Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

14 Niet zien entoch geloven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

14 Niet zien entoch geloven

Over petra Hooglander

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Je kent het voorbeeld wel: ze zeggen dat er iemand om de hoek briefjes van twintig euro uit staat te delen. Wat zou jij doen? Je schouders ophalen? Of voor de zekerheid gaan kijken? Karin: "Ik zou er naartoe gaan natuurlijk. Als iemand staat uit te delen, krijg je toch zeker iets." Ook Robert en Peter zouden zich geen moment bedenken. Even om de hoek kijken, is een kleine moeite.

Toch zouden de drie jongeren uit de gemeente Rotterdam-Alexanderpolder er niet zonder meer vanuil' gaan dat het bericht waar was. "Het ligt er aan wie het zegt." Als het niet klopt, is er niets verloren. Maar stel nu dat je naar Amerika zou moeten om een grote erfenis op te halen. Dat klinkt wel erg ongeloofwaardig en de jongeren zouden daarom in zo'n geval eerst zeker willen weten of het bericht wel juist is. Zo'n reis maak je niet op goed geluk; eerst zien en dan geloven.

Thomas

Die houding zie je in de Bijbel bij Thomas. Hij wil ook bewijs hebben, voordat hij gelooft. De discipelen zeggen wel tegen Thomas: Wij hebben de Heere gezien. Hij is opgestaan, ze hebben Hem zelfs aan mogen raken. Maar Thomas is er niet bij geweest. En nu kan hij niet zonder meer geloven dat het zo is. Er staat teveel op het spel. Hij weet geen raad als het niet waar is!

Over Thomas en zijn probleem heb ik met Karin. Robert en Peter een gesprek gehad. Zij begrijpen Thomas eigenlijk best en zouden hem niet ongelovig willen noemen. Karin: "Als ik zo verdrietig was als hij, zou ik ook niet meteen geloven." Peter gaat verder: "Als er gezegd wordt dat iemand van wie je zoveel houdt, uit de dood is opgestaan, dan kun je dat toch zeker niet direct geloven." Toch was Thomas verkeerd bezig. De Heere Jezus noemt hem wel ongelovig. Robert: "Hij had op de Heere Jezus moeten vertrouwen. Die had toch gezegd dat Hij zou opstaan." Daar komt nog iets bij, merkt Peter op: "Hij had zogezegd op zondag naar de kerk moeten gaan, dan was hij erbij geweest. De Heere was er. maar Thomas niet. Dat kan ook voor ons gelden als wij thuisblijven."

Had Thomas de discipelen moeten geloven? Die hadden Jezus toch wel gezien? Robert: "Het ging natuurlijk wel over een heel groot wonder, dat moet je zelfgezien hebben. Ook al had Thomas al eerder gezien dat Lazarus opgewekt werd." Peter: "Maar wie deed er zoveel wonderen in Israël? De Heere Jezus toch en Die was nou juist gestorven." Thomas had niets aan wat de discipelen meegemaakt hadden. Hij kon de Heere Jezus niet missen. De blijdschap van de andere discipelen kon zijn verdriet niet wegnemen.

Niet zien

Ook wij, in 2004, hebben de Heere Jezus niet gezien. In de Bijbel wordt ons gezegd wie Hij is, we horen over Hem preken, maar

we kunnen niet bewijzen aan de mensen die niet in Hem geloven, dat Hij bestaat. We moeten zeif geloven. Omdat Zijn Woord waar is. En dat lijkt moeilijk.

Karin denkt dat het makkelijker zou zijn als de Heere Jezus nog op aarde was. "Dan zou je zien dat Hij er echt is en dat zou het bewijs zijn. Ik zou wel naar Hem toegaan." Peter is het daarmee eens. maar Robert aarzelt: "Ik weet niet of dat zo is. Het is beter als je gelooft zonder te zien. Als je nü niet gelooft, doe je het dan ook niet." Na wat doorpraten, komen we tot de conclusie dat de Heere Jezus er precies zo uitzag als andere mensen en dat velen die Zijn wonderen gezien hadden, toch niet in Hem geloofden. Niet begrepen dat Hij geen aards koning was.

Het zou voor de drie Rotterdammers misschien wel verschil gemaakt hebben als de Heere Jezus Zich na Zijn opstanding aan heel Jeruzalem had laten zien. Ze denken dat er dan. menselijk gesproken, misschien wel meer mensen bekeerd waren geworden. Robert zou wel onder de indruk gekomen zijn: "Net als na een bijzondere preek. Maar dat is eigenlijk ongeloof van nu: ik zou dan pas geloven." Karin betwijfelt dat: "Als je echt gelooft dat Hij is opgestaan, hoef je Hem niet meer per se te zien." Volgens Peter "zouden de farizeeën daar ook wel iets op verzonnen hebben. Voor degenen naar wie Hij nu toekwam, was het nodig: zij zijn erdoor gesterkt." Daarom verscheen Christus niet meer aan alle mensen: Hij is geen koning om te zien, maar een Koning om in tegeloven.

Geloven

Daarom kunnen wij ook vandaag nog naar de Heere Jezus gaan. Peter: Door je hart aan Hem te geven." Karin: In de Bijbel lezen, bidden." Robert: Hij woont als het ware in de kerk, Hij is daar aanwezig. Als je daar allerlei andere dingen zit te doen, dan ben jij er eigenlijk niet." Of we de Heere Jezus nu gezien hebben of niet. het gaat er toch om of we in Hem geloven. Dan alleen kunnen we tot Hem gaan. Peter kan mooi uitleggen wat geloven is: KTV - Kennis, Toestemmen. Vertrouwen." Dat mijn zonden vergeven zijn om Christus' wil. Zo staat het in de catechismus (antwoord 21). Het geloof is een bewijs der zaken die men niet ziet (Hebreen 11:1). Het probleem zit dus niet in het niet kunnen zien. maar in het niet geloven. Ons zondige hart wil dat niet en mist de Heere niet. Peter: We hebben het veel te druk." Robert: We vinden onze zonden ook erg leuk. Je wilt wel bekeerd worden, maar van binnen wil je toch mee blijven doen."

De conclusie is duidelijk: van alleen zien, ga je niet geloven. Wel als de Heilige Geest je ogen en je hart opent. Bid daarom zonder ophouden. Dat de Heere Jezus toch naar Thomas kwam, noemt Peter: "Een teken hoe goed de Heere voor Zijn kinderen is." Robert: "Hij is er en dan geloof je."

En zalig zijn zij. die niet zullen gezien hebben cn nochtans zullen geloofd hebben. Peter ziet opeens: "Als je gelooft, ben je dus zalig. Dan is het makkelijk, zeg." Als de Heere komt. neemt Hij het ongeloof weg. Rust niet voordat je met Thomas mag zeggen: Mijn Hecrc cn mijn God!

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 mei 2004

Daniel | 32 Pagina's

14 Niet zien entoch geloven

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 mei 2004

Daniel | 32 Pagina's