Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Je talenten gebruiken... maar hoe?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Je talenten gebruiken... maar hoe?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

’t is al weer jaren geleden, 'k Gaf les aan groep acht. Bij het opgeven van huiswerk was er altijd een jongen die z'n vinger opstak en vroeg: „Is 't voor een cijfer? " , Wat bedoel je daarmee? ", vroeg ik. „Nou, dan leer ik het en anders niet", was zijn antwoord.

Herkenning

Misschien herken je dergelijke opmerkingen wel uit je eigen schoolpraktijk. Leren voor een cijfer. Dat is natuurlijk goed, maar alleen daarvoor. Is dat de bedoeling? Helaas is dat wel de mentaliteit van velen! Hoe komt dat? Is dat luiheid, gemakzucht, tijdnood of iets anders? Komt dit een enkele keer voor, dan valt het nog wel mee, maar als je daar een vaste gewoonte van maakt, is er waarschijnlijk toch iets mis.

Talenten

ledereen heeft van de HEERE talenten ontvangen. De een meer, de ander minder, maar eigenlijk is er niemand die helemaal geen talenten heeft. Denk eens aan kracht om te werken, verstand, inzichten noem maar op. Waarom heb je die talenten gekregen? Niet om op te bergen en werkloos te laten liggen. Dat kan Gods bedoeling niet zijn. Denk naar aan de gelijkenis van de talenten in Mattheüs 25. De een kreeg er vijf, de ander twee en een derde één. Die met de vijf won er vijf bij, die twee talenten had, kreeg er door hard werken twee bij. En die met het ene talent? Hij was bang om het te verliezen en verborg het in de grond. Hij deed er niets mee! In het einde van de gelijkenis wordt hij ernstig bestraft en zelfs dat ene talent mag hij niet houden. Hij wordt buiten geworpen. Hij had zelfs de moeite niet genomen om het op de bank te zetten. Dan had hij nog rente gekregen, Ik weet natuurlijk wel, dat dit alles te maken heeft met het leven na dit leven. En toch... hoe jij en ik hier hebben geleefd, heeft daar ook mee te maken. De HEERE vraagt van ons dat we getrouw zijn tot in de kleinste dingen toe. Als je in het kleine niet trouw bent, zul je het dan wel in het grote zijn?

Overal

Wat anderen niet zien, niet weten, is bekend bij de Heere. Gods ogen doorlopen de ganse aarde. Voor Hem is niets verborgen. Hij weet als jij telkens op je werk te laat komt en een kwartiertje eerder ophoudt. Dat is zonde tegen het achtste en het negende gebod. Is dat nu zo erg? Het gaat er niet om wat jij en ik erg vinden. Wat zegt de HEERE in Zijn Woord ervan! En wat denk je van die folderwijk? Belanden al de folders in de brievenbussen, waar ze horen? Of ging dat stapeltje in de container? Niemand gezien! Niemand...? Was het waar, dat je die avond onmogelijk tijd had voor je huiswerk en je moeder een briefje liet schrijven, of waren er andere dingen die de voorrang kregen? Wees ook in het kleine getrouw. Elkaar helpen is een goede zaak. Maar komt het niet te vaak voor dat jij het werk van die ander moet overschrijven? Dat is toch gemakkelijk, zul je misschien zeggen. Maar ben je zo goed bezig? Ben je getrouw?

Als de engelen...

Wat hebben de engelen nu met mijn (school)werk te maken. Toch wel! Weet je wat er staat in zondag 49 van de Heidelbergse Catechismus, vraag en antwoord 124? „... opdat een iegelijk zijn ambt en beroep zo gewilliglijk en getrouwlijk moge bedienen en uitvoeren, als de engelen in de hemel doen."

ja, zeg je, dat geldt volwassenen in hun beroep, maar dat kun je niet toepassen op ons. Wij hebben nog geen beroep en geen ambt. Toch mag je hier niet omheen, want wat hier staat geldt iedereen, volwassenen en jongeren, bekeerd en onbekeerd, ook jou en mij. Engelen worden in Psalm 103 krachtige helden genoemd, die Gods Woord gehoorzamen en doen! Durf jij te zeggen dat wij dat niet behoeven te doen?

Gedienstige geesten

Engelen zijn gedienstige geesten, die de HEERE nooit ongehoorzaam zijn geweest. Dat kun je van ons niet zeggen. Wij hebben in het Paradijs God de gehoorzaamheid opgezegd. Wij willen eigen baas zijn en niemands knecht. Elke dag blijkt dat we ongehoorzaam zijn tegenover God en de naaste. Dat moet ons tot schuld worden. Anders gaan we door in onze ongehoorzaamheid. Toch is het niet hopeloos. Van onze

kant wel, maar van Gods zijde niet. Hij weet van ontrouwe en ongehoorzame schepselen getrouwe en gehoorzame kinderen te maken. Hoe? Door hen gehoorzaamheid te leren. Zijn Geest gaat leren hoe we wandelen moeten. Niet gedwongen, omdat het moet, maar vrijwillig. Want de HEERE wil geen slaven in Zijn dienst, maar vrijwilligers.

Verscheidenheid

De HEERE heeft Zelf gewild, dat er verschil is in de gaven die Hij geeft. De gemeente wordt weieens vergeleken met een lichaam, met Christus aan het Hoofd. Het lichaam kan niet zonder het hoofd, maar ook de leden van het lichaam kunnen elkaar niet missen. Het oog mag niet zeggen tot het oor, dat het belangrijker is. Elk orgaan heeft zijn eigen specifieke funktie. Zo is het ook in de gemeente. Dient elkander door de liefde. Wees getrouw in het minste. Die luie dienstknecht had geen oog voor het vertrouwen dat de heer in hem stelde en ook niet voor zijn plicht om zijn gekregen talenten te gebruiken.

Verantwoording

De drie dienstknechten worden na lange tijd ter verantwoording geroepen. Twee horen uit de mond van hun heer: „Wel gij goede en getrouwe dienstknecht, over weinig zijt gij getrouw geweest, over veel zal ik u zetten; ga in, in de vreugde uws heren." Maar die luie dienstknecht krjigt een andere boodschap te horen: „Gij boze en luie dienstknecht...!" Hij wordt in de buitenste duisternis geworpen; daar zal wening zijn en knersing der tanden. En het talent? Dat wordt hem ontnomen! Hij weigerde tot eer van God te leven en te woekeren met het talent, dat de HEERE gaf.

Geen verdienste... enkel genade

Natuurlijk kunnen jij en ik de zaligheid niet verdienen. Uit jou en mij komt geen vrucht meer in der eeuwigheid. Slechts de rank in de wijnstok brengt vrucht voort tot eer van God.

Ben je nog niet ingeënt in de wijnstok Christus? Dan mag, nee dan moetje gebed voortdurend zijn om ingeënt te worden: Neig mijn hart en voeg het saam, tot de vrees van Uwen Naam, of 'O Zoon, maak ons Uw beeld gelijk!'

Christus ais Voorbeeld Grote

Eén is er geweest, Die volkomen gehoorzaam is aan Zijn Vader. Geen verkeerde gedachte, geen ontrouwe daad, geen ondoordachte uitspraak was bij Hem te vinden. Van Zijn jeugd tot aan Zijn dood was hij getrouw in alles.

En wij allemaal mogen wel bidden of we, ziende op Hem, onze taak op school, thuis, in de kerk, op de catechisatie of vereniging mogen doen. Hij wil schenken, al wat ons dig. ontbreekt. Wanneer we 't Hem smeken: mild en overvloe-

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 februari 1995

Daniel | 32 Pagina's

Je talenten gebruiken... maar hoe?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 februari 1995

Daniel | 32 Pagina's