Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Reformatoren in het oude Israël  II

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Reformatoren in het oude Israël II

Israëls politieke toestand ten tijde van Elia.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Willen we Elia als reformator verstaan, dan is het noodig een blik te slaan op het volk, waartoe God hem zendt en de omstandigheden, waarin dat verkeerde.
Israël werd geregeerd door Achab, wiens vader Omri een nieuwe dynastie gevestigd had. Daarmee had hij Gods oordeel volvoerd en een eind gemaakt aan een onrustige periode in het volksbestaan. Hij consolideert zijn positie, door Davids voorbeeld te volgen en, terwijl Jerobeam het land heiligdommen geschonken had, tot meerdere centralisatie, geeft Omri het een hoofdstad, Samaria, sterk en in het centrum gelegen. Bovendien weet hij het Oost-Jordaanland weer te veroveren. Achab trekt profijt van zijn vaders successen. Hij houdt Moab er onder, althans voorloopig, en misschien met het oog daarop wordt Jericho de natuurlijke uitvalspoort voor het Oost- Jordaanland, onder zijn regeering. Politiek belang gaat bij hem immers voor alles en het verbod des Heeren wordt licht geacht, ja door uitdaging terzijde gesteld.
Grooter moeilijkheden bestaan er in het Noorden. Daar is het rijk van Damascus in bloeiende toestand onder Benhadad II. Reeds onder Salomo was de stad in de macht der Arameërs gekomen onder Rezin. De stad was in belangrijkheid gestegen en had alle belang bij een goede handelsverbinding met Egypte en Phoenicië. Maar de wegen daarheen liepen door Israël, en daarom kon Damascus geen machtig Israël dulden. Toen dan ook Baësa koning van Israël tegen Asa koning van Juda oorlog ging voeren en Benhadad als bondgenoot had, wist Asa Benhadad er van te o'vertuigen, dat Israël en Damascus geen gemeenschappelijke belangen hadden, Damascus en Juda daarentegen wel. Daardoor en door geld, wist hij Benhadad te bewegen om van bondgenoot te veranderen en inplaats van Juda wordt Israël aangevallen. Het ging toen al niet anders dan nu, van trouw of vriendschap geen sprake, maar macht en rijkdom speelde de eerste rol ook bij verdragen. W a t droevig echter, dat Asa, die zoo 's Heeren macht kende, en aan wien de Heere zoo kennelijk Zijn hulp geschonken had, hieraan mededeed.
Geen wonder, dat Hanani hem daarover onderhoudt, dat hij meer op menschen vertrouwde dan op den Heere, maar deze waarschuwing baat niet, want als Asa een persoonlijk onheil overkomt, vertrouwt hij ook dan meer op de medicijnmeesters dan op den Heere. Zoo hangen politiek en persoonlijk leven in den grond toch samen. In ieder geval, Asa was het, die de heidensche wereldmachten betrok in Israëls en Juda's historie en sindsdien zijn ze daaraan niet meer ontkomen. Zij vergeten des Heeren woord: „Israël zal zeker alleen wonen"..
Damascus wint en krijgt groote handelsvoorrechten in Samaria. Ook onder Achab duurt de strijd voort. Samaria wordt belegerd, maar door Gods wonderdaden gered. Bij Afek verslaat Achab den aartsvijand volkomen. Maar dan komt de politiek weer en de vruchten van 's Heeren werk worden besteed in den dienst der zonde.
Wat toch was het geval. Assur, het machtige wereldrijk, was in opkomst en ging steeds dreigender naar het Zuiden. Daarvan zouden zoowel Damascus als Israël de dupe worden, daarom was het zaak zich aaneen te sluiten en de onderlinge strijd een oogenblik op te geven. En terwijl Benhadad den Heere toekwam en gedood moest worden, spaart Achab hem terwille van politieke doeleinden. Achab blijft dezelfde. Telkens zendt de Heere Zijn knechten om hem te waarschuwen, ook nu weer. Maar toch trekt hij het volgend jaar mèt Benhadad uit tegen Assur en wordt er slag geleverd bij Karhas. Assur overwint, maar kan de vruchten van die overwinning niet plukken, omdat er een machtsinzinking volgt. Nu wordt het korte bondgenootschap weer verbroken. En als Josafat komt, misschien om Achab's verhaal over dien slag te hooren, dan spreekt Achab al weer van een optreden tegen Damascus, ter overwinning van Ramoth in Gilead. Dit wordt zijn ondergang. De maat is vol, en de slimme politieke grootmeester valt onder den pijl van een onbekenden, onbeteekenenden man, die den boog spande in zijn eenvoudigheid.
Ook naar de andere zijde toonde Achab een schrander vorst te zijn. Juda, waarmede Israël sinds de dagen van Rehabeam in twist was, en waaraan het z'n strijd met Damascus te wijten had, wist hij met zich te verzoenen. Josafat is de eerste koning, die officieel z'n rechten op het afgescheurde gedeelte prijs geeft en zelfs een verbond met de afgevallenen sluit. Hiermee is de scheiding definitief geworden.
Ook deze vrome koning leent zich voor Achabs machtsbedoelingen. Het is voor Israël alles waard in 't Zuiden gedekt te zijn, als de strijd in het Noorden ontbrandt. En zoodoende brengt deze nieuwe frontwisseling aan het Tienstammenrijk niets dan voordeel. Juda doet niet alleen geen aanval, maar levert zelfs hulptroepen. Welk een droevig figuur slaat Josafat keer op keer. Invloed ten goede verkrijgt hij in Israël niet, zelfs geen profeet des Heeren vermag hij te verlossen, telkens komt hij in conflict met zijn geweten. Hij wordt alleen maar goed geacht om manschappen te leveren en het bloed der dienaren des Heeren vloeit voor den goddeloozen Achab. Wat een verwarring. Wat wordt het moeilijk en ingewikkeld als iemand, die den Heere vreest, zijn hulp geeft aan hem, die den dienst des Heeren bestrijdt. Denk aan zijn optreden bij Micha ben Jimla, zie hem als de Syriërs op hem aanleggen, denkende dat hij Achab is. Maar de Heere verlost hem, zijn ontrouw doet des Heeren trouw niet te niet. En toch zijn de gevolgen van deze verbintenis ontzettend. Om hem te verstevigen heeft een huwelijk, een politieke verbintenis, plaats. Joram trouwt met Achab's dochter Athalia. Zelfs de heiligste instelling Gods wordt dienstbaar gemaakt aan den afgod, die politieke macht heet. Maar de Heere heeft dit kwaad bezocht. Al Josafats nakomelingen zijn door Athalia gedood, en een waar schrikbewind werd door haar gevoerd in Juda.
Was Achab dus in 't Zuiden gedekt en had hij daar een gewilligen bondgenoot, die veel gaf en niets eischte — wat is de kerk toch altijd met weinig tevreden als ze maar bij de wereld telt, terwijl ze niet begrijpt slechts gebruikt te worden — knoopt hij ook in het Westen vaste verbindingen aan met Phoenicië. Hierbij zet hij de politiek van David en Salomo voort. Alleen inniger en gevaarlijker. Door Tyrus hebben de Israëlieten toegang tot de zee, Israël had een landbouwende bevolking en moest die producten kwijt. Tyrus leefde van den handel, had wijd en zijd koloniën. Tyrus is dus een belangrijk afnemer zoowel voor zichzelf als voor de export. En omgekeerd kan Israël nu het door den uitvoer verdient, luxe voorwerpen en weelde-artikelen uit Phoenicië invoeren. Ethbaal, de koning van Tyrus, was ook geen wettige troonopvolger, maar een usurpator, die evenals Omri, zijn voorganger om het leven gebracht had.
Waren zoo Israël en Phoenicië door economische belangen op elkaar aangewezen, de politiek drong daar mede toe. Tegen Damascus was het veilig Tyrus tot bondgenoot te hebben, vanwege de groote rijkdom en ook vanwege het feit, dat Tyrus alles te verliezen had bij een opperheerschappij van Damascus over Israël. Achab knoopt deze banden nog nauwer aan. Hij was gehuwd met de dochter van den Tyrischen koning: Izébel. Ook hier een politieke verbintenis. Maar was met Athalia's huwelijk, dochter van Achab en Isebel, de zaak des Heeren in Israël niet sterker geworden, met Achabs eigen huwelijk is dit nog minder het geval. Het bracht zoo mogelijk, nog ernstiger gevolgen dan het eerste. Want met politieke verbondenheid vonden ook heidensche ideeën en heidensche praktijken ingang, die de ondergang van Israël moesten beteekenen, indien ze niet gestuit werden. Het was in 800 vóór Chr. net zooals nu. Macht en rijkdom is het eenige, waarnaar leiders vragen en... de kerk loopt aan den leiband. Zeker, ze mag bestaan, maar niet in de politiek. En dat, terwijl juist in Juda de Heere Koning behoorde te zijn en Juda er alleen was om Gods heilsplan te verwezenlijken. O, als de Heere toch zelf niet voor Zijn werk zorgde, dan ging zijn volk te gronde. Want de wereld trekt, en de eer bij de wereld is nog van zoo groote waarde bij velen. En werkelijk, de wereld vraagt niet naar het oordeel der kerk, zelfs niet op biddagen. De wereld hoort ook nu liever de valsche profeten dan Micha ben Jimla, die zeide: Zoo waarachtig als de Heere leeft, wat de Heere tot mij zeggen zal, dat zal ik spreken. Wat staat deze Micha vrij, terwijl Josafat gebonden zit. Staat dan in de vrijheid, waarmede Christus Zijn kerk heeft vrijgemaakt en laat ook nu de roepstem hooren tegen alle werken der wereld, die in wezen werken der duisternis zijn, tóén en nü* geïnspireerd door den vader der leugenen.
Maar de mond der waarheid heeft een oordeel uitgesproken tegen Tyrus, dat gewisselijk komen zal: W i e heeft dit beraadslaagd over Tyrus, die kronende stad, welker kooplieden vorsten zijn, om in vreemdelingschap te verkeeren. De Heere der heirscharen heeft het beraadslaagd, opdat Hij ontheilige de hoovaardij van alle sieraad, om alle heerlijksten der aarde verachtelijk te maken. W a t is het gevaarlijk daarmee bondgenoot te zijn. Maar wat is het zalig dien God tot de zijne te hebben en op dien God te vertrouwen, die over dat zelfde Tyrus profeteert: haar koophandel zal wezen voor degenen, die voor den Heere wonen, opdat zij eten tot verzadiging en dat zij duurzaam deksel hebben. W i e Tyrus heeft is arm, onzeker en beklagenswaardig, wie God heeft, heeft ook Tyrus. Alles is Uwe, doch gij zijt van Christus, X.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 23 september 1939

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Reformatoren in het oude Israël  II

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 23 september 1939

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's