Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onder het open venster

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onder het open venster

Bidden tot de God van de Bijbel

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voor het slapengaan buig je je knieën voor je bed. Je vouwt je handen. Je bidt. Stil in jezelf, of misschien hardop. Dan duik je gauw onder de wol. Heerlijk slapen. Je buurjongen van 16 jaar knipt ook zijn lampje uit. Gauw slapen, ’t is al tegen twaalven. Je buurjongen knielt niet. Hij weet niet wat bidden is. Hij zou ook niet weten waar dat voor nodig is. Wat zou jij hem antwoorden?

Ja, wat deed je eigenlijk toen je je handen vouwde en je ogen sloot? Laten we het eens vragen aan Daniël, de balling in Babel. Laten we eens luisteren onder zijn open raam. Tenslotte knielt hij daar drie keer per dag. Misschien kunnen we wel horen wat hij bidt en van hem leren wat bidden is. Ik hoor zijn stem al in Daniël 9: 4. Och HEERE, Gij grote en verschrikkelijke God, die het verbond en de weldadigheid houdt dien die hem liefhebben en zijn geboden houden. Daniël haalt hier direct in het begin van zijn gebed een Bijbeltekst aan uit Deuteronomium 7: 9. Opvallend. Daniël bidt tot de God, Die hij heeft leren kennen uit de Bijbel. Bid jij ook tot de God van de Bijbel? Noem jij Hem bij namen die Hij Zichzelf gegeven heeft? Dat hoort wel bij bidden dat de Heere aangenaam is. Luister maar naar de catechismus: ‘Wij moeten bidden tot de enige, ware God, Die zich in Zijn Woord aan ons openbaart’ (zondag 45, vraag en antwoord 117).

Verootmoedigen
Daniël buigt zich nog dieper naar de aarde. Schaamte klinkt door in zijn stem als hij verder bidt (vers 5): Wij hebben gezondigd en hebben onrecht gedaan, en goddelooslijk gehandeld, en gerebelleerd, met af te wijken van uw geboden en van uwe rechten. En wij hebben niet gehoord naar uw dienstknechten. Wat wordt Daniël klein voor de Heere als hij zo de ene na de andere zonde voor de Heere belijdt. Ben jij ook zo’n klein mensje voor de hoge God? Moet jij ook belijden dat je niet gehoord hebt naar de dienstknechten van de Heere? De preek ging het ene oor in en het andere weer uit. De woorden van je vader om toch niet naar die muziek te luisteren, heb je naast je neergelegd. Moet jij de Heere daarom ook gelijk geven als Hij jou zou straffen? Als ik zo stil sta te luisteren bij de geknielde Daniël, hoor ik dat hij de Heere gelijk geeft (vers 14): De HEERE, onze God is rechtvaardig in al zijn werken (straffen), die Hij gedaan heeft, omdat wij Zijner stem niet gehoorzaamden.”

Om Jezus’ wil
Wordt Daniël nu stil? Staat hij op uit zijn geknielde houding? Gaat hij weer aan het werk? Nee, onder de straffende hand van de Heere houdt hij het niet uit. Hij smeekt tot zijn God om de toorn toch te laten varen. Hoor maar (vers 16): O Heere, naar al uw gerechtigheden laat toch uw toorn en uw grimmigheid afgekeerd worden van uw stad Jeruzalem, uw heilige berg. Maar Daniël, kan de Heere de zonde dan ongestraft laten? Je hebt toch net gebeden dat de straf rechtvaardig is? Kan de Heere dit gebed wel verhoren? Vol spanning luister ik hoe Daniël zijn gebed beëindigt (vers 18): Wij werpen onze smekingen voor Uw aangezicht niet neder op onze gerechtigheden, maar op Uw barmhartigheden, die groot zijn. O Heere, hoor, o Heere, vergeef, o Heere, merk op en doe het, vertraag het niet, om Uws zelfs wil, o mijn God. Hoor ik jou dat ook niet bidden? Elke avond voor het slapengaan? “Niet omdat ik het verdiend heb, maar om Jezus’ wil. Amen.” Dat hoort ook echt bij bidden. Verwachting hebben van de Heere, op grond van het werk van Christus. Hopen op genade, omdat de Heere genadig is.

Antwoord
Ik hoor Daniëls stem nog als mijn aandacht plotseling gevangen wordt, door een witte gedaante die snel komt aangevlogen. Uit de hemel, bij God vandaan. Het is de man Gabriël (vers 21). Hij raakt Daniël aan en vertelt dat God Daniëls gebed heeft verhoord. In jouw kamer zal nog nooit een engel geweest zijn, om te vertellen dat je gebed verhoord is. Toch wil de Heere ook jou antwoorden. Niet door een engel, wel door de Bijbel. Dat heeft de Heere Zelf beloofd. Tot drie keer toe. “Bidt”, zei de Heere Jezus, “en … u zal gegeven worden. Zoekt, en … u zult vinden. Klopt, en … u zal opengedaan worden.” Echt, als je iets bidt naar Zijn wil, zal de Heere verhoren (1 Johannes 5: 14). Daniël bad ook naar Gods wil. Hoe ik dat zo zeker weet? Kom nog eens mee naar zijn huis (Daniël 9: 2). Zie je daar de boekrol van Jeremia liggen? Zie je hoe Daniël met zijn vinger het tiende vers van hoofdstuk 29 aanwijst: Zekerlijk, als zeventig jaren te Babel zullen vervuld zijn, zal Ik ulieden bezoeken, en Ik zal mijn goed woord over u verwekken, u wederbrengende tot deze plaats. Het gebed van Daniël was één lange schreeuw tot God om de vervulling van Zijn eigen beloften, tot eer van Gods Naam. Zo mag jij ook je vinger leggen bij Gods beloften. Niet omdat je er recht op hebt. Maar net als Daniël, ootmoedig, hopend op de Heere Jezus, in wie al Gods beloften ja en amen zijn.


ds. C.G. Vreugdenhil, Als je bidt... Serie Jongerenperspectief (Heereveen: Groen 2002)
ISBN 9058294196, 220 blz., € 12,50.

In de volgende Daniël meer over bidden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 april 2008

Daniel | 36 Pagina's

Onder het open venster

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 april 2008

Daniel | 36 Pagina's