Wie is Koning?

In dit Bijbelboek wordt de periode van de geschiedenis van Israël na de verovering onder Jozua beschreven. Na zijn dood breekt een van de meest verwarde periodes voor het volk aan. De verschillende stammen leven los van elkaar. Ze wonen te midden van de volken van het oude Kanaän. Tegen Gods bevel in hebben ze die niet totaal verdreven. Deze volken worden nu het volk tot een valstrik. In deze donkere tijd regeert de HEERE Zijn volk door ‘richteren’. Het woord ‘richten’ betekent: rechtspreken, regeren. Het werk van sommige richters beperkt zich daartoe. Maar anderen worden door de HEERE gebruikt om Zijn volk te verlossen van de vijanden. Ze worden ook wel ‘verlossers’ genoemd. Aan het begin van de periode van de richteren verschijnt de Engel des HEEREN te Bochim om het volk te vermanen vanwege zijn nalatigheid en ontrouw. Hij zegt: Ik heb ulieden uit Egypte opgevoerd, en u gebracht in het land, dat Ik uw vaderen gezworen heb. Van Zijn kant is de HEERE trouw geweest en heeft Zijn beloften vervuld. Het volk is echter ontrouw geweest. Wanneer het volk dit hoort, weent het. Het volk vernieuwt het verbond. Er worden offers gebracht. Maar het volk valt steeds weer van de HEERE af en is ongehoorzaam aan Gods geboden. In dit boek valt grote nadruk op de verlossing die de HEERE steeds weer door de richters aan het volk geeft. De geschiedenis heeft een vast patroon: afval van God – verdrukking – uitredding door de dienst van een richter. Zo wordt het boek Richteren een groot getuigenis van Gods trouw tegenover de ontrouw van Zijn volk. De meest opmerkelijke geschiedenis in dit boek is die van de richter Simson. Hij werkt in het zuiden van het land. Van jongs af heeft de HEERE hem apart gezet en voor Zijn dienst bestemd. Maar hij komt helemaal op het verkeerde pad door zijn contacten met de Filistijnen. Als richter onderscheidt hij zich niets van zijn volksgenoten. Hij leidt een zedeloos en verwilderd leven. Zal deze Simson zijn levensdoel door eigen schuld missen? Nee, de HEERE houdt hem vast. God is getrouw. Door hem brengt de HEERE de Filistijnen uiteindelijk een zware slag toe. Maar een voorbeeld is Simson niet voor het volk. Hij moet ook de wrange vruchten van zijn ongehoorzaamheid aan Gods wet dragen. De geschiedenissen stellen je voor de vraag: wie is de Koning van je leven? Bepaal je zelf hoe je leeft? Of Zijn Gods geboden het richtsnoer in je leven? Het gaat om de vraag naar Gods koningschap is je leven. Denk eens aan het gebed dat er bij je doop is gebeden: dat Gij dit kind met Uw Heilige Geest altijd wilt regeren, opdat het christelijk en godzalig opgevoed worde…

---
Informatie
Schrijver De schrijver van het boek Richteren is onbekend. Hij leefde in de tijd dat Israël al een koning kende. Hij kijkt terug op de periode van de richteren, Richt. 21:25.
Tijd Ca. 1370-1080 v. Chr. De periode die in het boek beschreven wordt duurt ca. 300 jaar.
Adres De Israëlieten in de tijd van de koningen
Thema Gods Koningschap over Zijn volk

Inhoud
1:1-36 Inleiding
2:1-5 De verschijning van de Engel des HEEREN in Bochim
2:6-3:4 De toestand van Israel onder de richteren
3:5-16:31 De geschiedenis van de richteren
17-21 Grote misstanden in de tijd van de richteren

Kerntekst Richteren 21:25
In die dagen was er geen koning in Israël; een iegelijk deed wat recht was in zijn ogen.

Leeswijzer
De roeping van Gideon 6:11-32; vgl. Ex. 3-4, Jes. 6, Jer. 1, Ezech. 1-3
Achimelech 9
Het lied van Debora 5
Kleine richteren Ze houden zich voornamelijk bezig met de rechtspraak: Samgar (3) - Tola (10) - Jaïr (10) Ebzan (12) - Elon (12) - Abdon (12)
Grote richteren Door hen verlost de HEERE Zijn volk van de vijanden: Othniël (3) - Ehud (3) - Debora en Barak (4) - Gideon (6-8) - Jeftha (11-12) - Simson (13-16)

Lijn naar het Nieuwe Testament
De geschiedenis van de richteren wordt door de schrijver geplaatst in het perspectief van de komst van het koningschap in Israël. De HEERE is de Koning van Zijn volk. Hij regeert Zijn volk door richteren. Deze richteren schaduwen de komst van de Heere Jezus af in hun verlossingsdaden. Maar ze roepen ook om de Heere Jezus vanwege hun wangedrag. Ze komen voor in de rij van geloofshelden, Hebr. 11:32.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen