En nu aan het werk!

1. Op mijn werkplek kom ik er heel bewust voor uit dat ik christelijk ben.
“Ze weten dat ik christelijk ben. Ik doe mijn werk zo goed mogelijk en beantwoord vragen als ze die stellen. Maar ik preek niet.” Een nuchter antwoord van een student dat doet denken aan Augustinus, die zei: “ Evangeliseren doe je desnoods met woorden.” Het is vooral belangrijk hoe je houding is naar anderen, geven veel jongeren aan. Bij alles moeten we beseffen dat we niet beter zijn omdat we christelijk zijn. Wij hebben ook een zondig hart. Het werk van de Heere in ons hart is nodig. Als we iets voelen van de nood van onze ziel, zullen we ook bewogen zijn met onze naaste. Het is vaak al heel moeilijk om op een begrijpelijk manier en met de juiste houding te zeggen wat je zelf gelooft en wat je principes zijn. En als je dan in situaties komt waarin je voelt dat je iets moet zeggen van dingen die volgens de Bijbel echt niet kunnen, is dat nog moeilijker. Dat kan je nooit in eigen kracht. Dat kan alleen in afhankelijkheid van de Heere.
Aan de andere kant merk je ook dat je soms door zulke gesprekken goede contacten opbouwt met je collega’s, zo is de ervaring. “Ik heb een collega op m’n werk die min of meer van de kerk is losgeraakt. We praten veel samen en je merkt dat hij toch niet helemaal los is van de kerk. Ik hoop en bid of hij terugkeert naar de kerk.”

2. Door het reformatorisch onderwijs ben ik beter voorbereid op een seculiere werkomgeving.
“Door het reformatorisch onderwijs sta je steviger in je schoenen wat je principes betreft. Je hebt meer kennis, zodat je ook lastige vragen weet te beantwoorden. De gesprekken met elkaar en de lesstof bij godsdienst en ethiek zijn waardevol,” vinden de meeste studenten. Het werken in de beroepspraktijk zien de studenten ook als een uitdaging. “Je hebt nu zo lang op school gezeten en je hebt best wat geleerd. En nu aan het werk!”

3. Als christelijke werknemer onderscheid je je ten opzicht van anders collega’s in…
“Bidden voor je eten, je taalgebruik, je doet niet mee met schuine moppen en je vloekt niet, je kleding, maar ook hoe je omgaat met anderen. En natuurlijk doe je je werk serieus!” Een andere reageert: “Wees open en belangstellend naar je collega’s. En wees duidelijk in wat je wel en niet wilt. Collega’s waren in de pauze aan het kaarten. Ze vroegen of ik mee wilde doen. Dan kan je ook gewoon duidelijk zeggen dat je dat niet wilt en waarom je dat niet wilt. Wees daarin ook consequent, dan ben je geloofwaardig en accepteren ze je ook sneller.”

4. Ik kies bewust voor een bedrijf met een niet-christelijke bedrijfsomgeving. De meesten geven er de voorkeur aan om bij een bedrijf te werken waar meer christenen werken.
“Als je christelijke collega’s hebt, kan je toch meer met elkaar delen. Je hebt meer raakvlakken. Ik heb stagelopen bij een bedrijf waar ze de week met Bijbellezen en gebed openden. Dat vond ik heel waardevol. ” Een andere student had juist het tegendeel ervaren: “Ik heb bij een christelijk en een onchristelijk bedrijf stage gelopen. Bij het christelijke bedrijf werd je er op afgerekend uit welke kerk je kwam. Bij het onchristelijke bedrijf accepteerde iedereen dat ik christelijk ben.” Aan de ene kant is het ook wel prettig in een omgeving te werken waar je collega’s je begrijpen. Waar ze in principiële zaken net zo denken als jij. Maar zou het niet beter zijn in een niet-christelijke werkomgeving te gaan werken? De catechismus spreekt zelfs over ‘door je christelijke wandel je naaste voor God winnen’. Belangrijk is dat je jezelf niet overschat. Lot koos voor Sodom, maar dat bleek geen goede keus te zijn. Laat je keuze om een baan te vinden een vraag zijn die je in het gebed voor de Heere neerlegt.

---
Josien Verloop (19) uit Boskoop volgt de opleiding tot Administrateur aan het Hoornbeeck College in Rotterdam. “Mijn plan is om parttime te gaan werken op de financiële administratie bij Stabiplan en parttime bij het bedrijf van mijn vader: aquarium- en vijverspeciaalzaak Verloop. Daarnaast wil ik een avondcursus godsdienst onderwijs (CGO) gaan volgen. Dit wil ik graag doen om mijn Bijbelkennis te verbreden, zodat ik ook beter met anderen over het christelijk geloof kan praten. En ook voor mezelf om meer van de Heere te leren.”

Als ik solliciteer, kies ik bewust voor een niet-christelijke bedrijfsomgeving.
“Daar ben ik het niet mee eens. Als ik de kans krijg om in een christelijk bedrijf te werken dan doe ik dat ook. Zelf vind ik het prettiger als ik grotendeels op dezelfde lijn zit als mijn collega´s. Het belangrijkste is: kies een bedrijf waar jij jezelf het prettigst bij voelt en waar je denkt dat de Heere jou plaatst.”

Als christelijke werknemer onderscheid je je ten opzichte van nietchristelijke collega’s in...
“Je taalgebruik, het uitkomen voor je geloof, het omgaan met collega’s en anderen, je manier van werken.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen