Profeten
Het is kenmerkend voor een profeet dat hij de mond van God is. Van elke profeet geldt wat van Jezus geschreven staat: k zal Mijn woorden in Zijn mond geven, en Hij zal tot hen spreken alles wat Ik Hem gebieden zal. En het zal geschieden, de man, die niet zal horen naar Mijn woorden, die Hij in Mijn Naam zal spreken, van die zal Ik het zoeken (Numeri 18:18, 19).
23/1 De profeet Jesaja. Jesaja 6.
24/1 De profeet Jeremia. Jeremia 1.
25/1 De profeet Ezechiël. Ezechiël 2.
26/1 De profeet Hosea. Hosea 1.
27/1 De profeet Joël. Joël 1.
28/1 De profeet Amos. Amos 1.
29/1 De profeet Obadja. Obadja
30/1 De profeet Jona. Jona 1.
31/1 De profeet Micha. Micha 1.
1/2 De profeet Nahum. Nahum 1.
2/2 De profeet Habakuk. Habakuk 1.
3/2 De profeet Zefanja. Zefanja 1.
4/2 De profeet Haggaï. Haggaï 1.
5/2 De profeten Zacharia en Maleachi. Zacharia 1:1-6 en Maleachi 1:1-5.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 januari 2005
Daniel | 32 Pagina's