Komen met haast

Dominee, we zouden u graag enkele vragen willen stellen over de nodiging die uitgaat van het Kerstevangelie. Geldt die voor een ieder van ons?

De boodschap van genade komt lol iedere hoorder van het Woord. De nodiging lol hel heil dient tot iedereen gebracht te worden, in de eerste plaats door middel van de prediking, maar daarnaast ook door middel van cvangelisatiematcriaal van huis tot huis. zeker in de tijd rond de kerst.

In Romeinen 3 staat: ..Wat is het voorrecht van de Jood? Wat is de nuttigheid van besnijdenis? Vele in alle de manier. Want dit is wel het eerste, dat hun de Woorden Gods zijn toebetrouwd".

F.n daarbij de Dordtse Leerregels (hoofstuk 1 artikel 3): ..En opdat dc mensen tot het geloof worden gebracht, zendt God goedcrtierenlijk verkondigers van deze zeer blijde boodschap, tot wie Hij wil en wanneer Hij wil. Door wier dienst de mensen geroepen worden tot bekering cn geloof in Ghristus. dc gekruisigde". Deze blijde boodschap is toen door de engelen gezongen, en diezelfde boodschap mag ook nu nog verkondigd worden.

Maar kan een mens wel tot Christus komen? Kunt u iets zeggen over het spanningsveld tussen komen en getrokken worden?

Er slaat in dc Bijbel: ..Niemand kan lol Mij komen tenzij dat de Vader hem trekke". Toch zijn wij als mensen die onder dc prediking van Gods Woord verkeren volledig verantwoordelijk voor wat wij doen en niet doen. Wij worden geroepen om te komen, maar we moeten tegelijk zeggen dat we vanuit onszelf niel kunnen komen. Dal is juist dc spanning in Gods Woord en daarmee ook in de prediking. Het moet en hel kan niet vanwege onze geestelijke doodsstaat. Dat moet op de knieën brengen, dat moet nood zijn of worden. Dat wordt ook de nood. de levende nood voor degene die door Gods Geest aan die doodsstaat ontdekt wordt.

Voor diegene die de verantwoordelijkheid van de mens in twijfel trekt, wil ik wijzen op de gelijkenis van de koninklijke bruiloft: de gasten waren wel genodigd, maar zij kwamen niet. Uiteindelijk is die bruiloft wel gevierd, maar met anderen, want zij. die geroepen werden, waren het niet waardig.

Hoe moeten wij tot Christus gaan?

Heel eenvoudig: zoals we zijn. En wij zijn niets anders dan een diepgevallen verloren zondaar. Wij moeten niet gaan als een vrome, een eigc n ge rechtigde fa ri zeeë r, maar als een gevallen zondaar. De Schrift leert ons dat goddelozen gerechtvaardigd worden, dat verlorenen worden behouden.

Comrie schrijft in zijn boekje 'Het ABC des geloofs' dat komen en geloven hetzelfde is. Kunt u daar iets over zeggen?

Dat is ook zo. in die zin dat het komen een vrucht is van het geestelijke of nieuwe leven wat dc Heilige Geest werkt in ons hart. Het is echter niet zo, als komen ccn daad is vanuit de mens zelf. Comrie zegt: „Het is niet een komen met de voeten, maar met de zielsgenegenhedcn. dus vanuit een innerlijke behoefte en drang tot God en Zijn gemeenschap. En wilt gij weten waaruit dat bestaan zal? Let op dc volgende zaken: het zal te kennen geven dat de ziel de kracht van Jezus' uitnodiging ondervindt en hoort, dat er een diep besef is van dc rampzalige verkeerdheid in zichzelf, tenzij hij bij Jezus een schuilplaats vindt en dat hij oog krijgt voor Zijn genoegzaamheid cn volheid. Dan kan hij niets anders dan de eis van Jezus inwilligen, maar hij ervaart daarbij dat hij dat zelf niet kan en roept: 'Trek mij en ik zal U nalopen'! En dit alles leidt er uiteindelijk toe dat zo iemand tot Christus komt met al zijn gebrek, jammer en ellende, zichzelf ten eigendom aan de dierbare Jezus overgevend. Tot dit komen heeft elk de grootste noodzaak. en moedigt Jezus elk aan. wie hij ook is. want die tot Hem komt zal Hij geenszins uitwerpen, ja. als Jezus maar een poging ziet om te komen en het kermen hoort om getrokken te worden, gaat Hij dc ziel al tegemoet. God Zelf trekt u!"

Dus komen zonder geloof kan in principe niet'? Als je komt moet je geloof hebben?

Inderdaad. Er staat geschreven dat die tot God komt. moet geloven dat Hij is. en ccn Beloner die Hem zoeken. Aan het komen moet dc nodiging voorafgaan en door innerlijke drang die daarbij ontstaat, wordt ccn mens gaande gemaakt: dat is al een vorm van geloof, al wordt het er niet alti jd voor aangezien. Komen en geloven gaan hand in hand.

ledereen die onder de bediening van het genadeverbond leeft, wordt dus genodigd. Zo is er de nodiging in de Bijbel: ..Komt allen tot Mij die vermoeid en belast zijt. en Ik zal u rust geven". Houdt dat in dat je eerst aan je zonden ontdekt moet worden en je je dientengevolge een vermoeide en belaste moet voelen?

Eén van de eerste vruchten van de zaligmakende werking van dc Heilige Geest is overtuigen van zonde. Dit niet als voorwaarde, maar als vrucht. Als wij zelf aan één voorwaarde zouden moeten voldoen. is het voor eeuwig verloren. Het is altijd nog waar: uit u geen vrucht meer in der eeuwigheid. In dezen moet er niets, maar het is wèl zo. dat zo iemand zich bij het onderwijs van Gods Geest een verlorene voor God gaat voelen en dat de zonden die levend geworden zijn Gods kind ccn vermoeide cn belaste zondaar doen worden. Dat is een andere vermoeidheid dan die jc ondervindt van de moeiten van het leven.

Is de nodiging om tot Christus te komen voorwaardelijk of onvoorwaardelijk?

Beslist onvoorwaardelijk! Gods Woord komt niet tot mensen die aan een bepaalde

voorwaarde voldoen, maar komt tot mensen die aan geen énkele voorwaarde voldoen. De onvoorwaardelijke prediking van het Evangelie is: ..Laat u met Ciod verzoenen!" Goddeloz.cn worden gerechtvaardigd. Dat is juist het bemoedigende, de blijde boodschap van het Evangelie!

Als nu iemand bij u kwam. die zei: ..Ik ben bang dat ik te weinig zondekennis heb ", wat zou u dan zeggen?

Ik zou zeggen: ..Dat is inderdaad zo. want dat heeft een mens van nature niel. maar bidl dan tot de Heere of Hij je daar aan bekend maakt". En dan is hei inderdaad zo: als de Geest in het hart gaat werken, dan maakt Hij de zonde Zelf bekend.

Wat de intensiteit van zondekennis betreft: Guthry schrijft in zijn boek 'Des Christens groot intrest', dat dc mate van zondebesef zo groot moet zijn. dat het uitdrijft naar Christus.

Maar kun je daar dan geen misbruik van gaan maken, dat het dan niet uitmaakt hoe je leeft, wantje wordt immers als goddeloze gerechtvaardigd?

Het is goed dat je dat vraagt. Als je misbruik maakt van deze leer door dan maar raak te leven, dan ga je tegen dc bedoeling van Gods Woord in. Zo heeft de Heere het niet bedoeld, het is juist om dc grootheid van Zijn genade te leren zien. dat Hij nu alles doet! En als je dat leert zien. doe je de zonde niet gemakkelijk meer. dan ga je ze juist haten! Dan zijn de zonden een last. een kwelling.

Kunt u in dil verband iets zeggen over de inwendige en uitwendige roeping?

Allereerst dit: r is maar één roeping, zoals er één Woord Gods is. Die ene roeping moeten wij onderscheiden in de uit-en inwendige roeping. Die ene roeping stelt iedere h oo rd e r ve ra n 1 woo rdel ij k. God komt op elke prediking terug. Paulus stelt in 1 Korinthe 1:18-24 dal het Woord des kruises wel degenen die verloren gaan dwaasheid is. maar dat het ons die behouden worden een kracht Gods is. Zo is het een reuke des levens ten leven en een reuke des doods ten dode. De boodschap van Gods Woord moet echter toegepast worden aan hel hart. Dat is hel werk van de Heilige Geest, dat is de inwendige roeping, daarom bidden wij ook om de werking van Gods Geest. En als dat gebeurt, wórdt Gods Woord door de Heilige Geest toegepast en wórdt het inwendig, dal wil zeggen in het hart verstaan. Dan horen doden de stem van de levende God (zie Dordtse Leerregels hoofdstuk 3 en 4. artikel 11).

Kun je dan zeggen: ..Als ik alleen maar uitwendig geroepen word. kan ik er zelf ook niets aan doen"?

Nee. wij kunnen dat onderscheid nooit maken! Daar mag je zo niet mee omgaan! Wij zijn verantwoordelijk voor onze daden, en de schuld ligt bij ons. omdat we zo zorgeloos en hard zijn. omdat we het zaad laten verstikken door de zorgvuldigheden van de wereld en de wellusten van het hart. Ook al weten wc samen dal als een mens inwendig geroepen is. dat een Godswonder is. dan mogen we de rollen nog niet omdraaien en zo God de schuld geven van ons niclkomen! Het is zoals het staat in Filippenzen 2:12 en 13 ..Werkt uwszelfs zaligheid met vrezen en beven: ant het is God. Die in u werkt beiden het willen en het werken, naar Zijn welbehagen." De troost hiervan is. dat het een poort is. en geen muur. God werkt het. en daarom kan het!

Hoe kan ik weten of ik geroepen word?

In de eerste plaats omdat je onder de prediking leeft! F.n als je werkelijk voelt dal je geroepen wordt, komt dat doordat je de kracht ervan in jc hart gevoelt. Dat kun je dan niet ontkennen, dan ervaar jc het niet als een mensenwoord, maar als Gods Woord (ook al wordt het door een mens uitgesproken). Dan houd je alles voor waarachtig wat de Heere in Zijn Woord zegt. Dan vallen alle muren en bezwaren weg. Dan wordt waar wat er in Efeze staat: „Ontwaakt gij die slaapt en sta op uit de dood. en Christus zal over u lichten".

Brakel spreekt in een hoofdstuk over het geloof allerlei mensen aan. De één op het missen van kennis van zichzelf en van God. de ander op zijn hang naar de wereld, weer een ander op zijn drukke leven waar hij in opgaat, en zelfs betrekt hij degenen die koud en indrukloos zijn erbij. Hij zegt dan: ..Komt gij allen die ik genoemd heb. wat voor zondaar u ook bent; komt tot Jezus en gelooft in Hem en gij zult zalig worden ”

(hij verwijst hierbij naar 1 Korinthe 6:11. waar Paulus zegt wat voor zondaren de gemeenteleden eertijds waren, maar dat zij door Gods genade nu afgewassen en geheiligd zijn, dit als bemoediging). Hij benadrukt dan dat God hen niet alleen nodigt om te komen, maar dat Hij her ook gebiedt! Toch zijn er mensen die zeggen dat ze al zo lang wachtend en uitziend zijn. Kan men daar nog wel van spreken, als God zo. zonder uitstel nodigt?

De Heere Jezus en al profeten en apostelen de hebben ook zo aangedrongen.Brakel is hierin bijbels.

Dat er veel mensen zijn die beweren dat ze wachtend cn uitziend zijn. getuigt vaak van een valse lijdelijkheid. I loc ijverig zijn we meestal niet bezig met onze aardse beslommeringen. Als dat met betrekking tot het geestelijke ook zo zou zijn. zou het etwel anders uitzien. Wat zijn wc in geestelijk opzicht veelal laks. lijdelijk en zelfs dood. Ten diepste is een afwachtende houding een mens eigen omdat de nodiging hem helemaal niet aanspreekt! Er kan wel sprake zijn in het leven van Gods kinderen van een verwachten van de Heere als het donker is in hun leven. Maar dat is een toestand waarin zij het niet uit kunnen houden, dat is heel iets anders dan ccn lijdelijk wachten. Er is groot verschil tussen wachten cn verwachten, tussen lijdelijkheid en lijdzaamheid.

Aan de andere kant zien we Gods vrijmacht. God kan iemand laten wachten als dat beter voor hem is. Dat is wel eens moeilijk, te weten dat God machtig is. maar ook dat Hij vrijmachtig is. Daar jc onder leren buigen, cn moet als jc dat doet. heb jc zelf niets meer in tc brengen. Ja. door genade mag je buigen, ga je buigen!

Van de herders staat geschreven dat zij. nadat zij de boodschap van de engelen gehoord hadden, kwamen met haast, en het Kindeke vonden. Toch hoor je wel eens zeggen dat je niet zomaar en zo snel naar Jezus mag gaan. Hoe ziet u dat? Kan er ook sprake zijn van een wachtenstijd?

Aan het gaan van dc herders was het spreken van de Heere voorafgegaan. En dat maakt de mensen gaande, ook nu nog. Als je echter met wachtenstijd bedoelt dat de een in korte tijd meer mag zien en beleven dan de ander, dan denk ik dat er inderdaad onderscheid is. daar is de Heilige Geest vrij in.

Wat dat tc snel naar Jezus gaan betreft: in dit zal toch in dc weg verband van zondekennis het verlangen naar Christus levend moeten worden. En verder moeten afblijven van de weg van de we ander: de boom zal aan vruchten gekend worden. de De herders kwamen met haast, dat is waar. Maar bij ccn zondaar in nood kan geen uitstel lijden, die het móet naar Christus. Dat is dc levende nood in zijn ziel.

Wat is de ervaring van een gelovige in het komen tot Christus? Zou u daarbij misschien iets kunnen zeggen over uw eigen leven?

Nou. in alle bescheidenheid wil ik proberen daar iets van uit mijn eigen leven te vertellen. Dc Hccre heeft de prediking van dominee C. Molenaar willen gebruiken tol opening van mijn ogen. toen ben ik stilgezet en ik in beginsel aan mijn werd zonde ontdekt. Ik was onbekeerd en was God kwijt.

Er zijn tijden geweest dat ik 's avonds niet durfde tc gaan slapen, want ik kon God ontmoeten. Dal heeft wel niet een aantal jaren geduurd. Ik werd wel eens bemoedigd, ik zag wel eens wat van mogelijkheid om de zalig te worden, maar ik deelde daar zelf niet in. Totdat de op een keer (weer door Heere dc prediking van Gods Woord) de weg tot de mogelijkheid van zaligwordcn voor mij persoonlijk heeft willen openen. Daar zag ik hoe de Heere Jezus gekomen was.

niet alleen om dc zondaren zalig tc maken, maar ook om mijn zonden weg tc nemen Dat heelt me met alleen bemoedigd, maat ook innerlijk verbroken, vanwege dat grote wonder dat dc Heere gedaan heelt Dat was tijdens ccn preek over tic reiniging van dc melaatse ( indien (ii| wilt. Gij kunt mi) reinigen'). Dat is een onvergetelijke dienst geworden.

Later ben ik er achter gekomen dat ik er helemaal niet was. zonden, die in mijn nog De hart woonden, kwamen terug, de blijdschap was voorbij: dat is ccn lange strijd geworden. Daar kwam nog bij dat ik verstrikt raakte in dc van het ongeloof en de zonde opstand tegen de Heere Zijn leiding. F.en preek en over het ongeloof van Thomas (waarin mijn leven geschetst werd) heeft er in die tijd toe geleid, dat ik zó onbekeerd was. dat ik dacht dat het voor mij nooit meer kon. bleef dit steeds leven: Toch een verlangen naar God.

Ik laat nu een heel stuk verder liggen, maar toen ik jaren later als student op theologische school met de de kerst in Groningen moest preken, vloog het me zo aan dat ik nu het kerstevangelie moest prediken, maar dat ik zelf hel Kerstkind niet kende! Ik zou over de herders prediken. Ik herkende mezelf zo in het beeld van de herders, wel de verwachting van de verlossing Israëls. maar alles was zo donker. Ik begon aan de preek, ik moest wel. maar wat veranderde alles toen! Ik zag toen dat Hij was gekomen, ook voor mij. Ik heb toen gepreekt, weet ik allemaal niet wat meer. maar ik wist: Hij is gekomen, op Hem mocht ik zien. verder zag ik niemand meer. geen mensen, alleen Hem.

Zo is dat veranderd. Ik mocht tot Hem komen, omdat Hij gekomen is! Ik zal het meer vergeten! Hel gaat nooit vaak door ccn dal van maar als dc Hccrc duisternis, overkomt verandert alles!

Is het komen tot Christus een eenmalige zaak'? Ben je dan 'gearriveerd'?

Nee. het is een voortgaande zaak. Dat wil zeggen: de rechte behoefte om meer de Heere te kennen is in van het hart. Dc vrucht van het nieuwe leven is: de Heere te kennen in al Zijn heerlijkheid. In dezen is het kerstfeest een heilsfeit waar Gods kind niet bovenuit komt: dat is geen gepasseerd station. Wal kan hij verlangen naar een nieuwe ontmoeting met het Kind in dc kribbe. Zoals Simeon, die er zo uitzag om de Heere Jezus naar door het geloof te omhelzen.

Dc dichter zei: „Och. werd derwaarts weergeleid. dan ik zou mijn mond U d' ere geven". Tenslotte wil ik dit nog kwijl: ik zou jullie, jongeren, krachtig op willen wekken om de zonde, en daarmee de begeerte van de wereld te verlaten, cn de Heere le zoeken in alles waarin Hij te vinden is!

Dominee, heel hartelijk dank voor uw bereidwilligheid lot dit vraaggesprek, juist in deze drukke tijd. en Gods zegen toegewenst in alles.

Gapelle aan den IJssel Cobic Deelen-van der Wal

Krimpen aan den IJssel Riet Ruit-van Dodewecrd

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen