Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kom en zie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kom en zie

Discipelen van de Heere Jezus

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Weet jij wat er in het hart van jouw beste vriend of vriendin leeft? Wat is zijn of haar diepste verlangen? Vrienden weten dat van elkaar. Filippus en Nathanaël zijn ook vrienden. Toen Filippus de Heere Jezus ontmoette wist hij het zeker: Hij is de beloofde Messias. Meteen zoekt hij Nathanaël op. Hij moet het ook weten.

Filippus komt uit Bethsaïda, een vissersstadje in Galilea. Hij komt dus uit dezelfde plaats als Petrus en Andreas. Ook de zonen van Zebedeüs komen uit deze buurt. Filippus kende ook de andere discipelen uit de buurt van het Meer van Galilea al langer. De Heere Jezus kiest dus een vriendengroep uit en gebruikt zo de vriendenband, die deze jongens met elkaar hebben tot de komst van Zijn Koninkrijk.

Volg Mij
Steeds weer klinkt in het leven van de discipelen de roep van de Rabbi: Volg Mij. Filippus is de eerste tot wie Jezus deze woorden richt. Jezus was bij de Jordaan, waar Johannes de Doper preekte. Daar hadden Andreas, Johannes en Petrus Hem ontmoet. De volgende dag gaat de Heere naar Galilea. Dan vindt Hij Filippus. Misschien was Filippus ook, net als de anderen, naar Johannes komen luisteren. In ieder geval vindt Jezus hem en zegt: Volg Mij. Meer lees je niet over de roeping van Filippus. Dit machtswoord was voldoende, want Filippus volgt Jezus inderdaad.

Gevonden
Het werkwoord ‘vinden’ speelt hier een belangrijke rol, want vindt Jezus nu Filippus of vindt Filippus Jezus? De evangelist formuleert kort en bondig. Je voelt dat er van alles gebeurt, maar toch gebruikt Johannes als schrijver maar weinig woorden. Eerst verhaalt Johannes hoe Jezus Filippus vindt (Joh.1:44). De eerste beweging naar Filippus gaat hier van Jezus, als de Zaligmaker die de schapen van het huis van Israël zoekt, uit. Later, als Filippus naar zijn beste vriend Nathanaël snelt, zegt hij tegen zijn vriend: Wij hebben Dien gevonden van Welken Mozes in de Wet geschreven heft, en de profeten, namelijk Jezus, de Zoon van Jozef, van Nazareth (Joh.1:46). Dus Filippus vond ook!

Gods werk en ons werk
Wij vinden het soms moeilijk om deze dingen beide te laten staan: aan de ene kant hoor je dat God mensen roept en bekeert, aan de andere kant klinkt ook de oproep tot bekering en geloof. Hoe kan dat nu? Sommige mensen zeggen: “Je moet uitverkoren zijn en God moet je bekeren, anders kom je er nooit, daar kun je zelf niets aan doen.” Weer anderen zeggen: “Je moet geloven, je moet Jezus aannemen”. Wie heeft er nu gelijk? Het is allebei waar, maar los van elkaar zijn ze allebei niet waar.
Johannes laat ze hier naast elkaar staan. Hij benadrukt wel in de eerste plaats de soevereine genade van God. Het is Jezus, Die Filippus als eerste zoekt en hem ook vindt. De verkiezing door God is er en vanuit dat welbehagen zoekt en vindt Christus zondaren. Die verkiezing is een poort tot de zaligheid. God heeft de wereld liefgehad en Zijn eniggeboren Zoon gegeven. Nu Jezus Filippus gevonden heeft, mag Filippus ook zeggen dat híj Jezus gevonden heeft. Genade alleen, door het geloof ontvangen!

