Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Calvijn en de prediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Calvijn en de prediking

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

In onzen tijd neemt de waardeering voor den grooten hervormer Calvijn en zijn werk zeer toe. Dit blijkt o.a. uit nieuwe uitgaven van Calvijn, die bij verschillende uitgevers het licht zien. Zoo is bij Wever te Franeker verschenen: Het gepredikte Woord, preeken van Johannes Calvijn. Ds. W. H. van der Vegt heeft bij deze preeken een voorwoord geschreven, waarin hij handelt over de prediking van Calvijn en de waarde, welke deze hervormer aan de prediking van het Woord toekent. Uit die inleiding willen we iets vertellen, daar ze op sommige punten zeer leerzaam is.
Aan Calvijn werd gevraagd: Kan men dan niet zeer wel lezen en tot God bidden voor zichzelf? Moet men een kerkgebouw binnengaan om onderwezen te worden, terwijl toch ieder de Schrift thuis heeft? Calvijn antwoordt: Wij moeten God niet verzoeken en meenen zonder vleugels te kunnen vliegen. God verwijst Zijn kinderen duidelijk naar den schoot der kerk. Calvijn beroept zich daarbij op Romeinen 10 : 17, waar we o.a. lezen: Zoo is het geloof dan uit het gehoor. God heeft Zijn Woord gegeven, dat het gepredikt zal worden. Dit Woord valt niet uit den hemel, het komt door menschenhanden tot ons. God wil uit den mond der menschen gehoord worden. Daarom zegt Calvijn: Gij, die God vreest, komt in zijn huis. Want wie de openbare samenkomsten versmaadt, komt tot ketterijen en verfoeilijke dwaasheden. Op deze wijze heeft Calvijn de noodzakelijkheid der prediking vooropgesteld. Ja, hij zegt zelfs: wie niet ter kerk komt, verwerpt het Woord Gods en den Zoon Gods. Wie zich tegen de prediking verklaart is een rebel, die Christus den schepter uit handen rukt. Hun dwaze aanmatiging maakt ze doodvijanden van het volk Gods, ze keeren de orde Gods om, ze roeien de waarheid Gods uit, ze blusschen den Geest uit, ze snijden de zenuwen in het lichaam van Christus door, ze scheiden zich af van zijn lichaam. Zonder de prediking van het Woord is er niet anders dan verderf. Hier kunnen de onkerkelijken en degenen, die zeggen, dat men thuis evengoed een zegen ontvangen kan, wanneer men maar in de Schrift leest, het zeker mee doen. Zij vinden in elk geval Calvijn niet aan hun zijde. De dienst van God, zegt hij, is nergens zoo schoon dan daar, waar de gemeenschap met God beoefend wordt in de gemeenschap met elkander onder de prediking des Woords. Hij noemt de schat der prediking van onvergelijkelijke waarde.
In onzen tijd zijn er veel predikanten, die zich geven voor zaken, die met den Dienst des Woords niets hebben uit te staan. Daarom is het wel eens goed om de waarschuwing van Calvijn te lezen, zich toch niet met andere zaken af te geven, dan die voortvloeien uit de bijzondere roeping van den dienaar des Woords. Ieder, die de opdracht heeft ontvangen het evangelie te verkondigen, mag zich aan deze zaak wel geheel en volkomen geven. Want de dienst des Woords is een strijd en deze krijgsdienst vraagt den geheelen mensch.
De prediker moet ook dienaar van het Woord zijn. Zij moeten de onvervalschte boodschap Gods overbrengen. God zelf moet door hen spreken tot de gemeente. Maar, zegt Calvijn, de gemeente is zelf ook verantwoordelijk voor de zuivere prediking des Woords. De gemeente en de kinderen Gods in de gemeente moeten toezien op de reinhouding van de leer. Deze taak mag niet worden verwaarloosd. Ook hieraan ontbreekt in onze dagen wel iets. De predikers zijn echter de vertegenwoordigers Gods. Ieder, die het Woord verkondigt, is Zijn zaakverzorger en Zijn plaatsvervanger, aangesteld tot Zijn tolk en heraut. Als de predikers maar trouw hun taak vervullen, is er geen verwarring in de kerk. De kerk is dan werkelijk kerk. Want de reine predikatie des evangelies geeft aan de kerk haar vast bestand en is haar eigen heerlijkheid.
Calvijn wil door zijn prediking het gebod Gods verkondigen. En dit gebod Gods roept tot geloof. Maar de gehoorzaamheid des geloofs zal openbaar worden in alle levensverhoudingen. Zoo raakt de prediking den mensch in zijn volledig bestaan en op alle levensterrein. God moet heerschen over allen en over alles. En Hij regeert door Jezus Christus. En deze regeering gaat uit van de kerk. De wereld moet immers aan Christus onderworpen worden door de prediking der kerk. Deze prediking noemt Calvijn „de schepter van den Hemelkoning". Geen wonder, dat Calvijn nu de eisch stelt, dat alle menschen tot de kerk behooren te komen om te luisteren naar de prediking. Zelfs de koningen en overheden ontvangen daar hun les. Want aan Christus is gegeven alle heerschappij, ook over koningen en allen, die in hoogheid zijn gesteld. En dit is voor Calvijn geen theorie, maar praktijk. Wanneer hij b.v. merkt, hoe het dansen en hazardspel, dat in Genève eerst verboden was, daar weer oogluikend wordt toegelaten, beklimt hij zijn preekstoel en hij zegt het den magistraten der stad aan, dat zij te waken hebben voor de goede zeden. Een andere maal, als de Raad van Genève regeeringspersonen heeft te verkiezen, richt hij een ernstig en waardig vermaan tot de leden van den Raad om geen andere regeerders te benoemen dan die den Heere dienen. Wie dit weigert opent de deur voor Satan.
Nog verschillende andere zaken zouden we naar voren kunnen brengen uit deze inleiding, die voorafgaat aan preeken van Calvijn. Hoe Calvijn zich richt tegen de valsche roomsche kerk en haar valsche godsdienst. Hoe hij de ware kerk oproept tot trouw aan den waren godsdienst. Ja, hij heeft zelfs de kwestie van de predikantstraktementen op de preekstoel gebracht. De dienaren des Woords mogen niet tekort komen, want het is een list van Satan goede leeraars honger te laten lijden en zoo de kerk tenslotte van de zuivere prediking te berooven.
Op een zaak willen we de aandacht nog vestigen. In sommige kerken van onzen tijd en door zeer veel predikanten ook in onze kerk preekt men als het ware voor een gemeente van „geloovigen", d.w.z. men veronderstelt, dat allen, of bijna allen in de kerk geloovigen zijn en richt zijn prediking daarop in. Daarom acht men het niet goed om onderscheidenlijk te prediken. Hier vindt men Calvijn echter niet aan zijn zijde. Het is niet genoeg, zoo zegt hij, dat men in de prediking er op wijst wat goed en recht is, men moet bij deze leer ook voegen opwekkingen, zelfs vermaningen en bedreigingen, omdat niet alle leden der kerk van één geest zijn en van één natuur. In de kerk zijn geloovigen en ongeloovigen. Dat is de groote scheidingslijn, die loopt tusschen de ware dienaren Gods en de goddeloozen of hypocrieten. En wij staan aan de eene of aan de andere zijde van deze grens. En het is opvallend hoe vaak deze hypocrieten in de prediking van Calvijn een beurt krijgen. Calvijn noemt zelfs een percentage van deze hypocrieten. In zijn Institutie stelt hij 80% der kerkgangers op hypocrieten. In zijn preeken is hij nog pessimistischer gestemd, 10% der gemeenteleden slechts zouden tot de geloovigen behooren. Zelfs zijn erbij hem uitspraken te vinden, dat nauwelijks één op de honderd als geloovige moet worden aangemerkt. Hierop ziende, zegt Calvijn, moet de prediker aandringen op zelfonderzoek. Zoo vraagt hij b.v. in een preek, waarin hij verkondigd heeft, dat er geen andere verzoening is dan in het bloed van Jezus Christus: Hebben wij dat? Er is zooveel vleeschelijke gerustheid en daarom moeten de predikers de ongeloovigen wakker schudden.
Zoo zien we bij Calvijn een heel andere kerkbeschouwing en daarbij ook een heel andere opvatting van de opdracht der predikers, dan bij vele neo-calvinisten in onze dagen.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 augustus 1939

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Calvijn en de prediking

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 augustus 1939

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's