Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Prof. Dr. Gerretson en de komende Reorganisatie II.

Bekijk het origineel

Prof. Dr. Gerretson en de komende Reorganisatie II.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij hebben niet zonder opzet nadruk gelegd op het beperkte gezichtspunt, waaruit Prof. Gerretson de geschiedenis van den dag beschouwt, omdat zich ditzelfde euvel in heel zijne voorstellingswijze voordoet, met het gevolg, dat zijn overigens aangename vorm van schrijven een geheel onjuisten indruk wekken kan bij hen, die minder met de bijzonderheden op de hoogte zijn. Ach, had hij maar naar zijn student geluisterd, toen deze zeide: „Mot je niet doen, professor!" Prof. Gerretson is veel te goedgeloovig, kent de menschen blijkbaar niet, waarvoor hij in het krijt treedt. Daarbij komt, hij speelt met woorden, dikwijls zonder zich van het begrip, dat zij dekken, rekenschap te geven. Het gevolg daarvan is, dat er allerlei tegenstrijdigheden in zijn studie voorkomen, waarop ik nu wel het licht moet laten vallen.
Ik zeide: Prof. Gerretson is nog al goedgeloovig. Ik bedoel daarmede, dat hij argeloos de menschen naar zijn eigen goedhartigheid afmeet. En die maat wordt voor de juistheid van zijn oordeel een gevaar. Ik zal daarvan een paar voorbeelden geven. Hij stelt de vraag: „Waarom gaat het bij dit voorstel?" En zijn antwoord luidt: „Niet, om, door bestuurlijke maatregelen, de eene richting in de Kerk tot heerschappij te brengen, of de andere uit te bannen. Niet om het uitsluitend recht te vrijwaren van die richting, welke haar eerstgeboorterecht grondt op haar vasthouden aan de Formulieren, die ons verbinden, omdat zij, overeenkomstig Gods Woord, alle leerstukken bevatten, welke onze Kerk kenmerken. Niet eindelijk om een legalen vorm te geven aan de factische samenleving van principieel onvereenigbare richtingen. Maar het gaat om iets veel belangrijkers. Het gaat niet om doen van de zijde van het Kerkbestuur. Maar het gaat in Beetsiaanschen zin, om doen door laten. Het gaat om vrijlating der Kerk. Der Kerk in die mystieke, doch eenige beteekenis, waarin de Kerk ook voor ons en latere geslachten een realiteit kan blijven: als het lichaam van Christus. Waarin Hij leeft, waaruit Hij spreekt, waardoor Hij nog de Maatschappij formeert en reformeert."
Dit laatste, dit positieve doel is inderdaad een schoon doel. Ik zou kunnen zeggen tot mijn Collega Gerretson: „Waarde Collega, dat is ook mijn doel." Alleen maar wij moeten dan ook bij dat doel blijven van het begin tot het einde. Hij spreekt van die mystieke Kerk, die Christus' lichaam is. Welnu, daarom gaat het ook ons. Maar dan moeten wij nog een stap verder dan Prof. Gerretson, en de vraag stellen: Wat is dan die Kerk als Christus' mystieke lichaam? Het is waar en juist, dat er zijn, zooals Prof. Gerretson op bladzijde 15 van zijn geschrift zegt: „Zie, men leert, dat de Kerk is het lichaam van Christus en men zingt, dat het Christus is, die Zijn Kerk in stand houdt. Nu van tweeën één. Of dit alles is niet meer dan theologische oratorie, óf men gelooft het waarlijk zóó, dat men krachtens dat geloof handelen durft. Dat zouden wij hem kunnen nazeggen. Alleen maar, wij herhalen onze vraag: waar en wat is dan die Kerk, die Christus' lichaam is? Immers, als zij zóó is, dan volgt daar toch uit, dat Christus haar Hoofd, haar hoogste Profeet en Leeraar, haar eenige Hoogepriester en haar eeuwige Koning is. En hoe kan die Kerk dan anders leven, zooals zij behoort te leven, dan alleen in gehoorzaamheid aan dat Woord, waarin Hij spreekt en aan Zijne Kerk openbaart al wat Hij haar heeft te zeggen? Welnu, zoo stond het met de Kerk en zoo heeft zij aan haar leven uitdrukking gegeven in de dagen der Reformatie in hare belijdenis, die met het bloed der martelaren werd geschreven.
En laat ons nu nogmaals de woorden lezen, die ik hierboven citeerde, waarin Prof. Gerretson het onomwonden uitspreekt, dat het bij dit voorstel niet gaat om het „vasthouden aan de Formulieren, die ons verbinden, omdat zij overeenkomstig Gods Woord alle leerbewijs bevatten, welke onze Kerk kenmerken". Verstaat dat wel, daarom gaat het bij dit ontwerp niet. Het gaat niet om terugkeer tot de gehoorzaamheid aan Woord en Belijdenis.
Inderdaad, dat is juist ons bezwaar tegen heel deze poging tot reorganisatie. Maar als dat dan zoo is, wat blijft er dan over van de Kerk „als het lichaam van Christus ", van die „mystieke Kerk", zooals zij alleen voor ons en latere geslachten een realiteit kan blijven"? Dat zijn de woorden van Prof. Gerretson. Welnu, die mystieke Kerk, die Christus' lichaam is, bestaat alleen en kan alleen bestaan onder het gezag van haren eeuwigen Koning, die Zich deze Kerk heeft uitverkoren tot het eeuwige leven en haar door Zijn Geest en Woord in eenigheid des waren geloofs vergadert, beschermt en onderhoudt. Om die Kerk gaat het, mag het alleen gaan.
En dat is nu juist weer het onklare, waaruit blijkt, dat Prof. Gerretson zich aan hetzelfde euvel schuldig maakt, dat hij aan anderen ten laste legt, als hij hun „theologische oratorie" verwijt (blz. 15). Die Kerk, die het lichaam Christi is, die zich in volstrekte gehoorzaamheid onderwerpt aan het onfeilbare Woord van God, komt ook bij Prof. Gerretson niet in aanmerking. Welnu, om de vrijlating van die Kerk moet en mag het alleen gaan. Die Kerk is de ware Gereformeerde Kerk. Is Prof. Gerretson daarvoor nu als kampioen opgetreden? Dat zij verre. Op blz. 6 noemt hij zichzelven, zich voegende bij de ethischen, in deze woorden: „Moet dit inzicht ons, ethischen, niet nopen om mede te werken tot alles, wat strekken kan om die miskende, levende, zichtbare Kerk weer tot haar recht te brengen". Is de Kerk der Ethischen dan de Kerk der belijdenis? Zoo ja, waarom wordt dan juist de belijdenis prijsgegeven?
Professor Gerretson zegt het immers zelve op blz. 14. „Met Zeydner ben ik van oordeel, dat men, komt deze reorganisatie er door, niets minder te duchten heeft, dan eenerzijds een uitwerpen der vrijzinnigen en anderzijds eene wijziging der belijdenis." Daar is dus de openhartige erkentenis, dat de belijdenis wordt prijsgegeven. En waarvoor moet zij dan wijken? Natuurlijk, dat weten de Heeren nog niet. Voor „het geloof der gemeente, want het individueel geloof blijft altoos ondergeschikt aan het geloof der gemeente, waaruit het emaneert". Zoo zegt hij op blz. 7. Maar wat is dit geloof der gemeente? Wel, ik zal het hem zeggen met zijn eigen woorden: „niet meer dan theologische oratorie", waarmede de ethische Heeren week aan week voor meestal slecht bezochte kerken optreden. Gods Kerk kan daarmede geen vrede hebben.
En het gevolg moet dus wel zijn, — en daaruit blijkt de ondoordachtheid van heel deze actie — dat in Prof. Gerretson twee geesten spreken. Op blz. 1 zegt hij, dat het bij dit voorstel niet gaat „om door bestuurlijke maatregelen de eene richting in de Kerk tot heerschappij te brengen of de andere uit te bannen". Dat is de goede geest, die in hem spreekt, dat is de goede en beminnelijke Prof. Gerretson. De booze geest is deze: het gaat niet „om het recht van die richting, die haar eerstgeboorterecht grondt op haar vasthouden aan de Formulieren , die naar den Woorde Gods zijn. En let nu op de inconsequentie in dit alles: op blz. 14: „ik ben van oordeel, dat men, komt deze reorganisatie er door, niets minder te duchten heeft dan eenerzijds het uitwerpen der vrijzinnigen en anderzijds de wijziging der belijdenis". Op blz. 1 gaat het niet om uitbanning, doch op blz. 14 verdwijnen de vrijzinnigen. Dus die worden wel uitgedreven. Dan toch zeker door de overmacht der Ethischen! En wat de Gereformeerden betreft: hunne belijdenis verdwijnt. En meent men dan des ondanks het Gereformeerde volk te houden in deze ethische vereeniging? Dit volk wordt ook uitgedreven, omdat de belijdenis verdwijnt en de ethische oratorie er voor in de plaats komt. Zooals het Gereformeerde volk niet nederzit onder het „ethische geloof der gemeente", zoo zal het, wanneer deze reorganisatie doorgaat, zeker en gewis de Kerk verlaten, omdat het dan geen Kerk meer is, maar zij tot een ethische vereeniging werd. De Kerk, die Christus' lichaam is, heeft hare belijdenis en ook wat daarvan nog onder de synodale organisatie leeft in de gemeenten, begeert slechts, dat de Kerk daaraan gehoorzamen zal, omdat zij de summiere uitdrukking is van hetgeen zij door Gods Heiligen Geest in Gods Woord heeft leeren kennen als haar leven.
En niemand behoeft zich daarin te vergissen: Wanneer dit reorganisatie-ontwerp wordt ingevoerd, dan verdwijnen de vrijzinnigen en de Gereformeerden. Zeker, dat gaat niet op één dag, maar dat gaat met absolute zekerheid. Links met eenige stooten en processen, rechts als een langzame uitbloeding van het levende volk, dat in deze nieuwe ethische vereeniging niet leven kan. Ik kan het van Prof. Gerretson wel begrijpen, dat hij dit laatste zeker niet bedoelt, maar de logica der feiten stoort zich niet aan zijn gevoel. De groote fout in heel zijne beschouwing is, dat hij geen schriftuurlijk inzicht heeft in het wezen der Kerk. Het wezen der Kerk, zooals zij ons in de Schrift geteekend wordt, is geheel anders dan de gemeente onder het synodale regime in den loop van meer dan honderd jaren is geworden. Zij is ook heel iets anders dan zij in de ethische theologische oratorie wordt voorgesteld.
De wezenlijke Kerk leeft in absolute gebondenheid aan Gods Woord, dat het Woord is van haren eeuwigen Koning. En het primordiale beginsel, waarvan zij dus ook in hare belijdenis uitgaat, is dat Woord. En het kan aan Professor Gerretson niet onbekend zijn, dat hierin juist ligt hetgeen ons van de ethischen scheidt op elk gebied, ook op dat der Kerk en dus ook waar het geldt de reorganisatie der Kerk. En elk reorganisatie-streven, dat niet zijn uitgangspunt heeft in den eisch der gehoorzaamheid aan Gods Woord, is daarom voor wie de Gereformeerde beginselen belijdt, geoordeeld. Bovendien, het kan tot niets leiden. Ons kerkelijk leven is meer dan een eeuw lang verpest door een eindeloozen partijstrijd. In de ware Kerk echter zijn geen partijen, want wie daartoe behoort, zal krachtens het wezen der Kerk zelve tot haar opbouw meewerken.
En zal nu, als dit ontwerp er doorgaat, deze verderfelijke partijstrijd eindigen? Het lijkt er niet op. De heele strijd om dit ontwerp is een partijstrijd, niets meer en niets minder. Prof. Gerretson heeft er blijkbaar geen oog voor, maar het komt neer op eene gelijkschakeling der Partijen. Afgezien daarvan, dat hij twee groepen onderscheidt: de modernen, die er uitgedreven zullen worden en de Gereformeerden, die er uit wegvloeien zullen, omdat zij geen levensgrond meer kunnen vinden in de belijdenisloos geworden nieuwe gemeenschap, zijn er nog veel meer partijen. En deze alle worden, met links en rechts saam, eenvoudig onder de leege formule gebracht, waarmede zij als belijdenis der Kerk genoegen zullen moeten nemen. Welnu, niemand beelde zich in, dat met deze gelijkschakeling de partijen dan ook verdwenen zijn. Ja, zij zouden tot zwijgen gebracht kunnen worden, als de nieuwe organisatie over een dwang kon beschikken, die eenigszins gelijkenis vertoonde met wat in Italië of Duitschland op politiek gebied geschiedt. Doch daarvan kan toch immers geen sprake zijn onder die nieuwe organisatie! Onder de thans nog bestaande, die over een betrekkelijk groote centraliseerende kracht beschikt, heeft de partijstrijd altijd welig getierd. Van bestuursoptreden bleek eerst, wanneer de organisatie zelve in het gedrang kwam. Doch overigens liet zij de partijen aan zichzelve over. Wie de sterkste was in aantal, won het, ook al was de leugen de inzet van den strijd. En als deze reorganisatie er komt, dan zal het eveneens gaan niet naar den maatstaf der waarheid, maar naar dien der veelheid van stemmen.
Het groote en het eenige nijpende vraagstuk, dat de kern is in heel het kerkelijk probleem, wordt in dit reorganisatieontwerp zonder meer voorbijgegaan. Dit ontwerp raakt zelfs niet aan het richting-vraagstuk, want het verdoezelt de kwestie der belijdenis door de gelijkschakeling van alle geesten, die gisten onder de Synodale organisatie. Het zet op heel deze verwarde massa eenvoudig, zonder eenige notitie te nemen van den werkelijken toestand van de volken, die onder de Synodale organisatie opgegroeid zijn, de etiket van de leege formule, die als belijdenis zal fungeeren.
En gelooft nu Prof. Gerretson zelf, dat zulk eene gelijkschakeling zonder meer kan worden doorgezet? Als wij zien, hoe er zelfs nu in dezen donkeren tijd nog met kunst- en vliegwerk van de numerieke meerderheid gewerkt wordt om in de gemeenten niet alleen moderne predikanten, maar ook zelfs principieel gereformeerde predikanten van den preekstoel te weren, hoewel de gemeenten onder de opperheerschappij van de menschen, die dit ontwerp begeeren, slechts zeer matig ter kerke komen. Wie kan dan meenen, dat die gelijkschakeling den partijstrijd opheft? Er is maar één uitslag mogelijk, als dit ontwerp er doorgaat, namelijk, dat de partijstrijd ophoudt, omdat de ethische vereenigingen, die dit ontwerp moeizaam baarden na veel loven en bieden, den skepter gaan voeren. En als dat geschiedt, dan zal de zoogenaamde vrijzinnigheid verdwenen zijn en al wat principieel gereformeerd is eveneens. Ik vrees, dat er dan van de mystieke gemeenschap, die Prof. Gerretson voorstaat, niets meer gebleven zal zijn. Dan is de Kerk geworden tot een vereeniging van ethische mystieken. Bezielende kracht zal daarvan op ons volksleven niet meer kunnen uitgaan. Dan is de nationale Kerk gestorven in haar ontrouw aan hare belijdenis, die zij onder de voorzienige leiding Gods en onder de voorlichting van zijnen Heiligen Geest verwerven mocht als een vrucht van Gods genadevolle bemoeiing met ons volk.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 7 mei 1938

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Prof. Dr. Gerretson en de komende Reorganisatie II.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 7 mei 1938

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's