Jezus’ preek in Nazareth

Het is een rol met de profetieën van Jesaja. Jesaja is een profeet, die de komst van de Messias voorzegt: Zijn geboorte, Zijn lijden, Zijn Middelaarswerk. Aan deze profetieën over de komende Verlosser (vanaf Jesaja 40) gaat een strenge boeteprediking vooraf (hoofdstuk 1-39). Eerst leert Gods Geest Zijn kinderen hun zonde en ellende kennen, daarna brengt Hij hen tot de Verlosser. Deze volgorde vind je overal in Gods Woord, ook in het Nieuwe Testament. Zo lezen we in Lukas 4 van de Verlosser, Jezus Christus. Daar gaat Lukas 3 aan vooraf. Daar horen we de scherpe boeteprediking van Johannes de Doper, de wegbereider van Christus: De bijl ligt alrede aan de wortel der bomen; alle boom dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen (Luk. 3:9). Dat betekent: wie in zijn zonde blijft leven, zal eeuwig in de hel zijn.

Indringend
Deze wetsprediking is zeer indringend en wordt door de Heilige Geest bij sommige mensen in het hart gebracht, zodat zij vragen: Wat zullen wij doen? (Luk. 3:10). Deze mensen leren dat ze verloren liggen om eigen schuld. Ze hebben gezondigd tegen God. Dat wordt hun nood.
Zó begint God als Hij iemand geestelijk opwekt uit zijn doodsstaat, ook nu nog. Heb jij dat al geleerd?
Misschien zegt iemand: hoe kan ik weten of de Heere met mij begonnen is? Dat kan je merken:
• Je leert dat je arm bent; arm aan geloof, arm aan ware godsdienst, arm aan gebed en goede werken. Jezus noemt zulke mensen ‘armen van geest’ (Matth. 5:3).
• Je wordt gebroken van hart. Dat is een diep geestelijk verdriet, een grote smart en verslagenheid vanwege het heimwee naar God. Het is droefheid naar God die een onberouwelijke bekering werkt tot zaligheid (2 Kor. 7:10).
• Je probeert de zonde te laten, maar het lijkt wel dat je met kettingen aan de zonde vastzit. De duivel laat zijn prooi niet gemakkelijk gaan! Je bent gevangen in de banden van de vorst der duisternis; hij verleidt en verlokt eerst tot de zonde. Daarna beschuldigt hij je.
• Je voelt je ongelukkig, treurig en dom. Je leert: ik ben blind in ’s hemels wegen, ik zie niet hoe het moet, ik zie geen oplossing.
Zulke bekommerde mensen zijn misschien ook wel in de synagoge als Jezus daar is. De Zaligmaker heeft de boekrol in ontvangst genomen. Hij gaat niet willekeurig ergens lezen, maar Hij zoekt een bepaald gedeelte uit Jesaja. In vers 17 lezen we immers dat Hij vond de plaats, daar geschreven was… Wat zou Hij gaan lezen?

Vervulling van de Schrift
Het is hoofdstuk 61. Hoor maar: De Geest des Heeren is op Mij, daarom heeft Hij Mij gezalfd. Hij heeft Mij gezonden om den armen het Evangelie te verkondigen, om te genezen, die gebroken zijn van hart. Om de gevangenen te prediken loslating, en de blinden het gezicht, om de verslagenen heen te zenden in vrijheid, om te prediken het aangename jaar des HEEREN (…) Om alle treurigen te troosten.

Je kunt je voorstellen hoe er naar Jezus geluisterd is door die armen, mensen met een gebroken hart en een verslagen geest, mensen die zich blind en treurig voelden vanwege de afsnijdende wetsprediking van Johannes.
Als Jezus de boekrol teruggegeven heeft, zijn ieders ogen op Hem gericht (vers 20). En Hij begon tot hen te zeggen: Heden is deze Schrift in uw oren vervuld (vers 21). Met andere woorden: “Deze profetie gaat over Mij. Ik ben de beloofde Messias, Ik ben de Christus der Schriften.”

Christus centraal
Zó preekt Jezus in de synagoge. Wat kunnen Gods knechten, de dienaren des Woords, hiervan leren?
• Jezus leest het Woord. Hij doet daar niets bij en doet er niets af.
• Jezus verklaart het Woord van God, Hij legt het uit.
• Jezus past het Woord van God toe.
• Alles wijst op de Zaligmaker, Jezus Christus Zelf. Hij staat in het middelpunt van de prediking. De apostel Paulus schrijft aan de gemeente van Korinthe: Ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u, dan Jezus Christus, en Dien gekruisigd (1 Kor.2:2).
Zo moet in elke preek het zuivere Woord van God centraal staan, Het moet uitgelegd en toegepast worden. Onder zo’n prediking wordt het hart verklaard van Gods ellendige en arme volk. Zij hongeren naar het levende Brood, ze dorsten naar het levende Water; het is hen om Christus te doen, want buiten Jezus is geen leven, maar een eeuwig zielsverderf. En de zaligheid is in geen Ander; want er is ook onder den hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welken wij moeten zalig worden (Hand.4:12). Zij kunnen alleen met de toepassing van Christus´ Borgwerk vertroost worden. Want alleen het bloed van Jezus Christus reinigt van alle zonden. De toepassing daarvan wordt hun geschonken door de Heilige Geest.
Hoe reageren de hoorders? Velen prijzen de woorden van Christus. (vers 22). Maar al snel komt er weerstand. Dan worden ze aan Jezus geërgerd (Mark.6:3).
Wat is de vrucht van de prediking van Gods Woord in jouw hart en leven?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen