Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Na het jawoord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Na het jawoord

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het doen van belijdenis desgeloofs is een bijzonder ogenblik. We verbinden ons dan met o ia woord voor Gods A angezicht aan de gemeente. We belo ven te zullen leven en sterven bij h Woord des Heeren en onze wandel met goede werken te zullen versieren. Als we belijden doen, dan leggen we een eed af voorde Heere. Van die eed komen we nooit meer af. Die altijd liggen en straks voor Gods rechterstoel zal de Heere erop terugkomen. Dan zal Hij o rekenschap vragen van hetgeen we met die eed hebben gedaan. Als we dit alles tot ons laten doordringen, dan is het doen van belijdenis een diep ingrijpend gebeuren. Ook dit jaar zijn weer vee! jonge mensen, die belijdenis afleggen. Ik hoop, dat jullie het in eigen kracht nie kunnen, maar dal het in je hart zou mogen leven: Och schonk Gij' mij de hulp van Uwen Geest!

Kerkgang

Het is nu niet de bedoeling van dit artikel om uitvoerig stil te staan bij de betekenis van het doen van belijdenis. Dat is al meermalen gedaan. Het gaat nu meer om de vraag, wat de consequenties zijn van onze belijdenis in ons verdere leven. Het is de moeite waard om daarover door te denken. Als je belijdenis hebt gedaan, dan ben je daarmee belijdend lid van dc gemeente geworden. Voor die tijd behoor je ook tot dc gemeente, maar dan ben je lid in je ouders. Die dragen dan krachtens hun doopbelofte de verantwoordelijkheid. Maar als jc belijdenis doet, neem je die verantwoordelijkheid van je ouders over. Je draagt nu zelfde volle verantwoordelijkheid van je lidmaatschap. Jc bent nu belijdend lid, mondig lid. Dat betekent, dat de gemeente van je mag verwachten, dat jc kerkelijk trouw zult meeleven. Ik denk allereerst aan de kerkgang. Van belijdende leden mag een trouwe kerkgang worden verwacht. Laat jc plaats niet zonder wettige redenen leeg staan. De Schrift zegt. dat we onze onderlinge samenkomsten, dat wil zeggen de samenkomsten van de gemeente, niet mogen verwaarlozen. Nooit kunnen we het wettigen, dat men maar éénmaal per zondag naar de kerk gaat, terwijl men gemakkelijk tweemaal zou kunnen. Van de belijdende leden moet worden verwacht, dat zij trouw opkomen • I | , onder het Woord. Het is zo'n groot wonder, dat we nog in alle vrijheid mogen opgaan. Dat we nog mogen komen op de werkplaats van de Heilige Geest. Want als ie in de kerk zit. onder het Woord, dan ben je op dc plaats, waar de Heilige Geest in bijzondere zin wil werken. Het geloof is immers door het gehoor en het gehoor door het Woord Gods. De Heilige Geest wil de [ prediking gebruiken om mensen te bekeren.

Heilig Avondmaal

Bij het Woord behoren de sakramcntcn. Jc draagt het teken van dc doop. Bij het doen van belijdenis heb je de verantwoordelijkheid. aan de doop verbonden, voor jc rekening genomen. Daarnaast is er het Heilig Avondmaal. Door het doen van belijdenis wordt de toegang geopend tot het Heilig Avondmaal. Onze vaderen noemden het doen van belijdenis toegang vragen tot het avondmaal. Toch mogen wc hier nooit een automatisme van maken. Dat is een dodelijk gevaar. Dan krijgen we een gemeentebeschouwing, waarin ervan wordt uitgegaan, dat alle belijdende leden ook waarachtig gelovigen zijn. Dan verliest de prediking van de noodzaak van de wedergeboorte haar klem en kracht. Als je belijdenis hebt gedaan, dan heb je een kerkelijk recht om toe te treden. Vergeet echter nooit, dat er ook een goddelijk recht is; dat ontvangen wc door wedergeboorte en bekering. Daarom gaat aan iedere

avondmaalsbediening een week van voorbereiding vooraf, een week van zelfonderzoek. Dan klinkt het met alle klem: Beproeft uzelven, of gij in het geloof zijt! Ds. A. Vergunst zegt in „Neem de wacht des Heeren waar" (bladz. 135) het volgende: , , Nooit zal mogen worden veronachtzaamd, dal tussen openbare geloofsbelijdenis en de avondmaalsgang moet staan de waarachtige zelfbeproeving. Wanneer er een automatisch verband zou gelegd worden, meen ik, dat er een heel grote veroppervlakkiging in de hand gewerkt wordt."

Laten wc hiermee blijvend ernst maken. I Maar laten we ook niet dc gedachte hebben, dat het vanzelfsprekend is. dat we niét ten avondmaal gaan. De Heere heeft recht op ons leven, en daarom heeft niemand het recht onbekeerd te zijn. Laat het nooit je gewoonte zijn tijdens avondmaalsbedieningen thuis te blijven. Er zijn helaas mensen, die dat doen: ze zijn immers onbekeerd? Maar onthoud dan altijd, dat de bediening van het avondmaal heel de gemeente iets te zeggen heeft. Het wordt heel de gemeente dan toegeroepen: Beproeft uzelven! En als we dan vreemd zijn van het leven der genade, dat uit dc diepte leert hongeren naar Christus, dan is het niet de weg om maar thuis tc blijven, maar te roepen om bekering. Als het de nood van ons leven wordt, dat dc Hcere recht op ons heeft en dat wij onszelf hebben verkocht onder de zonde, dan zullen we niet meer los kunnen laten, maar uit de diepte roepen tot God.

Ambtelijk opzicht

Na de prediking van het Woord en dc sakramentcn. zijn er nog enkele zaken, waar ik in dit verband op wil wijzen. Bij het doen van belijdenis beloof je ook je te zullen onderwerpen aan het ambtelijk opzicht over de gemeente, aan de vermaningen, terechtwijzingen en kerkelijke tucht. Het is Christus Zelf, die de ambten in de gemeente heeft ingesteld en van de belijdende leden mag worden verwacht, dat zij buigen onder het ambtelijk gezag van dc Koning van de Kerk. „Zijt uw voorgangeren gehoorzaam, en zijt hun onderdanig: ant zij waken voor uw zielen, als die rekenschap geven zullen" (Hebr. 13 : 17). Er is vaak zoveel liefdeloze kritiek op ambtsdragers. Er wordt vaak zoveel over hen gepraat achter hun rug om. Er wordt zo weinig voor hen gebeden. Laat zo jullie houding niet zijn. Het is waar, dat ambtsdragers mensen zijn, vol fouten cn gebreken. Er is ongetwijfeld heel veel op hen aan te merken. Maar houdt hen hoog omwille van het ambt, dat zij dragen. De Heere heeft de heilige ambten in de kerk niet gelegd op de schouders van engelen, maar van mensen. Zij hebben jullie gebed ook nodig. Het is zo groot als de ambtsdragers zich gedragen mogen weten door de gebeden van Aarons en Hurs. die de nood van de gemeente meedragen op hun knieën. Het is groot als er onder de jonge leden van dc gemeente zulke Aarons en Hurs mogen zijn.

Ledenvergaderingen en gemeente-avonden

Als je belijdenis hebt gedaan, dan wordt ook van jullie verwacht, datje in andere opzichten met de gemeente zult meeleven. Ik denk bijvoorbeeld naast de verschillende kerkelijke aktiviteiten ook aan de ledenvergaderingen. Dc jongemannen onder jullie hebben door het doen van belijdenis daar toegang gekregen. Laatje plaats daar dan ook niet zonder reden leeg. Betoon je medeleven. Het is voor kerkcraden zo 1 ontmoedigend als er maar heel weinig leden op kerkelijke vergaderingen van hun belangstelling blijk geven. Laat merken, dat je je betrokken weet bij heel het gemeenteleven. We kunnen hier ook denken aan I gemeente-avonden cn kerkdiensten door de I week. Het valt me vaak op, dat er in dc ' doordeweekse diensten vaak zo weinig

jonge mensen zijn. Ik begrijp best. dat het soms erg druk kan zijn. De een volgt een studie, een ander moet 's avonds werken, een derde heeft weer wat anders, dat zijn aandacht vraagt. Maar waar een wil is. daar is in de regel ook wel ccn weg. Is het geen wonder, dat dc Heere ook door de weeks nog arbeiden wil aan het heil van je ziel? Dan moeten er toch wel zeer zwaarwegende redenen zijn, als wc bij een weekdienst thuisblijven. Ontbreekt het niet al tc veel aan honger naar het Woord des Heeren?

Levenswandel

Het doen van belijdenis des geloofs heeft vervolgens ook consequenties voor heel onze levenswandel. In de doop heeft dc Heere ons apart gezet van de wereld. Met je jawoord heb je dat overgenomen. Zou dat niet aan heel jc levenswandel te zien moeten zijn? Dan leven wc anders dan de wereld, dan spreken we anders, dan kleden we ons anders, en vul het maar verder aan. Wc hebben te wandelen als een apart gezette gemeente. Wel in de wereld, maar niet van de wereld, zo staat er ergens. Kunnen ze dat op school aan je merken, op het kantoor, in het bedrijf, kortom overal waar de Heere je in het leven ccn plaats heeft gegeven. Denk erom. je belijdenis moet tot uitdrukking komen in heel je levenswandel. Vroeger zei men. dat het te zien moet zijn aan ons „gelaat, gewaad en gepraat". Daar wordt wel eens schamper over gedaan en ik weet, dat als wc het alleen in het uiterlijke zoeken, dan is er het gevaar van farizeïsme. Maar het uiterlijke heeft er wel degelijk mee te maken. Laat je belijdenis toch in heel je leven mogen uitkomen. En dan is het niet erg als jc niet kunt meepraten over televisieprogramma's en voetbaluitslagen, als je niet op de hoogte bent van de inhoud van allerlei inhoudsloze en goddeloze lektuur. als zc van je zeggen, dat het wel te merken is. dat je van de ..zwarte-kousen-kerk" bent. Bedenk dan. dat de gunst van God oneindig veel meer is dan de gunst van mensen. ..Want zo wie zich Mijns en Mijner woorden zal geschaamd hebben, diens zal de Zoon des mensen Zich schamen, wanneer Hij komen zal in Zijn heerlijkheid" (Luk. 9 : 26).

Gezond kerkelijk besef

Er zou meer te noemen zijn. maar dan wordt dit artikel tc uitvoerig. Jullie doen belijdenis in de Gereformeerde Gemeenten. Laat er bij jullie ook liefde mogen zijn voor onze gemeenten. Iedere vorm van kerkisme is te veroordelen. Dan zien we niet verder dan onze eigen gemeenten. Dan I denken we, dat er buiten ons niets is. Zo is het niet. Het gaat om dc Kerk met een I hoofdletter. Die Kerk is binnen, maar ook j buiten onze gemeenten. Wat dat betreft I zouden we meer leed moeten dragen over , het feit. dat kinderen van God soms door kerkmuren zo ver van elkaar verwijderd i zijn geraakt. En als Gods kinderen elkaar ' in dc Heere mogen ontmoeten, dan vallen kerkmuren weg. Nee. laat elke vorm van kerkisme verre van ons zijn. Maar ik wil wel pleiten voor een gezond kerkelijk I besef, voor liefde tot de gemeenten waarin de Heere je een plaats gaf cn waarin de Heere nog wonen en werken wil. Onder ons heeft de Heere nog Zijn volk cn worden er nog mensen bekeerd. Als dat kerkelijk besef er is, dan zul je onze gemeenten ook trouw blijven, zonder overigens het gebed van Christus te vergeten: Opdat zij allen een zijn. gelijkerwijs Gij. Vader, in Mij. en Ik in U" (Joh. 17 : 21).

De onzichtbare kerk

Door jc jawoord ben je belijdend lid van de zichtbare kerk. Nodig is echter door wedergeboorte lid te worden van de onzichtbare kerk, van de Kerk met een hoofdletter. Als je naam alleen maar staat ingeschreven in een kerkelijk ledenrcgister op aarde, dan wordt je naam eens geschrapt als dc dood komt. Maar als je naam geschreven mag staan in het hemelse

register, in het bock des levens en des lams, dan wordt je naam nooit meer geschrapt. Daarin staan de namen van allen, die de Vader heeft gekend, die de Zoon heeft gekocht en die de Geest heeft verzegeld. Dat is dc Kerk met een hoofdletter.

Wees daar steeds van doordrongen en laat dat het uitzien van je hart mogen zijn. De Heilige Geest gaat nog door een bruid te werven voor Koning Jezus. En alle levende leden van de kerk worden door Gods genade ambtsdragers; ze worden allemaal profeet, om Zijn Naam te belijden, en priester, om zichzelf Hem te offeren als een levend dankoffer, cn koning, om te strijden in de kracht van Christus.

Gebed

Je jawoord heeft vee! consequenties. In eigen kracht is dat nooit te volbrengen. Als je dat beleven mag in het diepst van je hart, dan zal er een uitzien zijn naar de kracht van boven. Dan zal er een biddend leven zijn. Zo horen belijdenis en gebed bij elkaar; als het goed is zijn beide onlosmakelijk aan elkaar verbonden. Ik wens jullie een biddend leven toe.

, .En indien iemand wijsheid ontbreekt, dat hij ze van God begere. Die een iegelijk mildelijk geeft en niet verwijt.... maar dat hij ze begere in aeloof (Jak. 1 : 5-6). Dan blijft er maar éen ding over: ch schonk Gij mij de hulp van Uwen Geest!

Zeist ds. J. J. van Eckcvcld

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 april 1986

Daniel | 35 Pagina's

Na het jawoord

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 april 1986

Daniel | 35 Pagina's