Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Iets over de reinhouding des levens

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Iets over de reinhouding des levens

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Enkele weken geleden heb ik uw aandacht gevraagd voor bovengenoemd onderwerp. Het zwaartepunt werd toen gelegd op Gods eisch om alle onkuischheid te vermijden. Zijn Woord heb ik laten spreken, en getracht U aan te toonen, dat dat Woord allesbeheerschend moet zijn, óók in den strijd tegen de zedeloosheid. Helaas heeft bij zeer velen de Bijbel niet meer die zeggenskracht, die hem toekomt, en voor hen is daarin het vraagstuk der reinhouding niet afdoende opgelost. Ten overvloede daarom nog eenige losse opmerkingen, waaruit blijken moge, dat een leven van zedeloosheid, ook in dit leven wrange vruchten draagt. Het is niet noodig, de gevolgen in den breede uit te meten, en bovendien — alle dingen zijn wel oorbaar, maar alle dingen stichten niet.
In de allereerste plaats dit: de zonde, die ge met uw lichaam begaat, vindt haar straf ook in datzelfde lichaam terug. Een ieder toch, die niet blind door het leven gaat en tot de jaren des onderscheids is gekomen, heeft wel eens uit litteratuur of langs andere wegen kennis gemaakt met het kwaad dat we prostitutie noemen. Vrouwen, die haar reinheid vergooien, ja zelfs een broodwinning vinden door haar lichaam te ontheiligen, en daarnaast jonge en oudere mannen, die de euvele moed hebben zich uit te leven in verdachte huizen! En als nasleep ervan menigmaal een moordende ziekte, waarvan vooral onze havensteden dikwijls stille getuigen zijn. En zoo wordt deze zonde een sociaal probleem, want de besmetting breidt zich uit en tast helaas ook onschuldigen aan. Ik denk hier aan mannen en vrouwen, die een ander er aan wagen, hun „jeugdzonde", zooals ze het vergoelijkend noemen, heel gemakkelijk vergeten, en besmet als ze zijn, vroeg of laat in het huwelijk treden en hun ziekte overdragen op echtgenoot. En wat moet er van een nakroost terechtkomen, dat door de zonde van vader of moeder in de wereld gebracht wordt als zieken, achterlijken of idioten? Zie de overvolle inrichtingen voor achterlijken — waarvan een niet gering percentage op rekening staat der geslachtsziekten. Wellicht denkt ge dan met mij aan Gods woorden: ,,Ik ben een ijverig God, die de misdaad der vaderen bezoek aan de kinderen".
Een ander, steeds in driester vorm zich openbarend kwaad is het z.g.n. Neo-Malthusianisme. Malthus was een geestelijke, die de volgende theorie verkondigde: ,,Er komen te veel menschen! Welnu, trouw daarom niet zoo vroeg, en ge beperkt zoodoende het geboortecijfer!" De Neo-Malthusianisten nu gaan nog veel verder. Zij zeggen: „de raad van Malthus mag een goed doel beoogen, wij vinden dat het huwelijk op jonge leeftijd moet plaats vinden en nemen dus voorbehoedmiddelen te baat!" Deze tegennatuurlijke huwelijkspraktijk is een der grootste rampen, welke over het moreele leven is heengegaan. Vroeger vond men ze alleen in de duistere holen der ontucht, maar eenige tientallen jaren terug veroverde zij breeder terrein door de achteruitgaande sociale omstandigheden, en daarmede werd de door God geschapen orde van huwelijk en vermenigvuldiging vernietigd. Wij achten deze praktijk dus verwerpelijk uit principieele overwegingen, en bovendien gevaarlijk door de mogelijkheid van het optreden eener zenuwstoornis, al wordt dit ook in het propaganda-materiaal van deze beweging ten stelligste ontkend.
Nog een ander — veel voorkomend kwaad •— dient besproken. Ik bedoel het veelvuldig voorkomen van z.g.n. „gedwongen huwelijken". Het leven als man en vrouw, terwijl men nog geen enkel vooruitzicht heeft een eigen gezin te kunnen onderhouden, ja, zelfs soms, terwijl men in het geheel niet van plan is met elkander een gezin in de toekomst te stichten!
En het bedroevende is, dat deze zonde zoo ver is doorgedrongen in onze Christelijke kringen. Plaatselijke feestdagen, ontaardend in brasserijen en dronkenschap, worden menigmaal in de zwarte duisternis beëindigd in onzedelijkheid. Voelt ge nu, waarom er van die „strakke gereformeerden" zijn, die élk feestvertoon veroordeelen? Ze gaan daarbij véél te ver, als tenminste de tijdsomstandigheden gunstig zijn, maar toch moeten we in hun redeneering helaas dikwijls een kern van waarheid ontdekken. Want, jonge menschen — die elkaar soms nauwlijks of geheel niet kennen — ontheiligen in het stille donker Gods schepping. En als dan later hun daad openbaar wordt door de verwachting van een nieuw menschenleven, dan verbinden die twee zich in den echt, ook al komen hun karakters in geen enkele opzicht bij elkaar. Gevolg is veelal een ongelukkig huwelijk, met een leven als hond en kat, en als gemeenschappelijk stootblok tusschen hen in het kind. Ik weet het — er zijn huwelijken, die als een gedwongen verbintenis begonnen, nog ten goede keeren in een gelukkig samenleven, maar dit neemt niet weg, ook déze huwelijken zijn eenmaal begonnen met ontheiliging, juist van het Christelijk huwelijk. Ik weet ook, dat er zelfs streken in ons land zijn, waar men zegt nog op den grond der belijdenis te staan, maar het tevens een niet noemenswaard kwaad vindt, dat jonge menschen hun huwelijk gewongen beginnen, als ze verder maar oppassen en hun huwelijk nog kerkelijk laten inzegenen. Mijns inziens is het echter een punt van overweging, wélke taak de Kerk hier heeft. Eenerzijds is het een aanfluiting voor een Kerk, als ze deze jonge menschen laat beloven om „heilig met elkander te leven' , anderzijds moeten langs den weg van oprecht berouw voor zulke huwelijken de middelen openstaan om Gods zegen nog in te roepen.
Ik spreek hier liever niet van jonge menschen, die in ontuchtigheid leven, maar door het gebruik van voorbehoedmiddelen een schijn van degelijkheid trachten te behouden.
Liever wil ik nog een enkel woord zeggen over de verhouding van „verloofden", zooals die hoe langer hoe meer onze maatschappij blijkt te veroveren, Jonge menschen komen in aanraking met allerlei geesten der wereld, krijgen brochures in handen van vereenigingen, die openlijk het Neo- Malthusianisme propageeren, lezen boeken die hun fantasie in een verkeerde richting prikkelen, komen in contact met geestesrichtingen, waar de stelling wordt verkondigd, dat de mensch zich uitleven moet en worden zoo geïnfecteerd met 'n geestelijke infectie, die hen doet afglijden van een beginsel, dat hen staande hield. Ze weten zich niet meer te beheerschen nu een hooger beginsel hen niet meer steunt, en omdat sociale omstandigheden of studie hen verhindert te huwen, leven ze als man en vrouw — alsof het hun volste recht is.
En vergeet het niet, ouderen, de eerste kiem van deze zonde werd reeds gelegd, menigmaal op de lagere school of ook op H. B. S„ waar altoos elementen zijn, die uw kind op het verkeerde pad trachten te brengen. Er wordt beweerd, dat meer dan 50 °/c der verloofden als getrouwden leeft. Trouwens, het doet er ook niet toe, hoevelen Gods Wet overtreden. Hoofdzaak is, dat men Gods Wet vertrapt. En zoo kom ik terug op mijn uitgangspunt. De gevolgen namelijk van een leven in onkuischheid mogen verschrikkelijk zijn, het allerverschrikkelijkste is en blijft toch, dat men Gods bevel ongehoorzaam is, en zich niet stoort aan het zevende gebod, waarin God alle onkuischheid verbiedt!
Putten (Gld.) H. L.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 29 december 1934

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Iets over de reinhouding des levens

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 29 december 1934

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's