Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wie weggeeft is rijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wie weggeeft is rijk

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De wereld staat in brand. Er is grote nood. Daarom worden er gulle gevers gevraagd. Via de collecte in de kerk, advertenties in de krant en in bladen. Lastig hè? Wat moet je daar nu mee? Moet je altijd maar aan alles geven? Of misschien denk je er niet echt over na, omdat je maar weinig geld hebt. En je moet immers ook sparen voor later?

Je bent in ieder geval niet de enige die het lastig vindt. Eigenlijk vinden alle mensen het lastig om geld weg te geven. Al meer dan zesduizend jaar bouwen mensen een soort muurtje om hun geld en goederen heen. “Ik heb er zelf hard voor gewerkt! Andere mensen, maar ook de Heere, moeten er af blijven. Het is van mij.” Zo denken wij dat we gelukkiger zijn als we zoveel mogelijk voor onszelf houden. Toch is dat niet waar. In de Bijbel staat: Het is zaliger te geven dan te ontvangen (Hand. 20:35). Trouwens, ook je naaste in nood wordt niet gelukkiger van je gesloten portemonnee.

Rijkdom een zegen

De Heere wil dat wij ijverig ons werk doen, zodat we voor onszelf kunnen zorgen. IJver in je werk wil de Heere belonen. Het is dus een zegen van de Heere als je genoeg mag hebben voor het tijdelijke leven. Maar de Heere geeft ons al het goede niet alleen voor onszelf. Paulus zegt dat wij moeten werken met onze handen, zodat we ook iets zullen hebben om te geven aan degene die nood heeft. De Heere wil dat we Hem erkennen als de Gever van alle zegeningen. Salomo (toen de rijkste man ter wereld!) zegt: Vereer de Heere van uw goed. Misschien zeg je: “Maar dan houd ik niets over om te sparen!” Salomo zegt er nog iets achter aan: Zo zullen uw schuren met overvloed vervuld worden, en uw perskuipen van most overlopen (Spr. 3:10). Wie met blijdschap weggeeft, heeft altijd genoeg. Dat belooft de Heere! Of geloof je Hem niet? Wat ben je ontzettend arm als je schatten vergadert, maar niet rijk bent in God! (Luk. 12:21).

Je naaste in nood

Ben je dankbaar voor al het goede wat de Heere je geeft? Laat dat maar merken. Toon de Heere je dankbaarheid. Hij ziet zo graag dat je Hem erkent voor al het goede wat Hij je schenkt. Hoe kun je de Heere dankbaar zijn? Dat kan bijvoorbeeld door onze behoeftige naaste te helpen. We mogen onze ogen niet sluiten voor de nood van de arme, terwijl we zelf een gevulde portemonnee hebben (Spr. 28:27). Wie zich ontfermt over zijn arme naaste, eert zijn Schepper (Spr. 14:31). En wie aan de arme geeft, leent de Heere. De Heere zal diegene rijk terugbetalen (Spr. 19:17).

Kerk en zending

Je kunt ook geld geven voor de kerk, de zending, of het evangelisatiewerk. Misschien ligt dat je niet zo. “De kerkenraad heeft toch al genoeg geld?” Toch moeten we niet vergeten dat het een groot wonder is dat wij iedere zondag naar de kerk mogen gaan. Daar is geld voor nodig. De zending en het evangelisatiewerk is Gods opdracht. Niet iedereen kan naar het zendingsveld, maar wel kun je ervoor bidden en geld geven.

Hoeveel geef jij?

Hoeveel moet je dan geven? En het is toch ook goed om te sparen? Dat zijn best lastige vragen. Laten we eerlijk zijn. Aan de ene kant moet je inderdaad verstandig omgaan met je geld. Je mag het niet over de balk gooien. Tegelijk lezen we ook veel in de Bijbel dat de Heere een vrijgevige levenshouding rijk wil zegenen. Ook staan er in de Bijbel de voorbeelden van de weduwe te Zarfath en de weduwe die haar laatste penningen voor de Heere geeft. Ze gaven niet van hun overvloed, maar ze gaven het allerlaatste wat ze hadden voor de dienst van de Heere. Wat heb jij over voor de dienst van de Heere?

De God die geeft

Het belangrijkste is niet hoeveel je precies geeft, of waaraan je precies geeft. Het belangrijkste is dat je met liefde, blijmoedig geeft. Als we veel van de Heere krijgen, vraagt Hij van ons om ook overvloedig te geven. Vind je dat moeilijk? Je bent niet de enige. Maar de Heere wil het ons leren. Hij is Zelf de God Die geeft. Hij geeft overvloedig, onverdiend, en Hij verwijt ons onze armoede niet (Jak1:5). Hij is met innerlijke ontferming bewogen. Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft... Vraag maar of je de Heere mag leren kennen als de God Die geeft. Dan wil je ook barmhartig zijn, omdat je zelf alles hebt te danken aan de barmhartigheid van God (Luk. 6:36).

Trouwens, als je door genade de Heere echt mag leren kennen, wil je meer geven dan alleen je geld. Dan wil je je hele leven aan Hem toewijden. Niet alleen je geld, maar ook je tijd, je kracht, het verstand dat je hebt gekregen, je hele hart, ja, heel je leven. Daar word je veel gelukkiger van dan wanneer je alles voor jezelf houdt. Echt waar!


Tips om te leren geven

• Bedenk aan welk goed doel je graag wilt geven.
• Leg altijd eerst iets opzij van je zakgeld of salaris wat je wilt weggeven.
• Bidt ‘de God Die geeft’ of Hij je wil leren om blijmoedig te geven
• Praat er eens over met andere mensen. Bijvoorbeeld op JV.
• Zoek alleen of samen met anderen de Bijbelteksten uit dit artikel op die gaan over geven. Zoek ook de verwijsteksten op.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 april 2015

Daniel | 32 Pagina's

Wie weggeeft is rijk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 april 2015

Daniel | 32 Pagina's