Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ongevraagd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ongevraagd

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Daarom zal de Heere Zelf ulieden een teken geven (Jesaja 7:14a)

Waar Stellen Wij Ons vertrouuven op?

Advent: Hij komt. De Heere Jezus is gekomen en zal wederkomen. Maar wie vraagt naar Zijn komst in de duisternis van zijn hart en leven? Wij merken vanuit onszelf niet eens op dat het donker is en leven rustig door op de aarde. Wij denken dat dit altijd zo blijft.

Jesaja leeft ook in een donkere tijd als hij de boodschap van de Heere in de tekst uitspreekt tegen koning Achaz in Jeruzalem. Wat is er van het huis van David overgebleven? Ze maken mensen moe, maar wat erger is: de koning vermoeit de Heere. Achaz heeft de Heere niet nodig in zijn leven. Hij zal er zelf wel voor zorgen, dat het koninkrijk Juda in stand blijft. Zijn verbond met Assyrië zal hem en zijn rijk beveiligen tegen koning Rezin van Syrië en koning Pekah van het tien stammenrijk. Daarin hoeven we niet neer te zien op koning Achaz. Want waar stellen wij ons vertrouwen op? Zoeken wij ook niet voor alle dingen hulp op de aarde: bijvoorbeeld bij vrienden of vriendinnen?

De Heere raadt Achaz in de boodschap die Jesaja brengt, aan niet te vertrouwen op zijn verbond met Assyrië. Achaz moet niet vrezen voor de vijanden die naar Jeruzalem optrekken. Hij moet vertrouw e n °P de Heere alleen. Met een teken wil de Heere Zijn uitkomst Heere Zijn uitkomst bevestigen. Achaz vertrouwt echter op zijn verstand en zijn bondgenoten. Een teken dat de Heere met Juda wil zijn, heeft hij niet nodig. Met vrome woorden wijst hij Jesaja's woorden, en daarin Gods woorden af. Ik zal het niet eisen, zegt Achaz. en ik zal de Heere niet verzoeken (vers 1 2). Met een aanhaling uit Gods wet (Deuteronomium 6:1 6) maakt Achaz dat wat Gods zegt tot een leugen. Achaz weet het beter.

Achaz, een adamskind als wij, die steeds maar weer Gods woorden verdraaien om zichzelf te handhaven. Als het aan de mens ligt zal er van redding geen sprake zijn. Hij heeft in Adam gekozen voor de duisternis en hij kiest steeds weer voor de duisternis. De nacht over ons leven, over Achaz leven wordt steeds donkerder... totdat de eeuwige nacht aanbreekt. Geen verwachting meer en dan...

Gods daarom! Zijn werk waar niemand om vraagt. Niet een mens, ook Achaz niet, bepaalt wat er op deze aarde gebeurt. De Heere doet dit zelf. De Heere is de hoogste Gebieder. Dwars tegen al het menselijk denken en doen in, gaat Hij een teken geven. Ziet een maagd zal zwanger worden en zij zal een Zoon baren, en Zijn naam Immanuël heten.

Gods daarom komt niet voort uit iets in een mens. De Heere geeft dat teken Zelf en vanwege Zichzelf aan ulieden: aan een wereld verloren in schuld, mensen die er blind voor zijn. Hij laat de boodschap van dat teken horen aan Achaz, die er aan voor bij blijft leven. Ulieden...Hij heeft het niet nodig, nooit nodig. Hij gaat onder die boodschap eeuwig verloren. Vreselijk! En wij, onder diezelfde boodschap?

Maar dat 'daarom' van God, dat zorgt er toch voor dat er mensen, ouderen maar ook jongeren zullen zijn en komen die roepen om een woord van God, om een teken ten goede van God in de duisternis van hun bestaan.

De Heere kan hun dan alleen verlossen van de duisternis van de macht van de zonde. De Heere alleen kan in de duisternis van deze wereld verder leiden door Immanuël. Gods zoon die waarachtig mens werd om zondige mensen profetisch te ontdekken aan hun zonde en schuld, koninklijk te verlossen uit de gevangenis van de zonde, de wereld en de duivel en priesterlijk te verzoenen in Zijn bloed. Immanuël: God niet alleen met mij, maar ook in mij. Is het jouw gebed: Heere ontferm U in Hem over mij?

Het adventslicht van de Heere in dit teken doet Jesaja afzien van koning Achaz en opzien tot de Heere. Jesaja's Immanuël komt en zal het goede werk dat de Heere begonnen is in hem voleinden.

De Heere wil nog in de duisternis, dat licht van Immanuël doen opgaan in het leven van zondaren, voor het eerst maar ook opnieuw. Laat je gebed zijn: 'Zend Heere uw licht en waarheid neder in mijn leven'.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 december 2005

Daniel | 33 Pagina's

Ongevraagd

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 december 2005

Daniel | 33 Pagina's