig is, in de omgeving waar je woont. Als dit wel het geval is, geldt ook hier dat we de overheid moeten gehoorzamen! Gelukkig is ook binnen de Gereformeerde Gezindte het belang van goed en verantwoord vormingswerk ingezien.

Ongetwijfeld is er in jouw omgeving wel een christelijke school voor beroepsbegeleidend onderwijs of een reformatorisch vormingsinstituut te vinden. Wees dankbaar dat deze mogelijkheden er zijn en laat dat ook door je deelname blijken!

Tenslotte

Blijf in je werk en in het vormingsinstituut altijd jezelf, vanuit je eigen levensovertuiging. Wees eerlijk ten opzichte van jezelf en de ander. Jouw mening zal lang niet altijd door anderen gedeeld worden, maar als je eerlijk en konsekwent bent zal dat op je werk zeker gewaardeerd worden.

Bedenk bij alle vragen die op je afkomen, dat de vraag: „Heere wat wilt Gij dat ik doen zal? ", de belangrijkste vraag moet zijn.

Om staande te kunnen blijven en om alle dingen die op je afkomen te kunnen verwerken, heb je voor alles de verborgen omgang met God. nodig. Vraag de Heere veel of Hij je de weg wilt wijzen die je moet gaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1980

Daniel | 28 Pagina's

VORMING VAN WERKENDE JONGEREN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1980

Daniel | 28 Pagina's