De profeet van Gods Woord (3)

Vanaf hec begin van de geschiedenis van Israël scond hec volk steeds weer voor de vraag: oe zullen wij het woord j kennen, dat de HEERE niet gesproken heeft (Deuteronomium 18:21).

Onder de bediening van de profeet Jeremia spicsc de scrijd cussen ware en valse profecie zich sceeds meer coe. Hec oordeel van God in de ballingschap is onafwendbaar. Jeremia roepc daarom op coc overgave aan de koning van Babel en daarmee tot hec buigen onder Gods slaande hand. De laacsce koningen proberen zich door bondgenoocschappen scaande Ce houden cegenover deze groocmachc. Ze weigeren Ce buigen en Jeremia worde vanwege zijn boodschap als een landverrader gezien. In deze sicuacie spelen de valse profecen een dubieuze rol. Ze pracen koning en volk naar de mond en kondigen zelfs hec einde van de dreiging van Babel aan. In hec vierde jaar van koning Zedekia komc hec CoC een felle woordenwisseling Cussen Jeremia en de valse profeec Hananja. Jeremia loopc met een houcen juk op de hals. Niet alleen mee woorden, maar ook mee een symbool predikc hij hec komende gerichc van God in de ballingschap. Daarcegenover stelt Hananja zijn eigen woord: n nog twee volle jaren zal Ik tot deze plaats wederbrengen al de vaten van het huis des HEEREN, die Nebubaknezar, dc koning van Babel, uit deze plaats heeft weggenomen cn dezelve naar Babel gebracht (Jeremia 28:3). Hij voorzegt ook de terugkeer van Jechonia (Jojachin), die gevangen was weggevoerd naar Babel. In feite waren valse profeten opportunisten. De profeet Jeremia bezweek innerlijk haast onder de het woord van oordeel dat hij moest brengen. Hoe graag had hij het volk de boodschap van de aanstaande verlossing gebracht. Zijn antwoord is daarom: men, de HEERE doe alzo; de HEERE bevcstige uw woorden, die gij geprofeteerd hebt (vers 6). Maar krachtens zijn roeping en de openbaring van God weet hij dat het anders zal zijn. Hoe kan het volk het nu weten wie de waarheid spreekt? Jeremia houdt dat Hananja voor: c profeten, die voor mij en voor u vanouds geweest zijn, die hebben tegen vele landen en tegen grote koninkrijken geprofeteerd, van krijg en van kwaad en van pestilentie (vers 8). Het woord dat Hananja spreekt is wel aantrekkelijk, maar het staat niet in de lijn van de boodschap van de lange rij van profeten die de Heere tot Zijn volk gezonden heeft. Als het woord van vrede dat Hananja spreekt toch uitkomt, dan zal blijken dat hij een ware profeet is. Meteen is het dan aan zijn hoogmoed al te zien dat Hananja een valse profeet is. Hij neemt het houten juk van de hals van de profeet Jeremia en verbreekt het. Hij handhaaft ook trots zijn eigen woord tegenover Gods Woord. Maar de Heere bevestigt Zijn Woord dat Hij door de dienst van Jeremia gesproken heeft. Hij moet in plaats van een houten een ijzeren juk maken. Hij moet het volk eerlijk behandelen. Aan Hananja houdt hij het voor dat hij er de oorzaak van is dat het volk op leugen vertrouwt. Over twee jaar zal het gevaar van de ballingschap niet afgewend zijn, maar dit jaar nog zal Hananja sterven. Het woord dat Jeremia voor de korte termijn heeft gesproken over het leven van Hananja komt uit. De valse profeet sterft in zevende maand van datzelfde jaar. Zo bevestigt de Heere op een aangrijpende manier Zijn eigen Woord.

Waarin onderscheidt zich nu het woord van de valse profeten van dat van de ware? Valse profeten verkondigen Gods heil op verkeerde gronden en laten deze prediking niet gepaard gaan van de ernstige oproep tot bekering. Ze spreken lichtvaardig van vrede en verkondigen niet de boodschap van genade in de weg van het recht. Ze verkondigen hun eigen woord en staven hun hoorders in hun valse rust. De heilsboodschap van de valse profeten is op niets uitgelopen. Maar de boodschap van de lange rij profeten voor de ballingschap die het oordeel hebben verkondigd, komt uit bij de Messias, Die aan het recht van God volkomen heeft voldaan. Hoe kun je weten of de prediking die je beluistert werkelijk Gods Woord vertolkt? Ook vandaag is dat voor jou een belangrijke vraag. Gebruik dan eens de aanwijzingen die hier door de Heere via de prediking van Jeremia gegeven zijn. Wordt de boodschap van zonde en genade verkondigd? Wordt gewezen op de noodzaak van de bekering en het plaatsmakende werk van de Heilige Geest? Staat een prediker met zijn boodschap in de lijn van de betrouwbare dienaren die voor hem geweest zijn? Maar kun je dat dan zelf onderscheiden? De dichter bad: lleen door Uw bevelen krijgt mijn geest verstand van God en Goddelijke zaken. Dies heb ik al de leugenpaan gevreesd; En zal bedrog en slinkse wegen wraken (Psalm 119:53, berijmd).

Kerntekst Jeremia 6:14

En zij genezen de breuk der dochter Mijns volks op het lichtste, zeggende: Vrede, vrede; doch daar is geen vrede.

Leeswijzer

Een valse vredeboodschap, 6:14, 8:11, 14:13, 23:17. Het nalaten van de prediking van bekering, 23:21, 22. De straf van valse profeten, 4:9, 6:15, 8:12, 14:15.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen