Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De kerk naar buiten...

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kerk naar buiten...

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vermaan hen, dat zij aan de overheden en machten onderdanig zijn, dat zij hun gehoorzaam zijn, dat zij tot alle goed werk bereid zijn; Dat zij niemand lasteren, geen vechters zijn, maar bescheiden zijn, alle zachtmoedigheid bewijzende jegens alle mensen. Want ook wij waren eertijds onwijs, ongehoorzaam, dwalende, menigerlei begeerlijkheden en wellusten in boosheid en nijdigheid levende, hatelijk zijnde, en elkander dienende, hatende. Maar wanneer de goedertierenheid van God, onzen Zaligmaker, en Zijn liefde tot de mensen verschenen is, Heeft Hij ons zalig gemaakt, niet uit de werken der rechtvaardigheid, die wij gedaan hadden, maar naar Zijn barmhartigheid, door het bad der wedergeboorte en vernieuwing des Heiligen Geestes; Denwelken Hij over ons rijkelijk heeft uitgegoten door Jezus Christus, onzen Zaligmaker; Opdat wij, gerechtvaardigd zijnde genade, erfgenamen zouden worden naar de hope des eeuwigen doorZijn levens. TITUS 3:1-7.

Hoe moet de houding zijn van de christen naar de buitenwereld? Op die vraag gaat Paulus antwoord geven in de eerste verzen van Titus 3. Hij geeft aan Titus vermaningen en aanwijzingen hoe de christen moet staan in de wereld om hem heen. Dat is inderdaad een nieuw hoofdstuk. In hoofdstuk 1 ging het om het leven binnen de gemeente: het belang van de ambten en het bewaren van de zuivere leer tegen de dwaalleraren. Daarna kwam hoofdstuk 2. Verschillende groepen binnen de gemeente werden aangesproken op hun levensstijl. Nu gaat het om de vraag: hoe moet de christen op Kreta staan tegenover de overheid en tegenover de ongelovige mensen? De kerk van Kreta naar buiten!

Vermaan hen. Er staat letterlijk: breng hen in gedachtenis. Er is kennelijk reeds eerder ambtelijk vermaan over geweest. Dat vermaan gaat over de wijze waarop de gemeenteleden staan in deze wereld. Het beperkt zich dus niet tot het leven binnen de gemeente of de wijze waarop gemeenteleden met elkaar omgaan. Titus mag de gemeente ook aanspreken op de houding van de christen naar de wereld toe. Ze kunnen niet zeggen: daar heeft Titus niets mee te maken. Ik bepaal zelf wel hoe ik tegenover de overheid en de mensen om mij heen staan. Opvallend genoeg worden niet langer de verschillende groepen, zoals in Titus 2 onderscheiden. Het gaat hier om een vermaning die allen aangaat: jong of oud, man of vrouw, heer of dienstknecht.

Allen moeten de overheden en machten onderdanigzijn en hen gehoorzaam zijn. Met twee woorden wordt de overheid aangeduid door Paulus. Het kan niet duidelijker gezegd worden! Paulus predikt geen opstand en revolutie tegen de bestaande overheid. Dit is in overeenstemming met wat hij gezegd heeftin Romeinen 13: Alle ziel zij de machten, over haar gesteld, onderworpen... Een christen moet de overheid en alle die over hem gesteld zijn gehoorzamen. Dat heeft alles met het vijfde gebod te maken. Dit gebod geldt ook als de overheid bestaat uit puur ongelovige personen, zoals het geval was in de dagen van Paulus. Een politieke partij met christelijke beginselen zal op Kreta niet bekend zijn geweest. De christen op Kreta had met een heidense overheid te doen. Maar ook deze macht was van God geordineerd. Dat moeten wij vandaag ook bedenken!

Dat zij tot alle goede werk bereid zijn. We hebben onze taak in deze maatschappij zo getrouw mogelijk uitte oefenen. De Heidelbergse Catechismus wijst in Zondag 49 op de getrouwheid van de engelen in de hemel. Het mag niet zo zijn dat wij 'de kantjes er wat aflopen' op kantoor of in bedrijf. Het is ook niet best als 'een christen' bekend staat als een radicaal, die het met overheidsregels niet zo nauw neemt. Ook het betalen van de aanslagen van de belastingdienst hebben daarmee te maken. De Heere kijkt, met eerbied gesproken, ook mee wanneer wij ons belastingformulier invullen of hoe wij omgaan met aanmaningen over geldbedragen die wij liever voor onszelf zouden willen houden en niet betalen.

Deze gehoorzaamheid aan de overheid heeft echter wel een grens. Wanneer de overheid dingen van ons vraagt en eist, die regelrecht ingaan tegen Gods Woord, dan hoeven wij hieraan geen gehoor te geven. Ook de kanttekeningen van de Statenvertaling hebben hier: " Namelijk zowel wat hun van de overheden belast wordt en tegen Gods Woord niet strijdt..." Hier geldt het woord van de apostel Petrus: Men moet Code meer gehoorzamen dan de mens.

In het volgende vers voegt Paulus hier nog vier vermaningen aan toe: dat zij niemand lasteren! Lasteren is kwaadspreken. Met onze woorden kunnen we anderen kwetsen. Het grondwoord heeft een religieuze lading. Dan gaat het bijzonder over kwaadspreken van godsdienstig andersdenkenden. Enerzijds moet de christen inhoudelijk afstand moet nemen van niet-christelijke denkbeelden en dat ook duidelijk mag laten blijken in het gesprek met anderen. Anderzijds zal hij nooit zover mogen gaan dat hij deze godsdienst bespottelijk maakt of bepaalde namen van goden of personen belastert. Geen vechters zijn, maar bescheiden zijn. Christenen moeten geen vechtersbazen zijn. Ze mogen niet bekend staan als lastige twistzieke mensen. Als we om de minste zaak direct kwaad worden en beginnen te twisten, dan staat dit haaks op ons christelijke getuigenis. Een christen moet bescheiden zijn. Sommigen vertalen dit woord met 'toegeeflijk'. Niet in de zin van 'slap', maar in de zin van: liever ongelijk te lijden, dan op je strepen te staan en je gelijk zien te halen. Alle zachtmoedigheid bewijzende jegens alle mensen. Zachtmoedig heeft met het verdragen van onrecht te maken en staat tegenover wraakzuchtig. Wat een wonder als we daarin gelijken mogen op Christus, Die zoveel tegen Zich verdragen heeft en het sprak: Leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart. Van nature zijn we niet zachtmoedig. Maar in de ware bekering wordt in beginsel het hart vernederd en zachtmoedig gemaakt. Daar zal de wereld ook iets van merken. Opdat onze naaste voor Christus mag worden gewonnen. Niet alleen door ons woord, maar ook door onze wandel!

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 april 2004

Daniel | 32 Pagina's

De kerk naar buiten...

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 april 2004

Daniel | 32 Pagina's