Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoeksteen of zwerfsteen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoeksteen of zwerfsteen?

Over de van het waarde gezin

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Huwelijk en gezin bevinden zich midden in de branding van de moderne•, geseculariseerde samenleving. In de achterliggende decennia kwam het huwelijk als instituut steeds meer onder vuur te liggen. Het zou een knellende band zijn, die de individuele ontplooiing van mensen belemmert. Op dit moment wordt er nota bene gesproken over openstelling van het huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht. Is het huwelijk achterhaald of moet het in een 'nieuw jasje' gestoken worden? Ook het 'traditionele gezin' wordt als ouderwets gezien. Voor de vooruitstrevende mens van 7 997 herinnert het traditionele gezin aan de spruitjesgeur van vroeger. De geur van spruitjes staat dan voor: bekrompenheid, benepenheid en kleinburgerlijk gedoe.

In Israël en andere landen in het Midden-Oosten werd een huis gebouwd op een fundament, dat op de (vier) hoeken rustte op grote, sterke en scheurvrije stenen, de zogenaamde 'hoekstenen'. Als zo'n hoeksteen ging verzakken of ging scheuren, dan stond het gehele gebouw op instorten.

Het gezin als hoeksteen

In onze gezindte wordt het gezin vaak vergeleken met zo'n steen en wel 'de hoeksteen van de samenleving' genoemd. Deze hoeksteen wordt gevormd door gehuwden met kinderen (nu het 'traditionele gezin' genoemd). Zij vormen een gezin waarin - als het goed is - liefde geschonken en geborgenheid geboden wordt. Deze 'veilige haven' is ingebed in het huwelijk tussen vader en moeder. Het huwelijk: een unieke instelling - door God in de schepping gegeven - als een levenslange liefdesverbintenis tussen één man en één vrouw. Het huwelijk wordt wel eens 'één van de weinige overgebleven paradijsbloemen' genoemd. De huidige krachten in politiek en maatschappij proberen deze paradijsbloem te knakken. Zo wordt de hoeksteen onderuit gehaald.

Daarmee worden de peilers onder onze samenleving aangetast. De gegeven ordeningen worden ondergraven en wanorde en chaos zullen het gevolg zijn.

Tomen aan de hoeksteen

Het traditionele gezin schijnt voor velen een traditie te zijn, die hoognodig in een historisch museum bijgezet moet worden. In de roerige jaren zestig en zeventig kwamen alle tradities en verhoudingen binnen huwelijk en gezin onder vuur te liggen. jongeren organiseerden protestacties en gingen zich op een alternatieve manier gedragen en kleden. Tot dat alternatieve gedrag behoorde ook het experimenteren met samenlevingsvormen. Was het tot op dat moment voor bijna iedereen normaal om na een verkeringsen verlovingsperiode in het huwelijk te treden en een gezin te stichten; nu werd deze 'ballast' afgeworpen en vrijheid en ongebondenheid vormden het hoogste ideaal.

Ongehuwd samenwonen door mannen en vrouwen, maar ook door mensen van hetzelfde geslacht werd 'normaal'. Sommigen gingen samenleven in een commune, een groep mannen en vrouwen die gezamenlijk een huishouding voerden, maar meestal ook gezamenlijk het bed deelden. Relaties werden 'korte onderbrekingen' en duurden zolang het individu er plezier en genoegen aan kon beleven en zolang hij/zij zich maar voldoende kon ontplooien.

Naweeën van de jaren zestiger

In de jaren '60 ging het nog maar om een kleine groep jongeren die de

samenleving revolutionair wilden veranderen. Zo'n dertig jaren later blijkt het gif van de secularisatie en het virus van de ongebonden vrijheid wijd verbreid te zijn onder ons volk. Ongehuwd samenwonen (door sommigen wel 'oefenen in getrouwd zijn' genoemd) is bijna algemeen geaccepteerd. Maar ook huwelijken worden aangetast door het emancipatiedenken. Duurden vroeger praktisch alle huwelijken tot 'de dood scheiding maakte', nu wordt één op de drie huwelijken ontbonden door echtscheiding. Er leven op dit moment zo'n 400.000 gescheiden vrouwen en 300.000 gescheiden mannen in ons land. De ontwikkelingen lijken zich nog te versnellen als het paarse kabinet in 1994 gaat regeren. Een meerderheid van de Tweede Kamer vindt, dat mensen van hetzelfde geslacht ook in het huwelijk moeten kunnen treden (het zogenaamde 'homohuwelijk'). Het kabinet heeft hier nog wat moeite mee, voornamelijk vanwege afkeurende reacties uit het buitenland en de problemen die kunnen ontstaan als gehuwden van hetzelfde geslacht een kind willen adopteren. Puur praktische bezwaren dus, maar geen principiële afwijzing van datgene wat zo bruut indruist tegen Gods Woord. Naast het pleidooi voor het homohuwelijk, wordt er gesproken over de registratie van ongehuwde partnerschappen (waarmee deze relaties gelijkgesteld worden aan het huwelijk), over wijzigingen in het afstammings-en adoptierecht en over een wijziging in het naamrecht. Wat het laatste betreft: als de regering haar zin krijgt, krijgt een kind automatisch de achternaam van de moeder als de vader en moeder het na drie maanden denktijd niet eens kunnen worden over het antwoord op de vraag wiens naam het kind moet krijgen. Ouders kunnen dan dus zelf gaan kiezen, welke achternaam hun kind krijgt. Verwarring en onherkenbaarheid van historische familierelaties zullen het gevolg van dit mallotige idee zijn.

Het jaar van het gezin

In 1989 werd door de Verenigde Naties het jaar 1994 uitgeroepen tot het 'Internationaal jaar van het gezin'. Voor uitvoering van dit thema in Nederland werd een Nationaal Comité ingesteld. In het verband van de Verenigde Naties werd met name gedacht aan het belichten van de positieve invloed van het traditionele gezin op de gehele samenleving. Het Nationaal Comité kreeg het echter voor elkaar dat Nederland - internationaal koploper in de afbraak van tradities en modern 'gidsland' - met toestemming van de VN een programma kon uitvoeren, waarin 'andere opvoedingssituaties' dan het gezin aan de jeugd werden voorgehouden, zodat vooroordelen weggenomen zouden worden. Het 'Jaar van het gezin' liep zo voor Nederland uit op een door de overheid gesubsidieerd propagandajaar voor alternatieve samenlevingsvormen. Feitelijk werd hiermee het tegendeel bereikt, van wat door de VN beoogd werd.

Pe opstelling van het CDA

Tijdens de algemene beschouwingen over het begrotingsjaar 1996 leidde een pleidooi van CDA-fractieleider

Heerma voor de aanstelling van een 'gezinsminister' tot besmuikt gelach in het regeringsvak (ministers en staatssecretarissen). Het was toch wel lachwekkend dat Heerma het anno 1995 in zijn hoofd durfde te halen, om te pleiten voor een speciale minister voor een achterhaald instituut? De kleine christelijke partijen waren aanvankelijk verheugd over de hernieuwde aandacht voor het gezin vanuit christendemocratische hoek. Nu het CDA van regeringspartij een oppositiepartij geworden was, durfde men schijnbaar weer inhoud te geven aan de 'C' van CDA. Voor SGP, GPV en RPF was de vreugde echter van korte duur. Toen pers en politiek over. Heerma heen rolden en hem bestookten met vragen over de CDA-visie op het gezin kwam de aap uit de mouw. Men moest vooral niet denken dat Heerma met zijn pleidooi voor het gezin en de aanstelling van een gezinsminister de positie van het traditionele gezin had willen versterken. De christen-democraten hanteren een open definitie voor het gezin en laten ook de alternatieve samenlevingsvormen onder deze definitie vallen. Het moderne gezin is dan 'iedere leefeenheid waarin kinderen verzorgd en/of opgevoed worden'.

Die leefeenheden kunnen een grote mate van diversiteit in de samenstelling vertonen en de diverse vormen van leefeenheden worden als gelijkwaardig beschouwd. Opnieuw blijkt de 'C' van het CDA vooral te staan voor verdraagzaamheid en tolerantie. Men wil vooral niet uit de boot vallen bij de andere grote politieke partijen en meedoen in de voortrekkersrol die ons land op ethisch gebied meent te moeten vervullen. Alleen ten aanzien van het homohuwelijk reageert het CDA (nog? ) afwijzend; de CDA-jongeren zijn wel voorstander van deze 'modegril'.

Het loopt zo'n vaart nog niet!? ?

Recent heeft de Gezinsraad een onderzoek uitgevoerd naar de samenstelling van gezinnen en de vorm waarin wordt samengeleefd. Twee leden van deze Gezinsraad schreven naar aanleiding van dit onderzoek een artikel in het

Tijdschrift voor Leerlingbegeleiding (19e jaargang, nummer 6, december '96). In het onderwijs krijgt de begeleiding van leerlingen een steeds grotere rol. In de praktijk blijkt dat steeds meer leerlingen problemen hebben op allerlei terreinen. Velen denken dat dit een gevolg is van het feit, dat jongeren gedesoriënteerd geraakt zijn omdat de traditionele kaders van onder meer het gezin zijn afgebrokkeld. Vaak lijkt het erop dat de school een deel van de opvoedingstaken moet overnemen. De Gezinsraad spreekt dit tegen. Het loopt allemaal zo'n vaart nog niet, zo zou uit de uitkomsten van het onderzoek blijken. Ook anno 1997 groeit 75% van de jeugdigen op in gezinsverband. De Gezinsraad verstaat onder een gezin echter (ook) 'een leefeenheid waarin kinderen worden verzorgd en/of opgevoed'. 85% van de kinderen zou de eerste twintig levensjaren nog doorbrengen bij de (niet gescheiden) biologische ouders. Maar de ontwikkelingen gaan razendsnel voort: de laatste drie jaar is het aantal huwelijkssluitingen sterk verminderd en is het aantal en het percentage echtscheidingen nog sterker toegenomen. Volgens de Gezinsraad waren er in 1897 evenveel stief-of eenoudergezinnen als in 1997. Er is echter wel een zeer groot verschil in de reden waarom veel kinderen opgroeien in een eenoudergezin. Honderd jaar geleden ontstonden vrijwel alle eenoudergezinnen door het overlijden van vader of moeder. Nu leven veel kinderen alleen met vader of moeder omdat hun ouders gescheiden zijn! Overigens schijnen er op dit moment reeds zo'n 20.000 kinderen in ons land te zijn, die door paren van hetzelfde geslacht worden opgevoed!

Een hoeksteen en De Hoeksteen

Aan het einde van de twintigste eeuw is het voor reformatorische jongeren (en ouderen) van het allergrootste belang, dat we pal staan voor het traditionele gezin als de hoeksteen van de samenleving. Het gezin, als een veilige haven voor een gehuwde vader en moeder met kinderen. Daarmee willen we niet zeggen dat het in traditionele gezinnen altijd 'pais en vree' is. Als het gezinsleven echter gestempeld mag worden door de vreze des Heeren, dan is er zorg en aandacht voor elkaar. Dan is het gezin 'een kerkje in de kerk' en wordt in de gezinnen 'de gouden draad van Gods genade getrokken'. Dan wordt er gesproken over de lof van de Heere, over Zijn sterkheid en Zijn wonderen. 'Opdat het navolgende geslacht die weten zou, de kinderen, die geboren zouden worden; en zouden opstaan, en vertellen ze hun kinderen; En dat zij hun hoop op God zouden stellen, en Gods daden niet vergeten, maar Zijn geboden bewaren' (Psalm 78).

Allerwegen wordt er getornd aan de hoekstenen van huwelijk en gezin. Men poogt deze hoekstenen te veranderen in zwerfstenen. Middenin die branding van de moderne samenleving kunnen we slechts overeind blijven, als we als vaders en moeders, jongens en meisjes zijn 'Gebouwd op het fondament der apostelen en profeten, waarvan jezus Christus is de uiterste Hoeksteen' (Efeze 2:20). God geve ons veel gebed om zo'n 'fundering van ons levenshuis'. Opdat we als levende stenen ingemetseld zouden zijn of worden in het Godsgebouw, dat naar Zijn gemaakt bestek in eeuwigheid zal rijzen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 januari 1997

Daniel | 32 Pagina's

Hoeksteen of zwerfsteen?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 januari 1997

Daniel | 32 Pagina's