Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Enkele opmerkingen over het nieuw belijden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Enkele opmerkingen over het nieuw belijden

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

(2)

We hebben in het vorige artikel gezien hoe de generale synode de Drie Formulieren van Enigheid niet wil aanvaarden als de. basis van het kerkelijk samenleven. Men wil van een vaststaande belijdenis niet weten, men zoekt de weg van het belijden te bewandelen. De belijdenisgeschriften onzer kerk zijn immers oud en verouderd en haar inhoud past eigenlijk niet meer bij onze tijd.

Dat schreef de commissie voor de kerkorde reeds aan de generale synode in 1946, toen deze commissie verzocht om een sub-commissie in het leven te roepen, die zich meer speciaal zou belasten met het belijden van de kerk. In dit schrijven heet het o.a.: „De omstandigheden waarin wij leven en de taak, waarvoor de Kerk zich in de huidige wereld ziet gesteld, verschilt in menig opzicht met die, waarin onze voorouders ons in 't belijden zijn voorgegaan. De vragen voor welke de Kerk bij het belijden in de huidige wereld komt te staan, verschillen in veel opzichten van die, waarvoor zij zich in vroeger eeuwen gesteld zag. De leden onzer Kerk vragen voorlichting — afgeleid en dus gebouwd op de bodem der vroegere belijdenisgeschriften — in vele vragen van geloof, geestelijk leven, zedelijk oordeel en levenshouding, waarop de Kerk een klaar en zuiver geluid moet doen horen, opdat het volk van Nederland, in de Kerk en daarbuiten, weten wat de Heer der Kerk ons zegt en van ons vraagt. Om daaraan tegemoet te komen en daardoor tevens de gelegenheid te hebben van het actuele beijden van deze tijd een neerslag te geven, s bij onze Commissie de gedachte gerijpt om te geraken tot een nieuw, kort en eenvoudig leerboek, waarin de geloofsvragen van deze tijd uit Schrift en belijdenis een klaar en positief antwoord ontvangen".

We hebben in het bovenstaande het woord „vroegere" laten onderstrepen. De commissie, die de Kerkorde opstelde, heeft in elk geval de Drie Formulieren van Enigheid, de wettige belijdenisgeschriften onzer Kerk, reeds als historische stukken in het museum van kerkelijke oudheden bijgezet. En de generale synode heeft dit alles zonder enige op-of aanmerking laten passeren. En hiermee heeft men zich eigenlijk op hetzelfde standpunt gesteld: die belijdenisgeschriften hebben eigenlijk afgedaan voor onze tijd; we moeten ze natuurlijk nog wel raadplegen, daar ze immers een faze geweest zijn op de weg van het belijden der Kerk, maar verder laten we die drie belijdenisgeschriften voor wat ze zijn.

Trouwens, dit komt toch eigenlijk al duidelijk uit in artikel 10 van de nieuwe kerkorde. Daar is immers sprake van de Drie Formulieren van Enigheid niet als de belijdenis van de Kerk van nu, maar wel als de belijdenis der vaderen van vele eeuwen geleden. Daartegen leeft niet alleen verzet in gereformeerde kringen, maar ook in confessionele kringen. De classis Wijk heeft dan ook met bijna algemene stemmen uitgesproken, dan men die uitdrukking „belijdenis der vaderen" niet wenst te aanvaarden, maar dat men daar duidelijk uitgesproken wilde zien, dat die Drie Formulieren van Enigheid de belijdenis der Kerk bevatten. Het moet ons verblijden in de verwarring van deze tijd, dat er confessionelen zijn, die aan de belijde

nis wensen vast te houden. Verblijden, maar niet verbazen. Het moet ons meer verbazen, dat er confessionelen zijn die de belijdenis der kerk hebben losgelaten. De Confessionele Vereniging wil immers vasthouden aan de belijdenis, aan de confessie. Vandaar de naam confessioneel. Te betreuren is het daarom, dat zovele confessionelen die belijdenis hebben losgelaten. Doordat men de belijdenis als 't ware aan de kant heeft gezet, heeft men een ruime weg van het belijden gekregen. Voorheen stuitte men bij alle reorganisatiepogingen steeds op het allesbeheersende vraagstuk van de belijdenis. Toen moest men met formules komen als: „herziening en uitbouw van de belijdenis" en andere meer. Maar juist het woord herziening riep allen, die de belijdenis getrouw wilden blijven, in het geweer, zodat de reorganisatiepoging strandde.

Nu is men een gans andere weg ingeslagen. Men laat die belijdenis voor wat ze is. Aan die oude belijdenisgeschriften moet men niet tornen. Die moet men niet herzien en aanvullen. Daar komt niets dan strijd van. We gaan in de toekomst belijden. De kerk moet blijven in de weg van het belijden en die weg begint een heel eind achter ons in de tijd van de reformatie, neen, die begint nog veel vroeger en ook de belijdenisgeschriften van de reformatietijd zijn slechts een punt op die weg van het belijden.

Dit heeft men geleerd van Karl Barth. Want het moet inderdaad worden toegegeven, dat de nieuwe koers niet te denken zou zijn zonder Barth. Zijn invloed is groot geweest op verschillende leidende figuren in ons land.

In elk geval wordt het geschrift Fundamenten en Perspectieven van belijden ons aangeboden door de generale synode als een proeve van hernieuwd reformatorisch belijden.

Hier kunnen we dan ook terecht wanneer men zich afvraagt wat toch wel de generale synode verstaat onder „gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift" en „in gemeenschap met de belijdenis der vaderen".

Dr. Berkhof deelde mede, dat men op de eerste vergadering van de commissie, die dit geschrift opstelde, heeft afgesproken geen compromissen te zullen sluiten. Het was daarom zo verrassend, dat men gemeenschappelijk dit geschrift voor zijn verantwoording kon nemen.

Wanneer we echter dit geschrift nader gaan bezien, dan is die verrassing toch niet zo erg groot voor ons, omdat veel zaken, waaronder allerbelangrijkste voor het leven der kerk, in het midden gelaten zijn.

Bovendien maakt het geheel toch geen levende, spontane indruk. Het heeft veel meer weg van iets, dat kunstmatig in elkaar is gezet, waarbij telkens gewikt en gewogen is, zodat het levende en sprankelende van onze belijdenisgeschriften ontbreekt. Maar daarover een volgende keer nog iets meer.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 juli 1950

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

Enkele opmerkingen over het nieuw belijden

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 juli 1950

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's