Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Reorganisatie of Reformatie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Reorganisatie of Reformatie.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Weldra zal de eerste afscheiding een eeuw geleden zijn. Het ligt voor de hand, dat in de kringen der afgescheiden kerken en kerkjes aan dit feit groote aandacht zal worden geschonken. We kunnen dit verstaan en waardeeren, al kan en mag niet uit het oog worden verloren, dat evenals alle historische verschijnselen ook de afscheiding van meer dan ééne zijde kan worden benaderd, bezien en beoordeeld. De afgescheidenen zeiven roemen haar als een werk Gods, stellen haar voor als de vrucht van eene bijzondere genade Gods, als een soort reformatie in het klein. Dat er echter ook nog andere en wel schaduwrijke zijden aan de afscheidingsbeweging kleven, kunnen zij uit den aard der zaak nauwelijks of in het geheel niet inzien. Zij zijn vaak van oordeel, dat indien allen, die van Gereformeerde belijdenis zijn, in de Hervormde kerk den weg der afscheiding waren gevolgd, daarmede de gansche kerk der Vaderen weder tot reformatie zou gekomen zijn. Dergelijke redeneeringen zijn dan ook al bijzonder eenvoudig om niet te zeggen naïef. Het is met zulk eene redeneering ook al precies als met die andere uit het rijmpje: „Och, waren alle menschen wijs en deden daarbij wel; de wereld ware een paradijs; nu is zij vaak een hel." De veronderstelling in zulke redeneeringen is heel aardig en mooi, maar juist is zij niet. Het uitgangspunt is niet gegrond in de werkelijkheid, want alle menschen zijn niet wijs en allen doen niet wel. En zoo is het ook met zulk eene meening, dat indien allen, die van Gereformeerde belijdenis zijn, maar waren afgescheiden, de kerk gered zou wezen, gereformeerd in afgescheiden zin, om de eenvoudige reden, dat allen, zelfs verreweg de meesten niet dergenen, die de Gereformeerde belijdenis aanhangen, afgescheiden konden worden. Zij waren voor de overgroote meerderheid van oordeel, dat de afscheiding, uit welke vrome en overigens achtenswaardige motieven dan ook voortgekomen, toch juist niet was in overeenstemming met de eischen der belijdenis.
Het omgekeerde is echter evenzeer verkeerd. Men hoort onder ons soms de meening verkondigen, dat als er maar geene afscheiding had plaats gegrepen en als allen, die van Gereformeerde confessie zijn, nu maar in de Hervormde kerk gebleven waren, het er op dit oogenblik met de Hervormde kerk heel anders voor zou staan dan nu het geval is. Als alle afgescheidenen zich maar weer bij ons voegden, dan zou de Synodale organisatie weldra gebroken zijn en de oude kerk-idee in luister weder zijn hersteld. Ook zulk eene redeneering heeft inderdaad geene beteekenis, is volkomen waardeloos, omdat de veronderstelling waarvan zij uitgaat, geheel buiten de werkelijkheid staat en staan blijft. De afgescheidenen komen niet terug om ons, gesteld zij zouden het kunnen doen, te helpen in den strijd om verlossing uit de banden onzer slavernij.
Alle dergelijke beschouwingen zijn volmaakt waardeloos, omdat zij niet in de werkelijkheid gegrond zijn. Zij zijn even nutteloos en waardeloos als de vooronderstellingen, waarvan de confessioneelen, de mannen van het verbond tot kerkherstel, bij hunne reorganisatie- pogingen uitgaan, als ware de reglementaire gemeente dezelfde grootheid als de gemeente van Christus. Ook deze vooronderstelling, waarop heel de reorganisatie- theorie gebouwd, is, strijdt met de werkelijkheid. En daarom heeft het confessioneele streven al die jaren door nooit iets beduid. Het moest allemaal uitloopen op niets, ja, het is zelfs uitgeloopen op een verzwaring van den synodalen druk. En dat verbond tot kerkherstel, dat niet eens eene verbeterde editie der vroegere confessioneele vereeniging is, kan evenmin tot iets anders leiden dan tot verzwaring van den synodalen druk. Het uitgangspunt deugt niet, is niet gegrond in de werkelijkheid, de vooronderstelling, waarvan de theorie uitgaat, is niet in de waarheid der werkelijkheid gegrond, maar een waan en eene fictie. Ieder, die op zulke foutieve redeneeringen afgaat, komt teleurgesteld uit niet alleen, maar hij werkt in plaats van reformatie, mede aan de bevestiging van het kwaad, waartegen hij meent te kampen. Dat heeft de ervaring geleerd.
De afgescheidenen, die meenen, dat als alle Gereformeerden ook maar waren afgescheiden, de kerk gered zou zijn, dwalen, want alle Gereformeerden zijn niet gaan afscheiden, konden dit niet doen, omdat zij van oordeel waren, dat afscheiding niet in overeenstemming was met den eisch der beginselen en dus in den grond eene ongereformeerde daad. En zoo ook is het geheel verkeerd de meening te verkondigen, dat als alle Gereformeerden maar bij elkander waren gebleven, het er met de Hervormde kerk wel beter zou voorstaan. De werkelijke waarheid is immers, dat zulks niet het geval is. De gescheidenen zijn niet gebleven en zij komen niet terug. Althans redelijker wijze kan zulk een terugkeer niet worden verwacht.
Tegenover alle dergelijke beschouwingen en redeneeringen staat de onverbiddelijke werkelijkheid, die zich aan onze wenschen, aan onze idealen en onze politieke theorieën niet ook maar het minste stoort, Men kan er allerlei over zeggen, maar er niets aan veranderen, omdat wij ten slotte alleen met de werkelijkheid van doen krijgen. En op deze werkelijkheid loopen dan ook alle dergelijke redeneeringen en ook alle pogingen om haar voorbij te gaan, spaak. Men kan haar niet veranderen. Het eenige wat de menschen dan nog wel beproeven, is door verslapping, door afslijping van den eisch des beginsels, zooals het in de belijdenis is gegeven, een soort compromis te maken. En ook dat loopt op niets uit, omdat een compromis over beginselen zich altijd wreekt, wanneer de beginselen gelegenheid krijgen practisch aan het woord te komen. Dan blijkt het immer, dat de overeenstemming slechts een ijdele schijn was en niet meer. Zoodra de wissel des beginsels wordt gepresenteerd, is er met deze aanbieding het conflict en valt heel het compromis om in zijn tegendeel en springt de vereeniging, of zij verbond zich noemt of coalitie of federatie. Er is in het kerkelijk vraagstuk alleen samenwerking mogelijk uit beginsel-eenheid. Waar deze ontbreekt, verdient het aanbeveling voor ieder op eigen basis te blijven werken en arbeiden in volledige vrijheid. Dat geldt zoowel tegenover hen, die in den weg van afscheiding heil zochten als tegenover degenen, die als uit andere beginselen levende, ook andere doeleinden najagen, die niet in de Gereformeerde belijdenis gegrond zijn.
Er is naar ons oordeel, maar één standpunt, van waaruit de gansche ontwikkeling van ons kerkelijk leven kan en mag worden beschouwd en waarvan men ook alleen kan uitgaan, zal er ooit iets kunnen worden bereikt. En dat standpunt is gegeven in de werkelijkheid. Wij hebben in het oog te vatten de werkelijkheid zooals zij is en niet, wat de menschen er dikwijls voor aanzien, de werkelijkheid, zooals zij deze gaarne hadden, wenschen, begeeren. Het is hiermede als met vele dingen in ons leven, ten slotte blijft de werkelijkheid in haar naaktheid over. In ons leven loopt ten slotte alles uit op den dood. Er zijn menschen, vele menschen zelfs, die daaraan niet willen denken, die het maar naargeestig en droefgeestig vinden er mede te rekenen, maar de dood komt en laat zich door valsche voorstellingen niet verdrijven. Zoo is het ook in deze crisis. De sociaal- democraten mogen den arbeiders wijsmaken, dat de loonen niet dalen zullen, dalen doen zij toch. De werkelijkheid spot met alle valsche voorstellingen. En zoo is het nu ook op kerkelijk gebied. Niet onze begeerten, idealen, theorieën, maar de koele, naakte werkelijkheid laat zich niet veranderen, noch afwijzen. En wij stuiten er telkens op, kunnen haar ten slotte zelfs niet ontwijken. Zoodra het aan de practijk toekomt, zit zij ons op de hielen, haalt ons in en dwingt ons stil te staan en met haar te rekenen. En ook in het kerkelijk vraagstuk beslist de werkelijkheid met meedoogenlooze hardvochtigheid, want zij ontziet geen enkel ideaal, hoe schoon ook uitgedacht.
Welnu, de werkelijkheid leert ons, dat de afgescheidenen in alle hunne vormen, de doleantie incluis, ten slotte maar een kleine verdeelde massa vormen. Wie de stemmen uit de vrije gereformeerde gemeenten beluistert, kan vernemen, hoe zij elkander op de goudschaal wegen, onzuiver verklaren en ongereformeerd schelden, hoe zij de afgescheidenen als Remonstranten aan de schandpaal slaan, de kerken uit de doleantie als neo-gereformeerd brandmerken en de Hervormde Gereformeerden om politieke belangen prijzen en lijmen als het milieu, waaruit nog kracht te zuigen valt. En zooals de vrije gereformeerde gemeente-stemmen spreken, zoo kan men het in verschillende toonaarden bij alle anderen ook vernemen. Zij wegen elkander, houden elkander voor te licht of te zwaar, voor half of heel Remonstrantsch, voor ethisch of modern en wat dies meer zij. En zoo verschijnt het gereformeerde volk als eene hopeloos verdeelde massa op kerkelijk gebied, terwijl de Hervormde kerk onder het synodale regime aan alle kleuren van den geestelijken regenboog niet genoeg heeft om alle geestelijke stroompjes te teekenen.. Dit is de werkelijkheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 juni 1932

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

Reorganisatie of Reformatie.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 juni 1932

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's