Uitnodiging
Filippus is zo blij. Ze hebben de beloofde Messias gevonden. Hij was door Mozes en de profeten aangekondigd. Het is Jezus uit Nazareth. Filippus gaat naar Nathanaël en brengt zijn beste vriend de blijde boodschap. Dat is prachtig om te lezen. Filippus en Nathanaël vonden elkaar in het uitzien naar de komst van de Messias, de Zoon van David, de Zaligmaker. Filippus gaat daarom eerst naar Nathanaël. Als Nathanaël hoort dat Jezus uit Nazareth - een dorp dichtbij Kana - komt zegt hij: Kan uit Nazareth iets goeds zijn? Met dat goede bedoelt Nathanaël de Messias. Nathanaël kende de Schriften en wist dat Davids grote Zoon uit Bethlehem zou komen. Het zal niet de eerste keer zijn geweest dat Filippus met zijn vriend over de profetieën sprak. Hij had dus allerlei argumenten kunnen aandragen om Nathanaël te overtuigen. Dat doet Filippus niet. Hij weet dat die niet nodig zijn. Er is maar één ding nodig: Nathanaël moet zelf Jezus ontmoeten. Als Filippus een theologische discussie was aangegaan over de Messias, dan was het niet goed gekomen. Nu nodigt hij heel bewogen en liefdevol: Kom en zie.

Voorbeeld
Wat kunnen jij en ik veel leren van Filippus. Allereerst dat we door genade moeten leren dat we zonder de Zaligmaker te kennen verloren liggen en dat dit ook geldt voor de mensen van wie wij houden. In de tweede plaats kunnen wij leren dat het belangrijk is dat wij relaties opbouwen met mensen om ons heen, want er is geen betere grond voor evangeliseren dan in verbinding te staan met mensen; ook mensen die niet-christelijk zijn en sceptisch zijn over Jezus. Discussies en debatten zijn geen goede middelen om mensen te overtuigen. Alleen de liefde van Christus voor verloren zondaren zal het hart van mensen inwinnen voor Hem. Filippus weet dat, want Hij had het zelf ervaren. Dat is het derde punt. Als jij de Heere Jezus voor het eerst, of opnieuw, hebt ontmoet tijdens de preek, of in het lezen van de Bijbel, dan zoek je ook het behoud van je vrienden.


Verderop in het Evangelie
Filippus kom je nog drie keer tegen in het Evangelie:
• Johannes 6 vers 6: Filippus wordt door Jezus beproefd. “Filippus, waar zullen we brood kopen om zoveel mensen te eten te geven”? Filippus telt het geld. Veel te weinig!
• Johannes 12 vers 21: Grieken willen Jezus zien en vragen het aan Filippus. Op die vraag spreekt Jezus over Zijn dood. Die is als een stervend tarwegraan (Joh.12:24). Zijn dood brengt veel vrucht voort. Zelfs Grieken zullen daarin delen.
• Johannes 14 vers 8: Filippus vraagt tijdens de Paasmaaltijd: Toon ons de Vader en het is ons genoeg. In het antwoord van Jezus klinkt een verwijt door: Ben Ik zo langen tijd met ulieden, en hebt gij Mij niet gekend, Filippus? Die Mij gezien heeft, Die heeft de Vader gezien. Jezus zegt: “Geloof je niet…?” Filippus geloofde in Jezus als de Messias, maar Hij moet nog zo veel leren en afleren. Het ongeloof zit zo diep in de haarvaten van Gods kinderen. Maar ondanks dat brengt Hij ze in het Vaderhuis boven.


Griekse afkomst
Hoewel de andere evangeliën de naam van Filippus noemen, geeft alleen Johannes meer informatie over Filippus. Filippus draagt een Griekse naam. Hij heeft dus een Griekse achtergrond; het is dan ook niet verwonderlijk dat een aantal Grieken hem aanspreekt, als ze Jezus willen zien.


Filippus en Filippus
De naam Filippus is het meest bekend uit Handelingen. Daar lees je hoe Filippus de Kamerling van Candacé de boekrol van Jesaja uitlegt. Maar vergis je niet, dit is een andere Filippus dan de discipel. Filippus in Handelingen is de evangelist.


Volgende keer: Nathanaël

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 juni 2016

Daniel | 32 Pagina's

Kom en zie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 juni 2016

Daniel | 32 Pagina's