Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verslaving, de onbetaalde rekening

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verslaving, de onbetaalde rekening

Presentatie Jeugdwerkdag

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe komt het toch dat steeds meer jongeren in ons land en daarbuiten vandaag de dag verslingerd raken aan drugs en ander destructief gedrag? Onlangs werd bekend dat overal in Europa het druggebruik onder jongeren stijgt: sotdrugs, ecstasy, LSD, etcetera. Steeds meer jongeren in onze samenleving, óók van christelijke huize, maken kennis met bewustzijnsveranderende middelen. Sommigen van hen schieten door in verslaving. Van secten wordt wel eens gezegd dat ze de onbetaalde rekening van de kerk zijn. Ik denk dat met evenveel recht gezegd kan worden dat verslaafde jongeren de onbetaalde rekening zijn van een tolerante, na-christelijke maatschappij die de normen van God opzij heeft gezet.

Tabak en alcohol

Laten we eerst eens kijken hoe verslaafd Nederland er in getallen uitziet. Ik beperk me daarbij tot de min of meer 'echte' verslavingen, al realiseer ik me dat er veel mensen ook 'echt' verslaafd zijn aan bijvoorbeeld snoep, eten, televisiekijken of internet. We beginnen met twee legale drugs: tabak en alcohol. De meest geaccepteerde definitie van drugs stelt dat drugs middelen zijn die een invloed hebben op het menselijk bewustzijn en die om deze reden gebruikt worden. Ofwel, drugs kunnen je gevoel, je stemming en je denken veranderen. Dat geldt voor tabak en alcohol zeker ook! Tabak wordt in de Verenigde Staten inmiddels officieel als drug gezien. En niet ten onrechte!

Tabak is in Nederland absoluut drug nummer één. In 1996 rookte 35 procent van de personen van vijftien jaar en ouder tabak (39 procent van de mannelijke bevolking en 32 procent van de vrouwelijke bevolking). Zestien procent had ooit gerookt (mannen:18 procent; vrouwen:15 procent), 49 procent had nooit gerookt (mannen:43 procent; vrouwen:54 procent). Het aantal rokers is ten opzichte van voorgaande jaren sterk gestegen. Het overgrote deel is eraan verslaafd. Met name onder jongeren stijgt het roken van tabak. De laatste gegevens wijzen uit dat in 1996 het percentage regelmatige rokers in de leeftijdscategorie 10 tot 19 jaar ten opzichte van 1995 is gestegen van 29 procent naar 31 procent. Met name in de leeftijdscategorie 15 tot 19 jaar is het percentage rokers heel hoog: emiddeld 48 procent. In Nederland sterven zo'n 26.000 mensen per jaar aan de directe roken. De kosten voor de maatschappij als gevolg van roken zijn berekend op 3, 5 miljard gulden per jaar.

En dan de tweede legale drug: alcohol. Vier op de vijf Nederlanders drinkt weieens. De schattingen voor de totale bevolking geven aan dat 650.000 mensen dagelijks 8 tot 12 glazen alcohol drinken; 320.000 daarvan drinken 12 glazen of meer. Het komt erop neer dat acht a tien procent van de Nederlanders van vijftien jaar en ouder problemen hebben door of met het eigen drankgebruik. Na het hoogtepunt in alcoholgebruik in 1979 is in de eerste helft van de jaren tachtig het alcoholgebruik per hoofd van de bevolking vanaf 15 jaar vrijwel elk jaar gedaald. Sinds het midden van de jaren tachtig en het begin van de jaren negentig schommelen de cijfers enigszins maar er is nog steeds sprake van een licht dalende lijn. Het is echter niet

ondenkbaar dat de

dalende lijn zal omslaan in een stijgende. Onder jongeren zijn nieuwe alcoholische dranken populair aan het worden - , de zogenaamde mixed drinks, ook wel shooters of alcopops genoemd. Het lijken frisdrankjes maar bevatten (soms aanzienlijk veel) alcohol. Jongeren komen zo op steeds jongere leeftijd in aanraking met (soms zwaar) alcoholische dranken.

Sowieso drinken jongeren steeds meer alcohol. Van de jongens van 15 tot en met 24 jaar drinkt 87 procent, van de meisjes 74 procent. Stevig drinken (meer dan vijftien glazen per week) wordt bij 28 procent van de jongens gevonden en bij acht procent van de meisjes. Jongeren die veel drinken doen dat vooral in pieken.

Gokken en drugs

Naast de aandacht voor roken en drinken staan de laatste jaren gokken en druggebruik vaker in de belangstelling. Met name het druggebruik onder jongeren heeft de laatste jaren een enorme vlucht genomen. Drugs zijn tegenwoordig geen taboe meer. Gebruik van drugs lijkt bij de leeftijd te horen. Het gedogen van bijvoorbeeld softdrugs vindt zijn grond in het feit dat softdrugs beschouwd wordt als een middel met een aanvaardbaar risico. Echter, meer en meer blijkt uit onderzoek dat softdrugs geen onschuldige genotmiddelen zijn als velen (met name gebruikers!) doen voorkomen.

Twee jaar geleden werden cijfers bekend uit een onderzoek van TNO. Uit dat onderzoek bleek dat in 1995 ten opzichte van 1990 er sprake was van ruim een verdubbeling van het aantal scholieren dat wel eens zogenaam softdrugs heeft gebruikt (van respectievelijk zeven procent naar zeventien procent) en zelfs van ruim een verviervoudiging van het aantal scholieren dat nog steeds regelmatig gebruikt (van respectievelijk twee naar negen procent). Vooral door leerlingen van lager opleidingen (vbo, mbo en mavo), wordt relatief vaak gebruikt. Voor de totale bevolking is de min of meer officiële schatting 675.000 personen maar het zijn er waarschijnlijk veel meer. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de verslavingszorg een toename constateert in de hulpvraag van softdrugsverslaafden.

Vorig jaar kwam ook de GGD Groningen met een onderzoek waaruit bleek dat het softdruggebruik in Nederland sinds 1992 verdubbeld: dertig procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs hadden één of meer keren marihuana of hasjiesj gebruikt. In vergelijking met 1992 betekende dit een verdubbeling in vier jaar. Onder 13-jarige softdruggebruikers verviervoudigde het onder jongens en vervijfvoudigde het onder meisjes. Twintig procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs zijn regelmatige softdruggebruikers; het aantal keren dat leerlingen softdrugs gebruiken hangt sterk samen met de leeftijd: van gemiddeld twee keer per maand op 13-jarige leeftijd tot gemiddeld 5, 5 keer per maand op 17-jarige leeftijd. Leerlingen van veertien jaar gebruiken gemiddeld zeven keer per maand softdrugs!

En dan nog de harddrugs: officiële cijfers spreken van 21.000 tot 25.000 gebruikers. Waarschijnlijker zijn aantallen tussen de 30.000 en 40.000. En wat betreft gokken: de laatste onderzoeken wijzen op 80.000 problematische gokkers in Nederland. Als laatste noemen we nog medicijnverslaving. Precieze cijfers zijn onbekend; de schattingen lopen uiteen van 200.000 tot 800.000.

Oorzaken

Maar hoe kómt het nu dat jongeren de weg opgaan van druggebruik? Op vrijwel alle scholen, inclusief de christelijke, komen jongeren in aanraking met softdrugs. Koffieshops waar drugs gewoon gekocht kunnen worden, vind je in praktisch iedere plaats. Maar middelengebruik heeft nooit één oorzaak. We nemen een paar factoren onder de loep.

In de eerste plaats noemen we het experimenteergedrag van jongeren. Experimenteren met verslavende middelen komt vooral in de puberteit voor. Deze levensfase wordt gekenmerkt door grote veranderingen: je wordt lichamelijk en geestelijk volwassen. Met vallen en opstaan probeer je je eigen identiteit te ontwikkelen. Je tast grenzen af, je toetst normen en waarden en er ontstaan nieuwe interesses. Sommige jongeren zijn gewoon nieuwsgierig naar de smaak en de kick van verslavende middelen, anderen zijn juist heel erg gevoelig voor groepsdruk. Die groep krijgt een steeds groter effect op de beslissingen die een jongere neemt. Wanneer vrienden verslavende middelen gebruiken, hebben veel jongeren het gevoel mee te moeten doen uit stoerheid of om erbij te horen. In een nieuwe groep kunnen ze zichzelf bewijzen door niet achter te blijven in gebruik. Soms wordt hun geen andere mogelijkheid geboden dan te kiezen tussen twee kwaden: gebruiken of weggepest worden, jongeren geven bovendien aan dat zij zich door druggebruik lekkerder gaan voelen. Ze worden relaxed, worden vrolijk of hebben het gevoel dat ze de hele wereld aankunnen. Het gevaar van verslaving zien zij meestal niet, want ze hebben het idee hun eigen grenzen te kennen en in staat te zijn het wel in de hand te houden.

Als jongeren het middel een keer uigeprobeerd hebben, staan ze voor de keuze om er mee door te gaan of om het bij die ene keer te laten. Wat ze kiezen, hangt er van af of de positieve effecten opwegen tegen de negatieve. Bij die afweging speelt niet alleen het middel zelf een rol, maar ook de reacties van de referentiegroep, de personen waaraan jongeren hun normen en waarden ontlenen. Als jongeren er voor gekozen hebben om door te gaan, ontstaan er nieuwe redenen die het middelengebruik of het gokken in stand houden. Je doet het vanwege de gezelligheid, omdat het intussen een gewoonte is geworden. Of je gaat het gebruiken om (tijdelijk) problemen te vergeten of even los te komen van de sleur van elke dag. Misschien doe je het wel vanwege het verlangen naar een kick.

Veranderende maatschappij

De verslavingsproblematiek kan verder denk ik niet losgemaakt worden van de maatschappij waarin wij leven. Onze maatschappij wordt gekenmerkt door een hoog levenstempo en snelle veranderingen. Daarnaast zijn er een aantal zekerheden verdwenen. Veel mensen hebben het vertrouwen in de kerk, in de overheid en in elkaar verloren. Er is sprake

van spijbelen op school, ziekte en arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en gebrek aan zinvolle arbeid. Daarmee is er een aantal factoren bijgekomen die de mensen nader tot verslaving kunnen brengen: verveling en eenzaamheid, het proberen te ontsnappen aan de problemen van alledag, relatieproblemen, en het niet kunnen verwerken van een crisis. En in die maatschappij moet jij ais jongere je plaats zien te vinden. Bovendien, de jeugdcultuur in zijn algemeenheid is sterk onderhevig aan verandering. In vergelijking met vroeger zit je als jongere vaak veel op school en woon je langer thuis. Binnen het gezin heb je veel meer vrijheden dan vroeger. De meeste jongeren hebben ook aardig wat geld te besteden door bijbaantjes en een studiebeurs. Ze kunnen van alles kopen, dus óók verslavende middelen. Dit wordt nog eens in de hand gewerkt omdat verslavende middelen gemakkelijk te krijgen zijn in Nederland. Denk maar aan het gedoogbeleid voor softdrugs en de daarmee gepaard gaande stijging van het softdruggebruik onder jongeren.

Niet in de laatste plaats speelt in dit alles mee dat er zich de afgelopen decennia een cultuurverschuiving heeft plaatsgevonden. Nog niet zolang geleden werden de normen en waarden in onze samenleving voor een groot deel bepaald door de Bijbel en de kerk. Nu groeit de jeugd op in een na-christelijke samenleving, een samenleving waarin God naar de marge is verschoven. Waar dat gebeurt, ontspoort uiteindelijk de samenleving. Het verdwijnen van God laat een vacuüm achter dat op de een of andere manier opgevuld moet worden. Zonder God moet de mens zijn zingeving vinden in het aardse bestaan zelf. Dat is evenwel gedoemd te mislukken omdat ten diepste alleen de Heere God Zelf de zin van het leven geeft. In een samenleving los van God, zoekt de mens wanhopig naar de zin, het doel van zijn bestaan.

Veel jongeren zoeken het in extremen: et bezoeken van houseparty's en het gebruiken van drugs. Daarbij moet ook bedacht worden dat de maatschappij enorm sterk is verindividualiseerd. De heersende gedachte is: ensen mogen het allemaal zelf uitmaken zo lang ze de ander maar niet hinderen. En niemand mag de ander vertellen hoe hij of zij invulling geeft aan zijn of haar leven. Veel Nederlanders laten zich wat graag voorstaan op deze ruimdenkendheid, deze tolerantie. Maar in feite gaat het hier om ongeïnteresseerdheid en gemakzucht. De Bijbel heeft deze verkilling van de samenleving al haarscherp voorzegd: Want de mensen zullen zijn liefhebbers van zichzelven, geldgierig, laatdunkend, hovaardig, lasteraars, den ouderen ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, achterklappers, onmatig, wreed, zonder liefde tot de goeden, verraders, roekeloos, opgeblazen, meer liefhebbers der wellusten dan liefhebbers Gods" (2 Timotheüs 3:2-4).

Verwaarlozing

Volgens dr. E. H. Prins, onderzoeker bij de GGD in Rotterdam, geldt voor tweederde van de harddrugsverslaafden dat emotionele verwaarlozing de reden van het gebruik is. De behoefte die zij hadden aan een koestering en bescherming, aan een gids die ze liet zien wie ze zelf waren, ontbrak. Ze hebben een echte vertrouwensband gemist, een veilige plek waar ze helemaal zichzelf konden zijn. De emotionele pijn die daardoor is ontstaan, werd met drugs weggedrukt. Drugs zijn immers pijnstillers bij uitstek. Toch kan zeker niet algemeen gesteld worden dat alle verslaafden in hun jeugd emotioneel verwaarloosd zijn. Soms is er gewoon sprake van een toevallige samenloop van omstandigheden. De één grijpt in zo'n geval naar de alcohol of de gokkast, een ander gaat agressief gedrag vertonen terwijl weer iemand anders een vertrouwenspersoon heeft en alles van zich af kan praten of heeft zo'n sterk karakter dat het doet alsof er niets aan de hand is.

Noodlot?

Overkomt verslaving je? Nee, het overkomt je niet. Je bent als jongere niet willoos overgeleverd aan je omgeving, je vrienden, je ouders, je omstandigheden.

De Heere God heeft de mens geschapen als een verantwoordelijk wezen, als iemand die verantwoordelijk is voor de beslissingen die hij of zij neemt. Bij De Hoop zeggen we altijd: verslaving is een keuze! Anders gezegd: je kiest zelf voor een verslaving. Natuurlijk, niemand kiest er bewust voor om verslaafd te worden.

Toch kun je zeggen dat verslaving een keuze is, beter gezegd: het gevolg van een heleboel eigen keuzen. Zoals de keuze om met vrienden om te gaan die drugs gebruiken, de keuze om het uit te proberen, om er mee door te gaan of om het zelf te gaan kopen. Al deze keuzen worden gemaakt voordat iemand verslaafd is. Waarschijnlijk komt een jongere makkelijker tot die keuzen als iedereen het doet of als hij problemen heeft. Maar altijd kan hij kiezen uit verschillende alternatieven.

Als jongere moet je er ook voor zorgen dat je goed op de hoogte bent van de effecten en risico's van verslavende middelen. En laat alle tolerante geluiden dat druggebruik geen kwaad kan maar aan je voorbijgaan. Elk druggebruik bergt een groot risico in zich! Vind je uitdagingen juist in gezonde dingen! En als je problemen hebt, stap op iemand af die je vertrouwt: je ouders, de dominee, een docent op school. Het maakt niet uit, als je maar niet voor je problemen wegvlucht. En altijd is daar de weg van het gebed, je mag al je noden, zorgen en vragen bij de Heere God bekend maken, op Hem kun je vertrouwen. En juist dat kan wel eens, met name in tijden van moeilijkheden, een wereld var erschil maken. Wat doe jij?

Dordrecht

Drs. F. S. L. Koopmans is hoofd Public Relations en Preventie van Stichting De Hoop, het evangelisch centrum voor verslaafden in Dordrecht.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 november 1997

Daniel | 32 Pagina's

Verslaving, de onbetaalde rekening

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 november 1997

Daniel | 32 Pagina's